Een oefening in Godsverlangen

Shoppen in advent is het nieuwe boek van dr. Herman Paul. Is secularisatie een ‘storm’ of ‘vloedgolf’ die de kerk bedreigt? Nee, stelt Paul in zijn boek. Wie secularisatie in een beeld wil vangen, kan beter denken aan een gonzende winkelstraat in december. De mensen zijn er zo druk met hun kerstaankopen, dat ze nauwelijks acht slaan op het carillon in de stadhuistoren dat een oud Engels adventslied speelt. Vandaag een interview met Herman Paul.
Alle uitgaven van dr. Herman Paul:
Met welk doel heeft u Shoppen in advent geschreven?
Dit essay is een vervolg op De slag om het hart, waarin ik het over ‘secularisatie van verlangen’ had. Secularisatie treedt op, beweerde ik in dit eerdere boek, als verlangen naar God ondergesneeuwd raakt door verlangens die hun vervulling zoeken in het hier en nu. Secularisatie betekent dat mensen hun verwachting steeds meer stellen op wat Augustinus het saeculum noemt, het tijdperk waarin we nu leven. Nú moet het gebeuren, in dít leven.
Zo bezien draait secularisatie dus niet om opvattingen die haaks staan op het christelijk geloof, of om gedrag dat schuurt met christelijke levensstijlen. Secularisatie begint in het hart van een mens, bij verlangens die getriggerd worden, bijvoorbeeld door mensen om ons heen. Als mijn buurman een nieuwe auto heeft, wil ik er ook een. Waarbij die auto gelijk laat zien dat secularisatie in de 21e eeuw door andere dingen wordt uitgelokt dan in de 19e eeuw. Secularisatie van verlangen is iets van alle tijden, maar hóe verlangens worden gevormd, of misvormd, dat verschilt van cultuur tot cultuur.
Shoppen in advent gaat een stap verder. Het wil concreet maken: hoe ziet secularisatie van verlangen er in Nederland anno 2020 uit? Dan moet ik met twee woorden spreken. Punt één: ik kan niet in mensenharten kijken. Ik kan verlangens niet meten. Ik kan dus geen empirisch onderbouwde uitspraken doen over verlangens van Nederlanders in onze tijd. Maar punt twee: als íets kenmerkend is voor onze tijd, dan is het de religie van het consumentisme – een religie waaraan bijna niemand zich kan onttrekken.
U koppelt de begrippen consumentisme en secularisatie aan elkaar. Kunt u uitleggen waarom?
Ik zeg niet dat boodschappen doen een mens bij God vandaan trekt. Maar ik zeg wel: wij allen worden dagelijks krachtig aangemoedigd ons te gedragen als consumenten, dat wil zeggen, als mensen die hun identiteit ontlenen aan de dingen die ze kopen – of dat nu modieuze kleding is of een vliegticket naar een zonnige bestemming. Niets duwt ons zozeer met de neus op het hier en nu (‘I want it and I want it know’) als consumentisme.
Shoppen is niet de enige seculariserende factor. Maar als je secularisatie in een beeld wilt vangen, is shoppen wel een raak beeld. Shoppen (‘vóór middernacht besteld, morgen in huis’) staat wat mij betreft symbool voor alle seculariserende krachten die ons eraan gewennen dat onze verlangens hier en nu vervuld raken.
Daarbij komt trouwens nog bij dat shoppen iets heel concreets is. Daar zijn historici en sociale wetenschappers het inmiddels wel over eens: als we secularisatie willen begrijpen, moeten we het niet over abstracte theorieën en moeilijke boeken hebben, maar over welvaart, vrije tijd, huisinrichting, weekendbesteding – dat soort hele tastbare dingen.
Tegenover het shoppen staat advent. Wat bedoelt u daar mee?
Shoppen staat symbool voor alle krachten die de verwachting van Gods toekomst verbannen naar de marges van ons leven. Advent daarentegen is een ‘deseculariserende’ tegenkracht. Daarmee bedoel ik natuurlijk niet de vier weken voor kerst, maar het uitzien naar Gods Koninkrijk dat tot het hart van het christelijk geloof behoort. Kan de tijd van de kerk ooit een andere zijn dan adventstijd, vraagt Karl Barth ergens?
Wat hoopt u dat dit boek in de kerk teweegbrengt?
Ik hoop dat het denken over secularisatie loskomt van taaie beelden als ‘stormvloed’ en ‘zure regen’. ‘Shoppen in advent’ is een veel adequater beeld. Ik hoop dat we beter gaan beseffen hoezeer de zondagse kerkdienst een oefening in Godsverlangen is – een correctie op alle manipulatie van onze verlangens door de week. (Het ouderwetse woord voor kerkdienst, ‘godsdienstoefening’, slaat de spijker op zijn kop.) En ik zou willen dat we nadenken, niet alleen over ‘shoppen in advent’, maar ook over ‘advent in het shopping season’. Als advent alleen iets van de zondag wordt, dan corrigeert het de secularisatie van ons leven niet. Wordt het uitzien naar Gods toekomst ook ergens zichtbaar in je werk, op school, thuis in je gezin? Hoe kunnen we elkaar aansporen verwachtende mensen te zijn?
Met dank aan Herman Paul.