Een wonder
Bij Lucas 7,11-16
Jezus heeft heel veel wonderen laten zien. Zijn wonderen hebben altijd een bepaald doel gediend. Het ging ten diepste niet om het wonder, maar het wonder wees naar Gods Koninkrijk.
Het wonder waarover we vandaag lezen is een heel bijzondere: een dode jongen wordt weer levend gemaakt door Jezus. De mensen raken vervuld met ontzag en loven God. Met dit wonder laat Jezus zien dat Hij Heer en Meester is over leven en dood. Straks in Gods Koninkrijk zal er geen verdriet en geen dood meer zijn.
Neem voor deze zondag voor de kinderen een aantal (bruine) herfstbladeren mee. Laat de bladeren aan de kinderen zien en vraag hun of zij kunnen uitleggen waarom de bladeren bruin zijn. De bladeren zijn afgestorven van de boom. Daarmee is er een kale boom achtergebleven. Het lijkt net of de boom dood is. Maar als de koude winter achter de rug is, komen er weer nieuwe bladeren aan de boom, de boom leeft weer. Zo vertelt de schepping op haar manier dat er na de dood weer leven komt.
Jezus maakt een dode jongen weer levend. Daarmee laat Hij de mensen zien dat Hij Heer en Meester is over leven en dood. Hij vertelt de mensen ook iets over Gods Koninkrijk, namelijk dat daar geen verdriet en geen dood meer zullen zijn.
Liedsuggestie
Het is misschien gek om in de herfst een liedje over de lente te zingen, maar in dit geval is het wel toepasselijk. Denk aan ‘Weet je dat de lente komt’ van Elly en Rikkert of ‘Nu gaan de bloemen nog dood’ uit Alles wordt nieuw.