Menu

Premium

Geloof

1 Korintiërs 15,12-19

(Kijkbijbel p. 307)

Het was weer zondag, en de mensen waren naar de kerk gekomen. ‘Vandaag lees ik het laatste stukje van het paasverhaal,’ zei de dominee, ‘kom maar naar voren, kinderen.’ En hij las voor over twee leerlingen van Jezus, die op weg waren naar Emmaüs. Over hoe ze samen praatten over Jezus die gestorven was. En hoe er ineens iemand bij hen kwam lopen. Het was Jezus zelf. Maar de mannen zagen niet dat Hij het was. ‘Kwaak kwaak,’ klonk er plotseling door de kerk. Daar kwam een pluizig grauw eendenkuiken aanwaggelen. Zijn natte poten lieten een spoor van water na op de houten vloer. Wie had dat beest binnengelaten? ‘Nee nee, stuur me niet weg,’ kwaakte het dier. ‘Ik weet wel dat jullie mij hier niet willen hebben, maar wacht even… ik laat jullie iets zien.’ En net zo snel als het gekomen was, waggelde het ook weer weg. Niemand snapte er iets van. Iedereen keek elkaar verbaasd aan. En toen de dominee weer verder wilde gaan met voorlezen, werd hij voor de tweede keer gestoord. Nu schreed een trotse, sierlijke zwaan door het gangpad naar voren. Zijn machtige vleugels hield hij met zorg tegen zich aan. Uit ontzag voor dit koninklijke dier schoven de mensen in de banken een beetje opzij. Vlak voor de dominee bleef de zwaan staan. Toen zei hij: ‘En, herkent u mij? Ik ben het.’ De dominee keek hem niet-begrijpend aan. ‘Dat grauwe eendje, dat u weg wilde jagen, dat was ik. En nu ben ik een prachtige zwaan geworden, ziet u wel?’ Zonder een antwoord af te wachten, draaide de zwaan zich weer om, sloeg z’n vleugels uit en vloog door een openstaand raam naar buiten, de dominee en alle mensen in grote verbazing achterlatend.

Hoe komt het dat de dominee niet ziet dat het grauwe eendje een zwaan is geworden? Hoe komt het dat de twee leerlingen van Jezus hem eerst niet herkennen? Kun je dezelfde persoon blijven, en toch nieuw worden?

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken

Lid worden