Handreiking: wat betekenen stilte en verstilling voor jou?
Stilte en verstilling bij Dorothee Sölle en Dag Hammarskjöld.
Aan de hand van voorbeelden onderzoekt Neely Kok wat stilte en verstilling betekenen, voor haar en voor anderen. Een handreiking met vragen: wat betekent dit voor jou? Met teksten van Dorothee Sölle en Dag Hammarskjöld.
Als ik heel stil ben
Als ik heel stil ben
kan ik vanuit mijn bed
de zee horen ruisen
maar stil zijn is niet genoeg
ik moet ook mijn gedachten losmaken van het land
Het is niet genoeg
de gedachten los te maken van het vasteland
ik moet ook mijn ademhaling aanpassen aan de zee
omdat ik bij het inademen minder hoor
Het is niet genoeg
de ademhaling aan te passen aan de zee
ik moet ook mijn handen en voeten hun ongeduld ontnemen
Het is niet genoeg
handen en voeten te kalmeren
ik moet ook de beelden van mij weggeven
Het is niet genoeg
de beelden weg te geven
ik moet ook ophouden met moeten
Het is niet genoeg
met moeten op te houden
zolang ik mijn ik niet verlaat
Het is niet genoeg
het ik te laten varen
ik leer vallen
Het is niet genoeg
te vallen
maar terwijl ik val
en mezelf ontzink
houd ik op
de zee te zoeken
omdat de zee nu de kust heeft verlaten
in mijn kamer kwam
en mij is
Als ik heel stil ben
Gedicht van Dorothee Sölle
Wat gebeurt er met ons als we stil worden? Als de stilte ons omringt en in ons binnenkomt als een genode gast? Waar is stilte eigenlijk goed voor? En hoe verhoud je je tot stilte en verstilling in de wereld die vooral door afleiding en drukte wordt gekenmerkt? In verschillende voorbeelden beschrijf ik ervaringen met stilte en verstilling en ik stel bij deze voorbeelden enkele vragen.
Stiltegebied
Sinds kort woon ik in een stiltegebied. Geen snelweg te horen. Verkeer is er in de wintermaanden ook schaars. Het geluid dat ik hoor zijn de vleugelslagen van zwanen op zoek naar een nieuwe plas om te landen, en het gegak van overtrekkende ganzen. Rietstengels wuiven en een ijsvogel kiest soms mijn tuin uit om van daaruit te vissen in de sloot achter het huis. De rietdekkers die bij de buren een nieuw dak leggen werken zonder radio.
Ik had ten diepste behoefte aan stilte
De keus om hier te gaan wonen was heel bewust. Niet dat ik niet van de stad houd, maar in de drukte bleek uiteindelijk dat ik ten diepste behoefte aan stilte had. De drukte en de cultuur waar de stad rijk aan is, zoek ik nu op als ik daar zin in heb. Dat bevalt goed, maar ik merk ook dat de stilte onder druk staat. ‘We gaan uit van een belevingseconomie’, zegt de organisatie die het stiltegebied ziet als plek waar allerlei vermaak aangeboden moet worden, ‘want daar vragen de mensen om’. Zij promoten het gebied met allerlei activiteiten, zoals: routes voor motoren, aanbod van dagtochtjes met oude Dafjes en Solexjes, de bouw van nieuwe vakantieparken en het organiseren van festivals. Er is bij deze organisatie weinig tot geen gevoel voor de intrinsieke waarde van stilte en dat je die eerder zou moeten koesteren dan verstoren, of opofferen aan vermaak en drukte.
Ook het moeten moet niet meer moeten
Nu weet ik wel dat om stilte en verstilling te zoeken je lang niet altijd een stil gebied of een stille plek nodig hebt. In de drukte van een stad of een andere plek waar rumoer is, kun je evengoed afdalen in jezelf om daar stilte te ervaren. Toch ervaar ik die voortdurende stilte waar ik nu woon als een rijke zegen.
Wat betekent stilte voor jou? Kun jij midden in de drukte verstilling in jezelf ervaren?
Loslaten van controle
Het gedicht van Dorothee Sölle vertelt langzaam en met een zekere herhaling de weg die zij aflegt, voordat het zover is dat de zee in haar kamer, ja zelfs in haarzelf aanwezig is. Het is niet genoeg om dit te doen, het is ook niet genoeg om alleen maar dat te doen om de onrust van binnen te stillen. Gedachten moeten (min of meer) stilgelegd worden, de adem moet iets doen of juist niet doen, de voeten en handen zullen moeten kalmeren. Het beeld dat je van jezelf hebt, ja zelfs je ik zal verlaten moeten worden en ook het moeten moet niet meer moeten. Je zult je overgeven aan het vallen, en in het ontzinken gebeurt het uiteindelijk dan toch dat de zee de kamer in komt en in jezelf begint te ruisen.
Tijdens corona was de voortdurende achtergrondruis verdwenen
Deze lange weg van wat er allemaal losgelaten moet worden, deed me denken aan de tekening die op het bord gezet werd bij een introductie over mystiek. De docent tekende de doorsnede van een trechter en daarin een simpel poppetje, dat met zijn of haar handen krampachtig de rand van die trechter vasthoudt. Heerst er in ons binnenste niet steeds een angst voor het loslaten van de controle? Waar kom ik terecht als ik laat varen wat voor mij zo vanzelfsprekend is: de bekende wereld en mijn opvattingen daarover. Is het angst voor de stilte, het onbekende en de leegte die daar mogelijk op volgt? Maar misschien val je dan wel in de grond van je bestaan, die God is volgens de mystici? Misschien is het juist bevrijdend om maar ineens los te laten?
Wat spreekt jou aan: de weg van het langzame loslaten of je maar laten vallen en vertrouwen dat het wel goedkomt?
Rust tijdens corona
Tijdens de periode van corona woonde ik nog in een buitenwijk van Amsterdam. Daar was het door de coronamaatregelen drukker dan ooit tevoren. Voorheen was vrijwel iedereen weg naar het werk, nu werkte iedereen thuis en gingen velen tussendoor wandelen. Het was gedaan met de relatieve rust die ik overdag had als ik het park opzocht of langs het kanaal wandelde. Aan de andere kant was er toch meer stilte: er reden geen of heel weinig auto’s op de snelwegen rond de stad en op Schiphol stonden de vliegtuigen aan de grond. De lucht was zuiverder en de voortdurende achtergrondruis was verdwenen. In gesprekken met jongere buurtgenoten merkte ik dat er heel wat waren die zochten naar houvast. Alles was ineens zo anders. Sprak je voorheen af met een groep vrienden, nu was bezoek van één of twee al heel wat. Soms gebruikte ik in die gesprekken de vergelijking van de surfplank en de oceaanstomer. Allebei varen ze op het water, maar de één snel en oppervlakkig en de ander traag en met diepgang. Die vergelijking bleek vaak een eyeopener: nu was er inderdaad meer diepgang en rust in de contacten. Dat konden ze zeker waarderen.
Mystici zoeken verstilling om zich te richten op het Goddelijke
Wie in coronatijd naar de binnenstad van Amsterdam fietste, reed rond in een stad waar geen toeristen meer waren, de rolkoffers waren verdwenen, op de Wallen liepen slechts de eendjes en de inwoners genoten op de stoep van de zeldzame rust.
Herken je in jouw contacten het beeld van de surfplank? En in welke contacten zie je de oceaanstomer? Heb je een voorkeur voor een van beiden of vind je ze beiden waardevol, en waarom? Waar kun jij rust en stilte vinden?
Verstilling om daarna te presteren
Er zijn nu al verschillende ervaringen van verstilling beschreven, maar waarom zou je eigenlijk de stilte zoeken? Het is toch ook lekker om de radio aan te hebben staan of met je koptelefoon op muziek te luisteren? Bij yoga is het stil worden aan het einde van het uur best prettig. Maar word je dan stil om bij te komen van de dagelijkse drukte? Gaat het om bijtanken in dat uurtje rust, om daarna weer ‘te kunnen knallen’, zoals een deelnemer het een keer verwoordde? Dan is de reden van het zoeken naar verstilling alleen: daarna weer beter of meer kunnen presteren, om de ratrace weer in te stappen. Wanneer je op internet zoekt naar de waarde van verstilling wijst men vaak op de voordelen, die uiteindelijk erop neerkomen dat je je wat beter kunt handhaven in de prestatiemaatschappij.
Vanuit verstilling kun je je inzetten voor een betere samenleving
Mystici van alle tijden daarentegen zoeken verstilling om zich te richten op de Onuitsprekelijke, om de ontmoeting met God of het Goddelijke te zoeken.
Dag Hammarskjöld
Verder word ik gedreven,
een onbekend land in.
De grond wordt harder,
de lucht prikkelender, kouder.
Aangeraakt door de wind
vanuit mijn onbekende einder
trillen de snaren
in afwachting.
Aldoor vragend zal ik aankomen,
daar waar het leven wegklinkt –
een klare zuivere toon in de stilte.
Met deze tekst begint het dagboek van Dag Hammarskjöld, die na vele andere functies uiteindelijk secretaris-generaal van de Verenigde Naties werd. Zijn zoeken naar zijn weg in het leven werd uiteindelijk een zoeken naar en een ervaren van de Onuitsprekelijke. Op die zoektocht leerde hij wat van belang was, zowel voor hemzelf als voor zijn maatschappelijke keuzes. Want de weg naar het innerlijk en zoeken naar God loopt bij mystici steeds uit in een weg naar buiten. Vanuit die verstilling met nieuwe keuzes actief worden; een inzet gericht op een betere samenleving vanuit de liefde die God in deze mens wekt als een voortdurende stroom. Het mag duidelijk zijn dat dit niet altijd de gemakkelijkste weg is. Ook Dorothee Sölle was maatschappelijk actief vanuit die innerlijke bron van liefde, die vanuit God in haar opborrelde.
Als jij stilte of verstilling zoekt, wat beleef je daaraan? Wie of wat zoek jij dan? Heb je wel eens ervaren zelf gevonden te worden terwijl je zoekt?
Neely Kok is emerituspredikant (PKN), redactielid van Herademing en begeleider van retraites.