Kindermomenten tijdens de eredienst
In onze meest recente serie van kindermomenten, ‘Acht bergen in de Bijbel’, belandde ik aan bij Psalm 133 waar we de volgende verzen lezen:
‘Zie, hoe goed en hoe lieflijk is het
dat broeders ook eensgezind samenwonen.
Het is als de dauw van de Hermon
die neerdaalt op de bergen van Sion.’
(Psalm 133)
Vooraan in de kerk staat een ladder. De ladder symboliseert de berg Hermon en de dauw (lees: water) verzamelde ik op deze berg in een tiental kleine bekertjes. Hoe ‘stroomt’ het water naar beneden? Niet met één of andere ingewikkelde mechanische constructie, maar met de hulp van enkele van onze kinderen, van de hoogste berg naar de lagere drogere gebieden. ‘Want van boven naar beneden, zo geeft de Heer Zijn zegen’ (Psalmen voor Nu, Psalm 133).
Onderaan staat een ouder gemeentelid die het water in Zion verzamelt en er een plant mee bewatert. Op die manier wordt niet alleen de neerstromende zegen zichtbaar gemaakt, maar ook de eensgezindheid van de broeders en zusters die samenwerken. Twee vliegen in één klap.
Dit intergenerationeel moment duurde amper vijf minuten, maar met een minimum aan attributen, kan iedereen tastbaar voelen hoe het water van boven naar beneden komt. Samenwerking tussen jong en oud, het kennismaken met een Psalm, het lichamelijk in de ruimte zichtbaar maken hoe water op bestemming komt, volwassenen in de zaal die gespannen zitten kijken hoe kleine kinderen toch in staat zijn om gedurfd de trap op te stappen en zorgvuldig het waterbekertje door te geven.
Agency van kinderen
Het illustreert misschien voor een stuk wat Lydia van Leersum-Bekebrede in Worship with Children (2021) bedoelt met agency die kinderen laten zien in liturgische rituelen? ‘Agency’ kun je vertalen met ‘zelfbeschikking’.
Ik citeer: ‘Dat kinderen agency hebben, is de vooronderstelling dat kinderen niet alleen gevormd worden door hun sociale en religieuze context en de praktijken waaraan ze deelnemen, maar zelf ook die contexten en praktijken beïnvloeden. Kinderen beïnvloeden liturgische rituelen tijdens de viering door hun lichamelijke aanwezigheid, als ze een verantwoordelijke taak hebben of door te onderhandelen over hoe ze participeren.’ De vraag die rijst door de tweede helft van het citaat: hoe groeien volwassenen als discipelen van Jezus door de inbreng van kinderen? We koesteren de hoop dat onze variant op ‘kindermomenten’ meer is dan alleen maar eenrichtingsverkeer van volwassenen naar kinderen, maar dat het in beide richtingen werkt, waarbij de kinderen een spiegel voorhouden aan ons, volwassenen.
Wat een kindermoment is
Op het spectrum van intergenerationele diensten (jong en oud tezamen) en parallelle diensten (kinderen apart), mag je ons kindermoment in de viering eerder aan de kant van het intergenerationele plaatsen. Het zijn geen volwaardige gezinsdiensten, maar we maken gebruik van een beperkte tijd tijdens de zondagse liturgie om, als was het maar voor een kort moment, jong en oud samen te brengen rondom een bekend of minder bekende Bijbelpassage, persoon, patroon, of een opvallend Bijbels gegeven.
Het liturgisch onderdeel vindt plaats vóór de kinderen naar de zondagsschool of club gaan. Meestal na het tweede of derde lied. Het kan voorafgegaan of gevolgd worden door één of meerdere kinderliederen. Onze insteek is doorgaans verkondigend, onderwijzend, of verklarend. Het topic staat los van de zondagsschoolthema’s (maar het is zeker een optie om daar op af te stemmen) en de betrokkenheid van diverse doelgroepen wordt nagestreefd. Het visuele, het tastbare en het ruimtelijke aspect zijn belangrijke kenmerken.
Wat een kindermoment niet is
Wat een intergenerationeel kindermoment is, valt vaak eenvoudiger uit te leggen door aan te geven wat het níet is. Het is geen de optelsom van een kindermoment + een volwassendeel; geen praatje voor de kinderen en twee actieliedjes; geen moment waar volwassenen worden behandeld als kinderen; geen moment waar kinderen behandeld worden als mini-volwassenen.
Het is in navolging van Psalm 148:12 het betrekken van ‘oud en jong samen’, en daarbij zijn alle leeftijdsgroepen in het Grotere Verhaal van redding, heil van essentieel belang. Het doel is om hen actief deel te laten nemen aan zowel bekende als minder bekende passages uit Gods Woord. Het is een streven is om de verbeelding van zowel jong als oud te prikkelen, zodat ze naar huis terugkeren met een verrijkende ervaring die direct verbonden is met een Bijbelpassage, een Bijbels personage of iets van vergelijkbare strekking.
Een mama aan het woord
De kinderwerkcoördinator in onze kerk en één van de moeders van een kind, kijkt terug op enkele jaren van intentionele kindermomenten:
‘Ik zie vooral dat kinderen zich enorm thuis voelen in onze kerk. Ze zijn betrokken en zitten vaak al te wachten op wat er nu weer gaat gebeuren of welke persoon er plots zal rechtstaan om een trucje te tonen, een rol te spelen of een attribuut boven te halen. We creëren een omgeving waarin iedereen zich welkom voelt, ongeacht hun kennisniveau.
Goed onderwijs is dat het voor iedereen begrijpelijk moet zijn. Het is van belang dat het formuleren van boodschappen gebeurt op een toegankelijke manier, vergelijkbaar met uitleg aan een kind.
Deze aanpak zorgt ervoor dat kinderen, maar ook tieners, anderstaligen, bezoekers en trouwe kerkgangers, die mogelijk delen van de preek niet begrijpen, op zijn minst betrokken zijn bij het kindermoment en daaruit waardevolle lessen halen.’
Het is een win-winsituatie die volgens deze mama waardevol is voor de hele gemeenschap.
Een preek die geen preek is
Het kindermoment is geen preek, maar als homileet ben ik ervan overtuigd geraakt dat je dit moment voorbereidt alsof het een preek is: lees de tekst. Wat zijn sleutelwoorden? Wat is de hoofdgedachte? Laat het idee voortvloeien uit de tekst, niet andersom. Zoek één kernachtige boodschap. Vertaal die naar een kindvriendelijk (begrijpelijk) idee. Werk vervolgens een objectles uit: hoe ga je het visualiseren? Waar is ruimte voor de interactie? Hoe betrek je volwassenen erbij? Waar zit de humor? Hoe zit het met de zintuigen (smaak, zicht, geur)? Hoe zit het met behendigheid? Is er een competitief element verwerkt in het gebeuren?
Net als bij de preek, ga je op zoek naar de focus (wat zegt het Schriftgedeelte?) en de functie (wat wil de Schriftgedeelte bewerken bij de luisteraar?). En nog meer dan bij de voorbereiding van een preek: start het voorbereidingsproces vroeg in de week. Bij voorkeur heb je midden de week zicht op de boodschap en laat dit tijd genoeg om het creatief en interactief in te kleden en uit te werken tijdens het tweede deel van de week.
Filip De Cavel is oudste in de Evangelische Kerk De Rots (Wondelgem, België) en doceert als externe lesgever ‘homiletiek’ aan de ETF Leuven en aan het Instituut voor Bijbelse Vorming (Leuven). Filip verzorgt in de eigen kerk het wekelijkse kindermoment.
Geraadpleegde literatuur
L. Leersum-Bekebrede, Worship with Children, Agentive Participation in Dutch Protestant Contexts, Institute for Ritual and Liturgical Studies, Protestant Theological University, 2021