Preekillustraties: Hel
Verwante zoekbegrippen aan hel: dodenrijk, Gehenna, vuurpoel
-
De mens heeft de hel in zichzelf.
M. Luther
-
De poging om de hemel op aarde te verwezenlijken heeft steeds de hel voortgebracht.
Karl Popper
-
Vervloekt zij de gemakkelijkheid, waarmee sommigen spreken van hemel en hel.
J. Koopmans
-
De weg naar de hel is gemakkelijk te volgen; je loopt hem met je ogen dicht.
Bioon van Borysthenes
-
Misschien is deze aarde de hel van een andere planeet.
Aldous Huxley
-
De hel: van eeuwigheid tot eeuwigheid vastgebonden te zitten op een stoel en naar de Nederlandse televisie te moeten kijken.
Johan Polak
-
Het idee van een hel kan alleen maar in koude kerken ontstaan zijn.
Hans-Horst Skupy
-
In de hel moet men je met geweld slepen. In het paradijs ook!
Joods spreekwoord
-
De hel kan het best begrepen worden als een voorstelling van heiligen die zich in de hemel zitten te vervelen.
Jan Emmens
-
Ook in de hel zijn mensen die men kent.
Japans spreekwoord
-
De hel is de consequentie van Gods respect voor onze humaniteit.
H. Berkhof
-
De hel is een eeuwige spijt.
Melinda Noorman
-
Het is wel een dogma dat er een hel bestaat, maar niet dat er iemand in de hel is.
H. Urs van Balthasar
-
Alles is betrekkelijk op de wereld. Wanneer je een Eskimo
vertelt dat de hel heet gestookt wordt, zal hij zondigen om daar in te komen.
Sven Rasmussen
-
Hell is paved with good intentions but heaven goes in for something more dependable. Solid gold. Joyce Cary
-
De poorten van hemel en hel liggen naast elkaar en zijn gelijk: beide groen, beide schoon.
Nikos Kazantzakis
-
De hel is in de eerste plaats een oord zonder boeken, zonder ook maar één boek.
Elie Wiesel
-
De hel is waar niemand iets met wie dan ook gemeen heeft, behalve het feit dat allen elkander haten en niet los kunnen komen van elkaar en van zichzelf.
Th. Merton
-
Ik geloof niet in de hel. Ik heb wel wat anders te doen. Ik geloof in Jezus Christus en in de hemel: de Godsgemeenschap. Maar ik weet van de mogelijkheid van de Godverlatenheid en vervreemding van God.
J.J. Buskes
-
De hel is een randmogelijkheid die nooit werkelijkheid mag worden, maar de mogelijkheid is er.
J.J. Buskes
-
De hel is: niet langer liefhebben.
G. Bernanos
-
De hel is een plaats waar de automobilisten Fransen zijn, de politieagenten Duitsers en de koks Engelsen.
Anoniem
-
Een Samoerai – die behoort tot de klasse van de zwaardvechters en veel status bezit – wendt zich tot een zenmeester met de vraag wat waar is van het verhaal van hemel en hel. De zen-meester keert zich van hem af en zegt geen tijd te hebben voor zulke stomme vragen. Bij deze lompe behandeling ontsteekt de Samoerai in razernij en schreeuwt tegen de monnik: ‘Ik zou u kunnen doden.’
‘Dat is hel’ antwoordt de monnik. De Samoerai kalmeert en beseft de waarheid van die woorden. Hij buigt en dankt de monnik voor de les. ‘Dat is de hemel’ zegt de monnik.
Uit het zen boeddhisme
-
Wij moeten ons de hel voorstellen als een toestand, waarin iedereen voortdurend in beslag wordt genomen door zijn eigen waardigheid en vooruitgang, waarin iedereen leeft in de dodelijk ernstige hartstochten van jaloezie, zichzelf belangrijk vinden en wrok…
Over dit alles ligt een dun laagje van goede manieren, van betuigingen van hun diep respect en hun ‘bijdragen’ tot elkaars onschatbare diensten. Elk ogenblik raakt dat dunne laagje leuk en dan barst de gloeiende lava van hun haat naar buiten.
C.S. Lewis
-
Een rabbijn werd in de gelegenheid gesteld een bezoek te brengen aan zowel het vagevuur als het paradijs. Bij het vagevuur hoorde hij de meest verschrikkelijke kreten, afkomstig van de meest getormenteerde wezens die hij ooit gezien had. Toen hij dichterbij kwam zag hij dat zij aan een grote eettafel zaten, gedekt met schitterend bestek en serviesgoed en overladen met de meest heerlijke spijzen die men zich maar kan denken. De rabbijn begreep maar niet waarom deze mensen zo te lijden hadden en toen hij nader keek, zag hij dat hun ellebogen allemaal omgekeerd zaten zodat ze niet hun armen konden buigen om het voedsel naar hun mond te brengen.
Vervolgens werd de rabbijn naar het paradijs gebracht en daar hoorde hij gelach en hij voelde dat de atmosfeer vol vreugde en blijdschap was. Maar tot zijn verbazing zag hij precies een zelfde situatie, mensen aan een eettafel overladen met dezelfde heerlijkheden als hij eerder gezien had. Alles was eender, ook de binnenstebuiten gekeerde ellebogen. Maar er was één opmerkelijk verschil: ieder bracht het voedsel naar de mond van zijn of haar buur.
Onbekende bron