Preekschets bij Rechters 5:12 voor de 5e zondag na Pasen
‘Ga voorop, Debora, vuur ons aan…’
Rechters 5:12
Schriftlezing: Rechters 5:1-12
Zie ook:
Het eigene van de zondag
Het is de 6e zondag van Pasen, de zondag met de naam Rogate, afgeleid van het Latijnse woord ‘rogare’, wat bidden, smeken betekent. Meestal komt de naam van de zondag uit een bijbeltekst. Deze keer niet: de naam Rogate is ontleend aan een traditioneel gebruik. Op deze dag hield men een processie langs de akkers en de velden om een zegen af te smeken over de oogst. De protestantse ‘biddag voor gewas en arbeid’ is hier uit voortgekomen. Het is tevens de zondag vóór Hemelvaart.
In de seculiere context is het vandaag moederdag. Commercieel uitgebuit, maar omdat moederdag in ons maatschappelijk leven veel aandacht krijgt, lijkt me een bijbellezing waarin een vrouw de hoofdrol heeft, op zijn plaats.
Uitleg
Het boek Rechters is niet geschreven als historische geschiedenis (die zit er wel in verweven), maar de verhalen willen je laten kijken met profetische ogen naar de gebeurtenissen. Na de rechters Ehud en Samgar, die volledig solo te werk gingen, nu in Rechters 4 en 5 het verhaal over de rechter-profetes Debora. Haar naam betekent ‘honingbij’, maar het Hebreeuwse ‘dabar’ (betekent woord én daad) klinkt er ook in mee, Debora voegde de daad bij het woord!
Twintig jaar van onderdrukking door generaal Sisera met zijn 900 ijzeren strijdwagens deed de Israëlieten roepen tot JHWH aan het begin van hoofdstuk 4. Dit hoofdstuk is de verhalende beschrijving van het gebeuren en hoofdstuk 5 is de poëtische versie van het verhaal. Het is de vraag welk deel ouder is. De twee hoofdstukken vullen elkaar overigens aan. Het lied in hoofdstuk 5 wordt door sommige bronnen wel gezien als één van de oudste stukken poëzie van de Bijbel. Ik heb gekozen voor een deel uit hoofdstuk 5, omdat Debora hier direct aan het woord komt, als zelfbewuste vrouw.
Het is goed om even naar de verschillende vertalingen van vers 7 te kijken. In de NBV wordt hier over Debora gesproken, in het Hebreeuws staat echter de 1e persoon: ‘… ik, Debora…’ Had de vertaler hier een bedoeling mee?
Uit hoofdstuk 4 weten we dat de Israëlieten naar Debora toekwamen om raad te vragen. Ze sprak recht onder de Debora-palm tussen Rama en Betel. Ze neemt haar taak op als rechter, als profetes en als militair strateeg en leider. Eigenlijk is het ook een verhaal vol humor, ze stelt Barak aan als legeraanvoerder, maar hij durft niet zonder haar. Waar Barak blijft aarzelen, is Debora vastberaden. Ze neemt de leiding over, gaat Barak voor, en weet op deze manier tienduizend soldaten achter zich aan te krijgen. Dankzij Debora krijgen ze weer vertrouwen en gaan ze de strijd aan.
Het lied in hoofdstuk 5 is vooral een loflied op God en op iedereen die zich beschikbaar stelt in de bevrijdingsstrijd. Degenen die thuis blijven of geen keuze kunnen maken, krijgen een veeg uit de pan. Hoe die strijd verder verloopt wordt niet beschreven. In de Bijbel gaat het ook niet over heldenverering.
De Kanaänieten worden verpletterend verslagen. Alleen legerleider Sisera weet te ontkomen, maar hij wordt later alsnog uitgeschakeld: door een vrouw.
In Rechters 5:24 wordt deze vrouw Jaël ‘de gezegende onder vrouwen’ genoemd, net zoals Elizabeth haar nicht Maria noemde in Lucas 1! Jaël behoorde tot de stam van de Kenieten. Zij nodigde Sisera uit in haar tent, nadat hij gevlucht was van het strijdveld. Ze bedekte hem met een deken en toen hij in slaap viel, doodde ze hem met een tentpin door zijn hoofd.
Sommige Hebreeuwse woorden in de verzen 4, 24-27 hebben een seksuele connotatie. Het zou natuurlijk zomaar kunnen dat verkrachting van vrouwen onderdeel was van de onderdrukking van Sisera en zijn leger.
Aanwijzingen voor de prediking
Het bijzondere van dit lied is het vrouwelijke perspectief. Het zijn vooral vrouwen die genoemd worden: Debora, Jaël, de moeder van Sisera en haar vrouwen. De joods-christelijke traditie is een patriarchale traditie, maar dit verhaal laat een andere laag zien. Misschien een weggeschreven laag? Volgens sommige bronnen zou dit lied, samen met het lied van Mirjam tot de oudste delen van de bijbel behoren.
We lezen in haar lied: ‘toen de doem van de onderdrukkende macht over het land lag en alles stokte, stond zij op als het profetische woord’. Hoe kom je dat profetische woord op het spoor? Hoe kun je je hierin ook oefenen en scholen?
Dit verhaal mag een oproep aan het adres van vrouwen zijn om een leidinggevende, profetische taak niet te schuwen. Het gaat er niet om of je man of vrouw bent, het gaat er om welke gaven en kwaliteiten je hebt en op welke manier je deze in kunt zetten in de bevrijding van mensen.
In Rechters 4:4 staat Debora vermeld als vrouw van Lappidot. Dit laatste kan echter ook vertaald worden met ‘vrouw van vlammen’ (het Hebreeuws kent geen hoofdletters, ook niet van eigennamen). In de rabbijnse traditie wordt Debora dan ook een groot licht in Israël genoemd. Een mooi voorbeeld hoe belangrijk een goede en kritische vertaling is. Jarenlang hebben we hier gelezen ‘Debora, de huisvrouw van Lappidoth’ (SV), terwijl ‘Debora, vrouw van vlammen’ als vertaling dus ook mogelijk is.
Omdat de nood zo hoog is, roept Debora de mensen op hardop te spreken (Rechters 5:11): ‘Overstem met je verhalen het geklets bij de bronnen’. Een mooi vers om ons Facebookgeklets eens onder de aandacht te brengen?
‘Ga voorop, Debora, vuur ons aan…’(Rechters 5:12), wat een prachtige roeping is dit! Gelukkig zijn er veel voorbeelden te noemen van vrouwen die dit ook gedaan hebben. In haar lied benoemt Debora ook het gebrek aan solidariteit tussen de verschillende stammen.
De dromen die Sisera had met zijn 900 strijdwagens kwamen terecht in de modder van de beek Kison, door het optreden van rechter Debora. Haar optreden vanuit het grote vertrouwen in die God van Israël, waardoor het kleine groot genoeg is om de macht te doorbreken. Leven vanuit dit vertrouwen geeft een prachtig loflied in de mond.
De Kenitische vrouw Jaël wordt gezegend genoemd. Niet omdat zij een moord begaat, maar omdat zij voor zichzelf opkomt en vooral omdat zij, de vreemdelinge, partner van God blijkt te zijn: zij brengt tot een einde wat Hij begonnen is (4,15).
In de laatste zin van hoofdstuk 5 klinkt het: ‘Veertig jaar had het land rust.’ Een vrouw die recht spreekt, die opstaat in een situatie van onrecht, die leiding geeft en vooraan gaat, dat brengt rust!
Hoe simpel en snel vrouwen weggeschreven zijn is te lezen in Hebreeën 11:32. In de rij van rechters die worden genoemd, komt Barak wél voor en Debora niet. De Bijbel werd gebruikt om emancipatie van vrouwen en slaven tegen te houden. Rechters 4 en 5 laat zien hoe het anders kan.
Liturgische aanwijzingen
In het bijzonder deze zondag (maar eigenlijk altijd) letten op inclusief taalgebruik in de liturgie. Meestal gebruiken we de mannelijke vorm (de mens, hij…) Neem vandaag de vrijheid om in voorgelezen teksten of gebeden de gebruikelijke mannelijke vorm te vervangen door de vrouwelijke vorm.
Mogelijke liederen zijn:
Uit NLB: lied 528, 66, 1, 6, 7, 322, 659, 791, 829, 894.
Uit Eva’s lied nr. 40 en 48.
Bij de voorbede kunnen op deze moederdag vrouwen genoemd worden. Vrouwen met kinderen en vrouwen zonder kinderen, gewild of ongewild. Benoem het belang van vrouwen als leider, als inspirator.
Ideeën voor kinderen
In een gesprek met kinderen kunnen verschillende thema’s aan bod komen: verschil man/vrouw, leven vanuit vertrouwen in God, durven, initiatief nemen.
Geraadpleegde literatuur
Blok H. e.a. Geen koning in die dagen, over het boek Richteren als profetische geschiedschrijving. Baarn 1982.
Susan Ackerman, Warrior, Dancer, Seductress, Queen: Women in Judges and Biblical Israel. New York, 1998.