Preekschets Zacharia 1:17
Opnieuw zullen mijn steden overvloeien van voorspoed, opnieuw zal de HEER Sion troosten, opnieuw zal hij Jeruzalem uitverkiezen.
Zacharia 1:17
Schriftlezing: Zacharia 1:7-17
Zie ook
-
11. De twaalf kleine profeten (De Bijbel theologisch)
-
Joël, Obadja, Nahum, Habakuk, Sefanja, Haggaï, Zacharia, Maleachi (De Bijbel literair)
Het eigene van de zondag
In de vorige schets klonk Zacharia 1:2-3. Het Is mooi om in een korte serie nog enkele verzen uit het Bijbelboek Zacharia tot klinken te brengen. Zacharia 1:17 past wellicht goed in een doopdienst.
Uitleg
Zacharia staat vooral bekend om de visioenen die hij van God ontving.
Zoals sommige profeten een glimp van de hemelse raad konden opvangen lijkt Zacharia in de hemelse raad te staan waarbij het hem vrij staat vragen te stellen aan een tolkengel. Die engel geeft hem steeds antwoord, gidst hem door de visoenen heen, legt de visioenen voor hem uit, bidt met hem mee voor Jeruzalem en ontvangt vertroosting.
(Studiebijbel OT Hosea – Maleachi, 612, over het genre).
Daarnet heeft Zacharia het eerste gezicht gezien: een man op een rood paard met achter hem een groot aantal ruiters. Het zijn verkenners. Ze doorkruisen de aarde en vinden alles in rust. Het blijkt een dodelijke rust. Machthebbende volkeren om Juda heen steken geen vinger uit om de vrede van Jeruzalem te bevorderen. Terwijl Zacharia een vraag stelt in vs. 9 – wat betekent dit, mijn heer? – klinkt in vs. 12 een vraag uit de mond van de Engel des HEREN: “HERE der heirscharen, hoelang nog….?” Er wordt doorgevraagd naar Gods bedoeling met zijn toorn over zijn volk. Die Engel legt een verbinding tussen wat er op aarde gebeurt (de zeventig jaar ballingschap) en wat God daar doorheen doet. Die zeventig jaren waren van tevoren aangekondigd. We kunnen denken aan de periode vanaf de tempelverwoesting (587) tot de herinwijding van de tempel (516), maar ook aan de periode vanaf de eerste deportaties naar Babel (605) tot de terugkeer rond 536.
Het blijkt een cruciaal moment te zijn! God wendt zijn toorn af van zijn volk Israël en keert zich tegen de “overmoedige volken”. Hiermee worden de volken bedoeld die samen het grote Babylonische rijk vormden. Voor Israël klinken er “goede woorden, troostrijke woorden”. Stad (Jeruzalem) en tempel staan een zegenrijke periode te wachten, omdat God zich weer over stad en tempel ontfermt. Sterker nog: Hij keert er weer naar terug (vs. 16) Israël is uitdrukkelijk zijn volk, door Hem uitverkoren.
In onze tekst krijgt Zacharia de uitdrukkelijke opdracht om deze boodschap “nog”, “weer” te prediken. Kenmerk van Gods profeten is dat ze voortdurend zeggen: Zo zegt de HERE. De inhoud van Zacharia’s boodschap wordt zichtbaar in het beginnend herstel van de stad Jeruzalem en de wederopbouw van de tempel.
Aanwijzingen voor de preek
Komt er ooit een einde aan alle ellende? Wat is er veel leed in deze wereld. Wie denkt er niet aan het verwoeste Syrië? Ook in de gemeente is bij die en gene veel leed: ziekte, rouw, kapotte gezinnen… Zou dat nou altijd zo blijven?
Nog lastiger is de vraag: waar komt al dat leed vandaan? Is het toeval? En zo niet: Hoe zit het dan met Gods leiding? Is het beproeving, zoals bij Job? Kan het ook straf zijn, zoals bij de melaats geworden Mirjam, bij de gestorven Ananias en Saffira? Daar moeten we naar anderen toe heel voorzichtig mee zijn. Dat oordeel komt ons niet toe. In onze schriftlezing ontdekten we wel degelijk die koppeling: de verwoesting van de stad Jeruzalem, van de tempel en de Babylonische ballingschap was Gods straf op de zonde. We vinden dat – anno 2017 – best moeilijk. Want hebben ook wij geen straf verdiend? Maar ook: hoe deel je zoiets met je niet-gelovige collega’s? Woorden kunnen soms zo leeg zijn.
Na de oproep tot bekering (1:3,6) geeft God aan zijn knecht Zacharia niet alleen woorden. Hij geeft zijn profeet ook iets te zíen. Zacharia krijgt een aantal gezichten, visioenen. En voordat we denken: Dat was tóen: we horen in onze dagen over moslims in andere werelddelen, die van God dromen ontvangen, waardoor ze Jezus Christus leren kennen. Zou God vandaag ook ons iets te ‘zien’ kunnen geven? Staan wij daarvoor open?
Zacharia ziet een man op een rood paard, geflankeerd door rode, bruin gevlekte en witte paarden. Zacharia begrijpt de bedoeling niet en vraagt daarom: Wat betekent dit? Van vragen word je wijzer. ’t Is wellicht ook een tip voor het pas begonnen seizoen om aan te sluiten bij een Bijbelkring, waar je samen met anderen een stukje van de Bijbel intensief bestudeert. Voortdurend bidden we om het licht en de leiding van de Heilige Geest!
Zacharia mag weer gaan preken. Nu geen boodschap van onheil, maar een van heil. En dat heil is heel concreet: De herbouw van de stad Jeruzalem en de herbouw van de tempel onder de zegen van God. Kern van de boodschap is, dat de HERE terugkeert naar zijn volk. Hij gaat er weer wonen. Dat mag en moet – in blijde en moeilijke omstandigheden – ook ons verlangen zijn. HERE, woon onder ons. Schenk ons uw gunst. Dat is: onverdiende goedheid. Die goedheid van God komt in onze tekst tot uiting in overvloed, in troost en in de wetenschap, dat Hij Jeruzalem verkiest. Er breekt een periode aan van relatieve vrede: kinderen spelen weer op straat, oude mensen verheugen zich in die spelende kinderen.
Eeuwen later loopt Jezus door de straten van Jeruzalem. Hij huilt. Hij kondigt de verwoesting van stad en tempel aan (in 70 na Chr. door de Romeinen). En tot op vandaag is het spannend in de straten en op de pleinen van Jeruzalem. Zal dat altijd zo blijven?
Johannes – als balling verblijvend op het eiland Patmos – ziet de heilige stad, Jeruzalem, neerdalen uit de hemel, van God. Die stad heeft geen tempel, “… want de Here God, de Almachtige, is haar tempel, en het Lam”. Een ieder die gelooft in Jezus Christus zal straks in vrede wonen en delen in het heil. Soms mogen we daarvan hier al iets zien. En we strekken ons uit naar zijn toekomst.
Geprezen zij Gods woord dat mij deed hopen!
Mijn vijanden zijn haastig afgedropen.
Wat zou een mens mij doen als ik kan roepen:
De Here is mijn held!
Psalm 56:3b
Ideeën voor kinderen en tieners
Spelen jullie nog wel eens op straat? Dat kan niet altijd. Er is vaak veel verkeer. Misschien zien jullie soms beelden van Syrië. Daar is oorlog. Op sommige plaatsen zijn de straten veranderd in bergen puin. Spelen is daar helemaal onmogelijk. Zo was het ook in Israël tijdens de ballingschap. Maar zo zal het niet blijven. Omdat God in zijn liefde voor Israël ervoor gaat zorgen, dat de stad Jeruzalem weer een stad van vrede wordt. Straks mag Zacharia de pleinen van de stad zien, vol van spelende jongens en meisjes (Zach. 8:5)
Liturgische aanwijzingen
Bij de Psalmen kunnen we denken aan Psalm 56, 79, 80 en 85. Ook LB gezang 265 en 297 (als slotlied) passen mooi.
Geraadpleegde literatuur
-
Studiebijbel OT, Hosea – Maleachi;
-
M. Brink-Blijdorp en R. Kuijper-Versteegh, De Koning in aantocht, z.p., z.j.
-
J. Westerink, Haggai en Zacharia, profeten van het Huis van God, z.p., z.j.
-
G.A. van de Weerd, De Profeet Zacharia; z.p., z.j.
-
A.H. Edelkoort, De profeet Zacharia, z.p., z.j.
-
Hiernaast geeft het boek Jeruzalem, De biografie, S.S. Montefiorem, z.p., z.j., veel informatie over de geschiedenis van Jeruzalem.