‘Voor mensen die naamloos… door het leven gaan.’ (liedboek 647)
In het pastoraat is elkaar bij name kennen belangrijk. Lied 647 bezingt de belangrijke zaken van het leven die bij elkaar horen om mens te zijn voor Gods aangezicht: je naam, brood, gehoord worden en de naam van Adam.
Je naam
Eén van de eerste vragen in een pastoraal contact is hoe iemand heet. Dit komt niet voort uit een drang tot administratieve correctheid. Als bezoeker wil je weten hoe iemand heet en hoe je hem kunt aanspreken. Van wie heeft hij zijn naam gekregen? Is er een verhaal bij iemands naam? Met je naam ben je wie je bent, gekend bij God en bij mensen. Bij de naamlozen uit strofe 1 denk ik aan vluchtelingen. Een probleem dat teruggebracht is tot aantallen. Wie weer een naam heeft, krijgt een gezicht en er ontstaat ruimte voor iemands verhaal. Dan ontstaat er leven!
Brood
Met een naam spreek je mensen aan. Een andere levensbehoefte is brood. ‘Geef ons vandaag het brood dat we nodig hebben’ (Matteüs 6 vers 11) dan kunnen we voluit leven. De bede uit het Onze Vader klinkt als een echo van het volk Israël in de woestijn als zij manna ontvangen. Het danken, breken en delen geeft betekenis aan het brood. Jezus gaat ons hierin voor. Dit brood is een teken waardoor wij kunnen bestaan (strofe 2). Wie roepen, zoeken en tasten, hebben iets tastbaars in handen: brood dat leven geeft.
Luisterend oor
Pastoraat is een luisterend oor zijn. Iemand mag haar verhaal doen, iemand komt bij jou op verhaal. Belangeloos en onvoorwaardelijk is er iemand die, in Gods naam, naar jou luistert. Iemand die jou tevoorschijn luistert, samen met je diepste kwetsuren en verlangens (strofe 3). Is dat niet de diepste wens van ieder mens?
Nieuwe naam
Voor al deze mensen is de nieuwe Adam opgestaan (strofe 4). Wij delen in zijn naam, hoe tastend en zoekend we ook zijn in het leven. Zo delen wij ook in het nieuwe leven in Christus.
Gebruik
Dit lied gaat over existentiële vragen van mensen, ongeacht hun levensbeschouwelijke of religieuze achtergrond. De eerste drie strofen zijn ook zonder bijbelkennis goed te begrijpen. De vierde strofe verdiept de voorafgaande strofen. Het lied is bruikbaar rond de maaltijden en is daarmee een mooi voorbeeld van de verbinding tussen de maaltijd van de Heer en een ‘gewone’ maaltijd.
Ds. A. Groeneveld is als parttime predikant-geestelijk verzorger verbonden aan ’s Heeren Loo Zorggroep. Tevens is zij interim-predikant.