Menu

Basis

Vijf lessen voor pastorale gesprekken over misbruik

Hoe reageer je als pastor op een verhaal van seksueel misbruik? Slachtoffers vertellen wat ze hopen van een pastoraal gesprek en daar formuleert de auteur vijf lessen uit.

Daar zit je als pastoraal bezoeker (in het vervolg: pastor), bij iemand die je kent uit eerdere ontmoetingen. Je bent op bezoek omdat haar oude vader is overleden. Op jouw meelevende opmerking dat ze haar vader wel zal missen, barst ze los dat ze spuugmisselijk werd van de schijnheilige woorden bij de uitvaart, omdat zij wel een ander verhaal kan vertellen: dat ze een vader had die haar als kind misbruikte. Plof! Wat nu?

Of je praat na de kerkdienst met een vrouw die vertelt dat ze een andere baan heeft. Jij reageert verbaasd: maar je had toch zo’n leuke baan? Dan zegt de vrouw: ja, maar ik had een teamleider die mij verkrachtte en mij dwong om het stil te houden. Wat zeg je dan?

Feiten en cijfers

Een derde van de vrouwen in Nederland heeft te maken gehad met seksueel geweld en 7 procent van de mannen. Als ik als man deze cijfers noem bij vrouwen, kijken ze me meewarig aan. Want in de praktijk heeft iedere vrouw ongewenst grensoverschrijdend gedrag meegemaakt, van een kneep in de billen bij het kopieerapparaat tot afgedwongen seks met een partner. Bij mannen liggen de aantallen lager. Dat heeft deels te maken met schroom om erover te praten of onbekendheid dat een bepaalde ervaring seksueel misbruik is geweest.

Soms is een ervaring ook totaal verdrongen. Regelmatig is er bij slachtoffers sprake van ongewilde lijfelijke reacties: stijve tepels, vochtig worden, een erectie. Daar kun je je als slachtoffer schuldig over voelen. Je gaat denken dat je met zulke reacties het geen misbruik mag noemen. Of dat je seksueel misbruik niet zo mag noemen wanneer het van je partner komt. Dat alles maakt dat seksueel misbruik vaak niet wordt herkend of niet wordt benoemd.

Door het stilzwijgen, soms jarenlang, geeft ondervonden misbruik vaak diepe trauma’s. Want het zelfvertrouwen in je lijf en de vraag in hoeverre je op je omgeving kunt vertrouwen, zijn ondermijnd.

Door het gedwongen stilzwijgen geeft ondervonden misbruik vaak diepe trauma’s

Misbruik en pastoraat

Wanneer er zoveel mensen geschaad zijn door seksueel geweld en misbruik, dan moet dit toch een onderwerp zijn voor het pastoraat? Vrijwel alle kerken hebben een protocol voor de behandeling van klachten van seksueel misbruik in ambtelijke en kerkelijke gezagsrelaties. Maar daarmee is nog niets gezegd over het pastoraat aan slachtoffers van seksueel misbruik.

De Protestantse Kerk heeft in 2019 een synodenota aanvaard: ‘Werk aan de schuilplaats!’. In die nota wordt, naast aandacht voor seksueel misbruik in kerkelijke gezagsrelaties, ook heel bewust aandacht gegeven aan andere vormen van seksueel misbruik. Werk aan de schuilplaats van het pastoraat, dus.

Pastoraat betekent voor mij dat iemand zich in het licht van God gekend mag weten in zijn of haar verhaal en erkend in wie hij of zij is als persoon. Die twee behoeften, je gekend weten in wat je hebt meegemaakt en je erkend weten in wie je bent, spelen rond seksueel misbruik een heel grote rol. Maar hoe moet je dan reageren, wanneer misbruik in een pastoraal gesprek aan de orde komt?

Hoe we met elkaar omgaan in de kerk heeft modelwaarde

Vijf lessen

In 2018 heeft de Protestantse Kerk een onderzoek gehouden. Daarbij zijn vijftien slachtoffers van seksueel misbruik geïnterviewd, die lid zijn of zijn geweest van de kerk. Hun is gevraagd hoe de kerk pastoraal reageerde op hun ervaringen en wat ze op pastoraal gebied verwachten van de kerk.

Uit hun verhalen destilleer ik vijf lessen.

Een veilige cultuur

Pastoranten zijn erbij gebaat wanneer een pastoraal gesprek ingebed is in een cultuur van openheid en veiligheid van hun plaatselijke gemeente en landelijke kerk. Het is een hele kunst om open over seksueel geweld en grensoverschrijding te praten. Stralen vieringen en activiteiten veiligheid uit? Het is ondersteunend wanneer er in een gemeente wordt gepraat over machtsmisbruik en grensoverschrijding, zonder dat er denigrerend of veroordelend wordt gedaan, zonder roddel en achterklap. Of dat eenvoudigweg lichaamsdelen met liefdevolle woorden genoemd worden. Want veel mensen hebben daar in hun jeugd alleen maar grove woorden voor geleerd. Hoe we met elkaar omgaan in de kerk heeft modelwaarde.

Luisteren zonder oordeel

We weten dat pastoraat heilzaam is wanneer iemand naar je luistert zonder oordeel. Non-verbaal of verbaal kun je als pastor oordelend en veroordelend reageren, zonder dat je het zelf doorhebt. Wat zijn oordelende reacties? Gedachten als: ‘Ze zal het er wel zelf naar gemaakt hebben’, ‘Ze had toch veel eerder aan de bel kunnen trekken’, ‘Daar heeft een organisatie toch een klachtenregeling voor’, ‘Zoiets doet een vader niet, ze zal het wel verzonnen hebben’, ‘Een man kan toch niet verkracht worden’. Die gedachten helpen een gesprek niet verder.

Ken je grenzen

Het is verleidelijk in een hulpverlenersrol te schieten, omdat je dan het gevoel hebt iets te kunnen betekenen. Maar suggereer geen kennis, ervaring of rol die je niet hebt. Er kunnen momenten in het pastorale contact komen dat hulpverlening passend is. Dan kun je peilen waar iemand behoefte aan heeft: helpen om instanties te vinden, een buddy om bij uit te blazen in een therapeutisch traject of een juridische procedure, praktische hulp.

Je bent als pastor geen rechter. Dat betekent dat je niet aan waarheidsvinding hoeft te doen. Jouw inbreng als pastor is dat je er bent om te luisteren naar wat iemand vertelt. Heel soms is er sprake van ‘invented memory’, verzonnen verhalen. Maar ga in de meeste gevallen maar uit van het omgekeerde: dat je een topje van de ijsberg te zien krijgt en dat er nog veel meer gebeurd is, waar je geen weet van hebt.

Je grenzen kennen: daar speelt gender een grote rol in. Vaak is het voor vrouwen gemakkelijker om bij andere vrouwen hun verhaal te doen, maar sommigen vinden dat ze van gendergenoten meer oordeel te duchten hebben. Je kunt de regie bij de pastorant laten: ‘Vind je het vervelend om dit tegen mij als man/vrouw te vertellen?’, ‘Hoe is het voor jou om dit tegen mij te vertellen?’

Je grenzen kennen houdt ook in dat je beseft waar iets jou als pastor raakt. Misschien heb je ervaringen van misbruik waarvan je dacht dat je ze verwerkt had, maar die je toch weer onverwachts van slag brengen. Dat kun je benoemen, zonder dat je de pastorant een gevoel geeft dat het aan haar ligt. ‘Sorry, maar wat je vertelt rakelt iets op bij mij, waardoor ik niet goed naar jouw verhaal kan luisteren. Het spijt me. Wat zouden we kunnen doen? Wat wil je?’

Machten

Seksueel misbruik is misbruik van macht. Iemand maakt misbruik van een gezagspositie, macht of kracht om lijfelijke grenzen te overschrijden. Een dader gebruikt macht om feiten te maskeren. Een dader kan met veel overtuigingskracht suggereren dat een slachtoffer het er zelf naar gemaakt heeft. Een dader kan vaak ook naar de buitenwereld toe volkomen overtuigend een mooi verhaal over zichzelf ophangen. Een groep heeft er altijd belang bij om rust in de tent te hebben. Een slachtoffer dat een misstand benoemt, of het nu is in een gezin, kerk of bedrijf, krijgt daarom vaak te maken met vijandigheid en uitstoting van de groep waar ze bij hoort. Ga in je woordgebruik als pastor niet mee in het wegmoffelen van belangen, machten en mechanismen.

Woorden doen ertoe. Ze dekken vaak belangen toe of leggen machten bloot. Dat geldt in het bijzonder voor geloofswoorden. Het woord vergeving is zo’n woord, dat vaak meer schade aanricht dan de inhoud van het woord juist zou moeten doen. Te vaak wordt het woord vergeving ingebracht om een status quo te behouden, om de vinger niet werkelijk op de zere plek te leggen, of om een slachtoffer iets te laten doen wat niet bij hem of haar ligt, of waar hij of zij totaal niet aan toe is.

Wat maakt dat ik als pastor op een bepaalde manier reageer? Ben ik bezig om iets te verdedigen? Mijn eigen geslacht (‘wij mannen zijn heus niet allemaal verkrachters’), de kerk (‘er moet toch een plek zijn waar vergeving het laatste woord heeft’) of de maatschappij (‘we hebben echt goede wetten en regels, waardoor het voor iedereen veilig is’). Ben ik bezig om mijn eigen angsten te bezweren? Dan moet ik dat gesprek met mijn gevoelens en verwachtingen niet over het hoofd van mijn pastorant heen voeren, die daar niet mee geholpen is.

Doen wat je belooft

Wanneer je vertrouwen hebt beloofd, praat dan niet met een ander over een gesprek. Slachtoffers van misbruik zijn vaak nog een keer slachtoffer omdat ze hun verhaal doen en dan met een kluitje in het riet worden gestuurd. Als je zegt dat je ergens werk van zult maken, doe dat dan ook. Zeg het anders niet toe of kom er expliciet op terug. Zeg niet dat je nog wel eens een keer terugkomt, maar stel een periode voor of spreek iets af.

Suggereer geen kennis, ervaring of rol die je niet hebt

Liefdevolle aandacht en betrouwbaarheid

Hoe zal het gesprek verder lopen wanneer iemand vertelt over misbruik door haar vader, verkrachting door de chef? Een pastoraal gesprek waarin je iemand wilt kennen en erkennen in wat ze heeft doorgemaakt zal een avontuur en een weg zijn. Wanneer je door eenvoudigweg luisteren en zijn waar iemand is aan iemand een ervaring van liefdevolle aandacht en betrouwbaarheid geeft, dan geef je iets wat iemand misschien in geen jaren heeft meegemaakt. Dat is een kostbaar geschenk, dat je aan iedereen toewenst.

Theo (dr. T.L.) Hettema werkt als beleidsmedewerker bij het Protestants Landelijk Dienstencentrum. Verder is hij docent bij het Seminarium van de Bond van Vrije Evangelische Gemeenten en supervisor.

Verdiepingsvragen namens de redactie

  • Welke van de vijf lessen spreekt jou in het bijzonder aan?
  • Herken je de valkuilen die de auteur noemt in je praktijk als bezoeker?

Bronnen

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken