Menu

Premium

Preekschets bij Rechters 16:3 voor een zondag in de zomer

Hij nam het hele gevaarte op zijn schouders en droeg het weg, helemaal naar een van de bergtoppen tegenover Hebron.

Rechters 16: 3.

Liturgisch kader

In de ‘zondagen door het jaar’ is het passend om te preken uit het Oude Testament. In het begin van die periode over stof uit de vroege geschiedenis van de oudtestamentische tijd.

Een verootmoedigingslied, dat uitziet naar de beloofde overwinning, is Psalm 60, waarvan vers 1,2 en 4 in de liturgie passen.

Een danklied direct na de preek kan zijn de lofzang van Simeon, NLB Lied159. Uit de drie versies kan gekozen worden in aansluiting aan de (kerkmuzikale) situatie van de gemeente.

Als afsluitend lied is het Lutherlied geschikt. De gemeente bezingt hier de overwinning in Christus te midden van de bedreiging. NLB 898. Er zijn ook verscheidene andere berijmingen, zie Kerkliedwiki (zoeken op de beginregel).

Uitleg

De gekozen passage, kort en exegetisch overzichtelijk in zichzelf, leent zich ertoe om de figuur van Simson in al z’n gecompliceerdheid, en zijn betekenis in zijn historische en literaire context én voor nu, te belichten. Vragen zijn: kunnen we in deze geschiedenis de HEER zien? En hoe kan het dat Hij zo’n verlopen, verdorven figuur als ‘rechter’ gebruikt?

Het boek Rechters is een schakel in de keten van de oudtestamentische geschiedschrijving. Het boek sluit met zoveel woorden aan bij het slot van Jozua (diens dood) en grijpt terug op de Pentateuch (Deuteronomium 7: 1-3, 17vv). Het loopt uit op het refrein “In die tijd was er geen koning in Israël; iedereen deed wat in zijn eigen ogen goed was” (17: 6, 21: 25). Dit preludeert, als een negatief, op de uiteindelijke komst van een koning, met als aanloop het boek Ruth (zie Ruth 4: 22) en beschreven in 1Samuël en 2Samuël. Zo heeft Rechters zijn plaats in de geschiedenis die uitloopt op de komst van Davids grote zoon, geprofeteerd in 2Samuël 7: 16 – Jezus Christus. Hier ligt de sleutel om de geschiedenis van Simson te ontsluiten voor de gemeente van de nieuwtestamentische tijd, de gemeente van vandaag.

Rechters is een boek van neergang. Dat blijkt duidelijk in de opeenvolging van Gideon – Jefta – Simson, de drie achtereenvolgende ‘rechters’ met een uitvoerig verhaal. (Opmerking: vanuit wat de ‘rechters’ daadwerkelijk deden kunnen we ze ‘leiders’ noemen, eventueel ‘rechtvaardige leiders’, recht verschaffende leiders.) Het wordt steeds moeilijker voor Israël om de benodigde leider voort te brengen; de plaats van de man in de volksgemeenschap wordt steeds problematischer. Dat geldt al bij Jefta: zoon van een prostituee; verstoten; uiteindelijk zonder nageslacht.

Israël wordt nu niet alleen door de vijand, de Filistijnen, verdrukt, hun kracht is ook gebroken. Geestelijk: ze zien niet meer de hand van de HEER in de verdrukking en wenden zich niet tot Hem om redding. Simson komt er enkel en alleen op Gods initiatief. Hij maakt een heel nieuw begin. Uit een onvruchtbare vrouw (wij zeggen: een kinderloos huwelijk) wordt wonderlijk genoeg toch nog een zoon geboren; vergelijk Sara en Isaak, Hanna en Samuël, Elisabeth en Johannes – en tenslotte Maria en Jezus, waar helemaal geen aardse vader meer aan te pas komt.

Israël had de inwoners van Kanaän moeten bestrijden, verdrijven, uitroeien, maar ze zijn daar vanaf het begin laks in geweest (2: 1-3, teruggrijpend op Deuteronomium 7: 1-3, 17vv). Nu is het zover gekomen dat ze de strijd niet meer zien zitten (15: 11-13) en uiteindelijk zelfs hun wapens kwijt raken (1Samuël 13: 19-21, waarschijnlijk niet lang na Simsons tijd), Nu zet Jahwe een unieke man in, voor het leven aan Hem gewijd (iets bijzonders, het nazireaat was als regel voor een beperkte tijd, Numeri 6). Met deze wijding contrasteert Simsons religieus en moreel karakter en zijn geringe communicatie met de HEER. Ook in dit opzicht is er een neergaande lijn Gideon-Jefta-Simson. Seksueel en relationeel loopt zijn leven op de klippen. Op zijn geschiedenis volgen twee verhalen die de diepe duisternis in Israël in de tijd van de rechters illustreren, religieus en moreel, sociaal en nationaal.

Hiermee zijn we bij vers 1 van onze passage. De ‘rechter’ zoekt de vijand op in het hol van de leeuw, maar geeft zichzelf daar in vérgaande zin over; zijn prostitueebezoek wordt niets verhullend, in alle schrilheid beschreven.

De structuur van de passage is simpel, een drama in drie stappen: actie-reactie-ontknoping.

Simsons greep op de poortconstructie wordt wel heel nadrukkelijk beschreven; het lijkt erop dat hij bij wijze van provocatie een groter ingreep heeft gedaan dan voor zijn ontsnapping strikt nodig zou zijn geweest.

Vervolgens heeft hij met dat gevaarte op zijn rug zo’n zestig kilometer gelopen. De inwoners van Hebron zien vanuit hún stadspoort het geheel op de heuvel liggen. Dat poortgebouw is een symbool van de macht van de Filistijnen (denk aan Matteüs 16: 18). Het is een demonstratie: jullie zien Gods strijd tegen de vijand niet meer zitten? Hij kan het wel door middel van zijn éne nazireeër!

Aanwijzingen voor de prediking

Een fictieve Israëliet, inwoner van Hebron, wordt hoofdpersoon. Hij is gefrustreerd en ontmoedigd over de druk van de Filistijnen. Hij kent Jahwe als de nationale godheid en weet iets van zijn wet, met name uiterlijkheden, zoals lang haar als teken van een gewijde man. Maar hij ziet niet Gods hand in wat er met israël gebeurt en heeft weinig of geen verwachting van Hem.

Hij kent Simson, zij het niet persoonlijk. Hij heeft enerzijds respect voor de man die zo ontzagwekkend voor hen strijdt. Anderzijds vindt hij de methoden vreemd en weinig effectief. Hij ziet Simsons morele zwakheid, zijn aanvechtbaar gedrag, heeft daar mogelijk wel kritiek op, maar dat moet je ‘in deze tijd zien’. Inkleuren vanuit een type christen dat wij vandaag ook kennen, herkenbaar – én de zwakheid van dit geloof laten doorklinken.

Op een dag gaat onze hoofdpersoon de poort uit met een stadgenoot en ziet het indrukwekkende poortgebouw van Gaza op de heuvel liggen. De stadgenoot deelt zijn verrassing maar kan ook meer zeggen over de betekenis hiervan. Aanvullen, verder uitleggen, vanuit eigen standpunt als voorganger in het heden van Gods volk.

Aansporing: nu wij de volmaakte ‘rechtvaardige leider’ hebben gekregen die de machtsbasis van de vijand heeft overmeesterd en ons voor nu én voor eeuwig verlost, laten wij nieuwe moed vatten om in Hem te geloven, uit dat geloof te leven en daarin sterk te zijn.

Min of meer als alternatief een klassiek thema-met-punten, vanuit het voorgaande in te vullen:

Simson overwint de poorten van de vijand.

We zien (daarin, in deze geschiedenis):

1. Het geduld, dat de HEER heeft.

Namelijk met Simson en – in hem – met Gods volk Israël. Lijn doortrekken als voorganger naar het volk van God nu.

2. De kracht, die Hij geeft.

Fysiek aan Simson, maar dan kracht om Gods volk te redden.

3. De taal, die Hij spreekt.

Hoe ingezonken en ontmoedigd wij ook zijn, God kan en wil ons nog steeds redden. (Verder als boven.)

Ideeën voor kinderen en jongeren

In de preek, bijvoorbeeld in de inleiding, ingaan op de beleving van Simson als superheld.

Een kinderlied over Simson, dat daarbij aansluit, is ‘Simson, Simson, alle Filistijnen / verdwijnen, verdwijnen als jij komt.’ Het staat in Alles wordt nieuw van Hanna Lam en Wim ter Burg. De tekst is hier te vinden. Bladmuziek: Alles wordt nieuw 1 (deel I en II), p. 82.

Suggestie voor kleurplaat: Simson draagt de poortdeuren (Eerdere link bestaat niet meer. Voor mogelijkheden: zie Rijksmuseum.nl.)

Geraadpleegd

  • A.I. Krijtenburg, Simson, richter en nazireeër. Goes 1956.

  • G.F. Moore, Judges. International Critical Commentary. 1906.

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken