De bevreemdende relatie tussen protestanten en vergeldingsteksten
Je hoort ze tegenwoordig niet zo vaak meer, de drie uitgangspunten van de Reformatie: Sola Scriptura, Sola Fide en Sola Gratia. Maar in mijn gereformeerde opvoeding waren ze nadrukkelijk aanwezig. Aan tafel kwam nog wel eens het leven van Luther ter sprake, zijn heftige bekeringservaring en de passie die in hem opbloeide toen hij tijdens het schrijven van zijn commentaar op de Brief aan de Romeinen besefte dat Christus hem bevrijd had van schuld. En al vroeg leerde ik dat ook bij Calvijn de genade voorop stond, bijvoorbeeld in de verkiezingsleer, waarin God de soevereiniteit had om los van menselijke werken te beslissen wie gered zou worden.
Misschien vanwege deze overdosis aan Sola Gratia, raakte ik tijdens de theologiestudie geboeid door de vergeldingsteksten in het Oude Testament. Als gelovigen met hun eigen daden enig gewicht in Gods schaal mogen leggen, dan levert dat toch een evenwichtiger mensbeeld op dan in de theologiëen waarin alles alleen maar van boven komt. De belangstelling voor vergeldingsteksten is gebleven. Afgelopen jaren heb ik in zeer verschillende werelddelen en culturen kunnen zien hoe protestanten met vergeldingsteksten omgaan. In het vervolg schets ik een reis via Nicaragua, Amsterdam, Zambia en Noordwijkerhout, die mij een kaleidscopisch beeld opgeleverd heeft van de soms bevreemdende wijze waarop protestanten met vergeldingsteksten omgaan.