Genesis als meditatie over het kwaad dat overal de kop opsteekt
Boekrecensie

De Amerikaanse auteur Marilynne Robinson (1943) staat bekend om haar bekroonde romans, waaronder de geliefde Gilead-trilogie. Minder bekend is haar theologische werk, waarin fictie en essay naadloos in elkaar overvloeien. In haar nieuwste boek richt ze zich op het Bijbelboek Genesis. Een recensie door theoloog en geestelijk begeleider Jan Venderbos.
Marilynne Robinson is vooral bekend van haar romans. Vorig jaar ontving ze een eredoctoraat van de VU Amsterdam. Haar Gilead-trilogie (Gilead, Thuis, Lila, Jack) werd meermaals bekroond, en voormalig president Barack Obama noemde Gilead zijn favoriete boek — hij interviewde haar zelfs. Het gesprek van Obama en Marilynne Robinson is opgenomen in haar essaybundel De gegevenheid der dingen. Over wat het betekent om mens te zijn in onze tijd (2015).
Heiligheid en mysterie schuilen in het alledaagse leven
Robinson schrijft niet alleen fictie, maar ook beschouwingen. Zelf zei ze daarover dat er voor haar geen heldere grens bestaat tussen haar theologische essays en haar romans. Het is haar overtuiging dat in het gewone alledaagse leven heiligheid en mysterie schuilgaan. In een interview vertelde ze dat ze vooral wordt aangetrokken door de schoonheid van het leven én door een goede God, waarover ze in de Bijbel leest.

Nu heeft ze een boek geschreven over het Bijbelboek Genesis – een werk dat vól staat met rijke levensverhalen van mensen waarin het draait om passie, hartstocht en lijden. Over al die oerverhalen van Adam en Eva, Kaïn en Abel; over Abraham, Noach, Jakob en Esau; over Jozef en zijn broers.
Marilynne Robinson versus Jonathan Sacks
Het eerste dat opvalt bij het lezen, is dat de tekst aan één stuk doorloopt: 250 pagina’s lang, zonder enige inleiding of hoofdstukindeling. Het gaat maar door. Hoewel het volop gaat over allerlei Genesis-verhalen en de tekst rijk is aan Bijbelcitaten, worden die zelden voorzien van tekstverwijzingen. Robinson maakt voor de citaten gebruik van de King James-vertaling, naast de Herziene Statenvertaling in de Nederlandse editie.
Behalve het ontbreken van een tekstregister valt ook op dat het boek geen personen- of naamregister bevat, wat de bruikbaarheid niet ten goede komt. Opvallend voor iemand die gespecialiseerd is in literaire benaderingen en structuren in teksten. Wat dat betreft is het een totaal ander boek dan Genesis. Boek van het begin van rabbijn Jonathan Sacks (Skandalon, 2020), dat juist uitblinkt in ordening en structuur.
De Bijbel als meditatie over het probleem van het kwaad
Het boek heet oorspronkelijk Reading Genesis. Het lijkt erop dat Robinson Genesis achter elkaar gelezen heeft en daarbij al mijmerend aantekeningen maakte. Maar pas op: de manier waarop zij Genesis leest, blijkt al uit de eerste zinnen van het boek, die heel betekenisvol zijn en haar uitgangspunten blootleggen. Daar schrijft ze:
“De Bijbel is een theodicee, een meditatie over het probleem van het kwaad (..) De tekst moet aandacht schenken aan de donkerste aspecten van de werkelijkheid zoals wij die ervaren en die verzoenen met de goedheid van God en het Zijn zelf waartegen deze duisternis zo scherp afsteekt.”
Dit is eigenlijk een beschrijving van haar leesbril – en een aankondiging van wat komen gaat. We zien dat terug in alle verhalen zoals zij ze navertelt. Het gaat om menselijke ervaringen én goddelijk handelen, om ingrijpen in wat uiteindelijk een heilige geschiedenis heet.
Zonde, schuld, wraak en vergelding in Genesis
Robinson schrijft vaak associatief en meanderend. Ze springt geregeld heen en weer tussen het Oude en het Nieuwe Testament, maakt uitstapjes naar Job, de Psalmen, naar Jezus in de Evangelieverhalen of naar Paulus.
Wat haar opvalt in Genesis, is hoe ongenadig de tekst omspringt met de grote personages. Neem bijvoorbeeld Levi en Juda, de zonen van Jacob, de voorouders van twee van de belangrijkste stammen. Genesis geeft hun pure menselijkheid weer. Daarin onderscheidt Genesis zich volgens Robinson van andere antieke literaire bronnen. Ze schrijft:
“Hun donkerste zonden zullen worden herinnerd in een toekomst waarvan zij zich geen voorstelling konden maken, terwijl er alleen maar een barmhartige redacteur nodig was geweest om hun schuld een beetje te verdoezelen.”
Zonde en schuld, en het gevaar van wraak en vergelding – het zijn woorden die steeds terugkeren.

Spiegelverhalen voor deze tijd
Door Robinsons leesverslag raakte ik onder de indruk van wat een mens eigenlijk is
Ik heb het boek geboeid gelezen. Ook in onze tijd valt er ook veel te mediteren over het kwaad dat overal de kop opsteekt. In Genesis lees je een soort spiegelverhalen voor onze tijd. Door Robinsons leesverslag raakte ik onder de indruk van wat een mens eigenlijk is, zoals getekend in dat eerste Bijbelboek: de passies waaraan mensen verslaafd zijn, hun ambivalenties, de tragiek van hun bestaan. Robinson heeft het nogal eens over de antropologie die hierin naar voren komt.
Een net iets te vanzelfsprekende voorzienigheid
Maar soms las ik ook met irritatie. Want niet alleen de mens wordt getekend, ook God. In haar interpretaties wordt God vaak ‘voorzienig’ genoemd, of ook wel de Voorzienigheid (Providence). Ook menselijke dwalingen worden als voorzienigheid opgevat. Dat woord lijkt haast terloops te worden gebruikt. Ik krijg de indruk dat ze daarmee wil zeggen dat God, ondanks alle door mensen gecreëerde chaos, uiteindelijk alles regelt en ordent. Dat we ons, hoe geheimvol ook, bewegen naar de vervulling van Zijn plan en ontwerp.
Gebruik van de term voorzienigheid verraadt vermoedelijk haar calvinistisch-puriteinse achtergrond
Die voorzienigheid lijkt voor haar iets vanzelfsprekends. Voor mij is het, anno 2025, toch een godsbeeld waarmee ik moeilijk uit de voeten kan. Uit haar gebruik van deze term blijkt, vermoed ik, haar calvinistisch-puriteinse achtergrond.

Genade en vergeving als kernwoorden van Genesis
Gelukkig is er nog een ander woord dat Robinson aan veel verhalen verbindt: genade. Ze zegt zelfs ergens dat ze, op enkele late toneelstukken van Shakespeare na, geen andere literatuur kent waarin genade zo centraal staat als in het boek Genesis. Dat blijkt bijvoorbeeld sterk uit de Jozefverhalen.
Een laatste kernwoord dat zij typerend vindt voor Genesis: vergeving. Het boek begint en eindigt met een verhaal over verregaande vergeving – de Heer vergeeft Kaïn, en Jozef vergeeft zijn tien broers.
Ik denk dat ik de komende tijd, het nieuws volgend, nogal eens wat van Robinsons woorden en gedachten zal herkauwen.
Over de auteur
Jan Venderbos is theoloog, geestelijk begeleider en boekrecensent voor Theologie.nl.
Dit boek bestellen?
Marilynne Robinson, Genesis, herontdekking van een literair meesterwerk. KokBoekencentrum, Utrecht, 2024