‘Hé!’
Portret
In dit themanummer vindt u drie portretjes van mensen die op een bijzondere plek namens de kerk ‘gastvrijheid verlenen’. Deze eerste komt van luchthaven Schiphol.
‘Hé, daar staat mijn religie!’ Hij wijst met zijn vinger naar het symbool van de islam.
Op de glazen wanden van het stiltecentrum op Schiphol staan de tekens van alle wereldgodsdiensten afgebeeld. Ook de symbolen van enkele spirituele stromingen staan ertussen. ‘En wat is dat?’, vraagt hij aan zijn moeder. Zijn vinger gaat naar het Keltische teken. De vrijwilliger in het kantoor springt op en laat de kaart met uitleg zien. Dag in dag uit komen honderden passagiers in het stiltecentrum op de luchthaven. Ze zijn onderweg, soms moe, soms alleen, soms samen. Het op reis zijn is meestal leuk, maar het is ook onbekend en vreemd. Sommige mensen reizen met een heel stressvolle of verdrietige reden.
Welkom zijn
De kracht van het stiltecentrum is dat iedereen er welkom is. De 25 vrijwilligers die gastvrouw en gastheer zijn, zijn er om de drempel te verlagen en te zorgen dat iedereen een plek vindt. De vele bedankjes in het gastenboek spreken lovend over de ruimte. Mensen voelen zich gezien. Er is rekening met ze gehouden. En dat voelen ze. In het gastenboek lezen we deze woorden: ‘A wonderful place to bring people of all faiths, beliefs & religions together for a common purpose of love & peace. May everyone be blessed with peace. Be kind’. (22 februari 2023)
Dat je welkom bent, geeft een thuisgevoel. Een ervaring van herbergzaamheid, even iets van verbinding, even iets van het ritueel van thuis. Dit gezien worden, samen met anderen die ook onderweg zijn en samen de stilte delen, is een bijzondere ervaring die bezoekers regelmatig overkomt. Ze voelen zich tot hun verrassing verbonden met anderen, met onbekenden, die vrienden blijken te zijn.
Onveilige plek
Zaterdagavond laat. De pastor van dienst loopt over de pier. Ze heeft zojuist een studente van 25 opgevangen in het kantoor van het stiltecentrum. Het meisje had een droevig bericht gehad. De security had haar luide gehuil gehoord en liet de pastor oproepen. Wanneer iemand onderweg slecht nieuws krijgt, is een onbekend vliegveld ineens een onveilige plek. Je kent er niemand en je weet niet wat je moet doen. Vaak zoeken de pastores dan een kantoor waar mensen zich helemaal kunnen laten gaan. We blijven bij iemand. De studente heeft zojuist een hotelkamer gekregen, dichtbij de gate waar ze de volgende ochtend zal vertrekken. ‘Zo kan ik vrijuit huilen’, zegt ze.
Deken
Op de terugweg ziet de pastor een passagier die zit te bibberen op haar stoel. Het is nog maar het begin van de nacht. Vluchten gaan er niet meer en ze heeft het nu al koud. ‘Wil je een deken?’, vraagt de pastor. ‘Graag.’ Ze ziet er grauw uit. Ze knikt dankbaar. De pastor haalt een deken uit het kantoor en neemt gelijk een rol biskwie mee. Onderweg wordt een dak soms een deken. Of een arm op een schouder. Of een hart dat openstaat, als de deur van een herberg.
Marieke Meiring-Snijder is Luchthavenpastor op Schiphol en werkzaam namens de Stichting Protestants Luchthavenpastoraat