Help! Een conflict met de dominee!
Dr. A.H. Drost is coach, teamcoach en bestuurscoach; eerder was hij predikant voor de werkbegeleiding bij de Protestantse Kerk in Nederland.
Opeens barst de bom. ‘Voor mij houdt het hier op!’, ‘Ik heb het nu helemaal gehad’, ‘Zo wil ik niet verder!’ Predikant en voorzitter of kerkenraadslid of koster of (vul maar in) staan lijnrecht tegenover elkaar. Het gaat er heftig aan toe. Het lijkt ‘over en uit’ te zijn. Wat doet zo’n situatie met je? Hoor je vooral het negatieve van wat gezegd wordt of hoor je het verlangen naar een betere manier van samenwerken?
Over conflicten gesproken
Wat is eigenlijk een conflict? Marijke Lingsma (in Help, ik coach conflicten) zegt: ‘Een conflict is een botsing tussen waarheden die niet in één verhaal passen.’ Dat is lastig. Want elke waarheid schept zijn eigen perspectief. Je bent ieder volledig overtuigd van de juistheid zoals jij het ziet. Daardoor hoor en zie je niet meer wat de ander je probeert duidelijk te maken. Wat de ander zegt en doet, versterkt je negatieve idee over die ander en zo krijg je een vertekend beeld.
Conflicten heb je in soorten en maten. Kenmerkend is een fasering in hoe conflicten zich ontwikkelen. Frits Glasl noemt dat de escalatie-trap: traptrede na traptrede daal je dieper af in een conflict. Eerst is het conflict nog een probleem (een meningsverschil), daarna wordt het een strijd (op de persoon gericht) en tenslotte is het oorlog (gericht op vernietiging van de ander). Kort gezegd: het gaat van kwaad tot erger, inclusief emoties.
Een conflict aanpakken
De kunst is om in een conflict een ‘pas op de plaats’ te maken en terug te gaan de trap omhoog. Hoe doe je dat? Het begint met jezelf open stellen voor het verhaal van je predikant(e). Dat vraagt veel, vooral als je zelf emotioneel geraakt bent door de manier van doen (spreken) van de ander. Toch begint het ermee, dat je belang stelt in het verhaal van de ander. Wat wil je predikant(e) duidelijk maken? Stel je ervoor open.
En dan? Actief luisteren, samenvatten wat je predikant(e) vertelt en doorvragen naar hoe deze iets ziet. Luisteren laat je zien door hoe je zit en kijkt. Kijk je de ander aan of draai je je hoofd weg? Slaak je een diepe zucht of blijf je rustig ademhalen? Samenvatten is ook erg belangrijk. Want dan hoort de ander of je de kern begrepen hebt van wat hij of zij vertelt. Je maakt ermee duidelijk, dat je het verhaal van je predikant(e) serieus neemt. Dat schept rust.
Doorvragen wil zeggen: benieuwd zijn naar wat je predikant(e) bezig houdt. Dat is wat anders dan met tegenwerpingen komen in de vorm van een vraag (die geen vraag is), zoals: ‘Maar hoe zie je dìt dan en dàt?!’ Doorvragen helpt om een beter beeld te krijgen van wat iemands zorg of pijnpunt is, wat iemands behoefte of verlangen is, waar iemand bang voor is:of verlangen is, waar iemand bang voor is: ‘Waarom is dit vooral pijnlijk voor je? Wat is je zorg‘Waarom is dit vooral pijnlijk voor je? Wat is je zorg erbij?’ Hoe helderder dat wordt, des te meer zicht krijg je op een oplossing.
Beeldvorming
Wat het lastig maakt, is het persoonlijke element in een conflict. Je hebt je een negatief beeld gevormd van hoe de predikant(e) volgens jou is. Daardoor interpreteer je alles wat die ander zegt en doet in dat negatieve beeld. Ten gunste van jezelf en je eigen gelijk. Je praat ook negatief over de ander. De emoties lopen zo hoog op, dat de ander gezichtsverlies lijdt: ‘hij is een bedrieger!’ Dat is een enorm risicopunt op de escalatietrap. Want de volgende stap is: dreigen. ‘Nu zal ik ook eens wat laten zien!’
De weg omhoog, uit het conflict, begint daarom met anders gaan kijken naar de ander. Je moet jezelf corrigeren in hoe je je predikant(e) bent gaan zien. Je kunt inhoudelijk nog wel van mening verschillen, maar is de ander echt zo erg als je hem/haar in je eigen voorstelling gemaakt had? Kijken naar de ander vanuit mededogen schept ruimte voor het bespreekbaar maken van wat er tussen jullie speelt.
Een belangrijke stelregel bij het oplossen van conflicten is: eerst de interactie, dan de inhoud. Eerst werk je aan een betere manier van communiceren (niet door elkaar heen praten, elkaar laten uitspreken). Daarna is er ruimte om naar de inhoud te kijken. Daar zijn twee valkuilen bij. Je kunt een kwestie te groot maken of juist te klein. Groter ma ken doe je door er veel te veel bij te halen dan waar het in de kern om gaat. Dat leidt tot nieuwe escalatie. Kleiner maken dan het is (vergoelijken) leidt tot smeulen en op een later moment laait het vuur dan toch weer op.
In de kerk
Terug naar de dominee en de voorzitter uit het begin. Als het er zo heftig aan toe gaat, is er al veel aan vooraf gegaan. Maar ook zonder die heftigheid kan het helemaal mis gegaan zijn tussen de predikant en de voorzitter of anderen. Mensen houden zich steeds in, klappen dicht naar elkaar en op een gegeven moment is het dan toch ‘op’. In de kerk zie je nogal eens, dat een conflict al heel lang sluimert.
Er is helaas te weinig aandacht voor goede feedback en opbouwende evaluatie. Of je krijgt van die reacties van ‘Heb jij dat nou ook met hem?’ of ‘Is ze naar jou ook altijd zo moeilijk?’ Intussen voelt de predikant(e) zich ook steeds ongemakkelijker en gaat zich steeds geslotener gedragen. Want al worden dingen niet gezegd, ze worden wel gevoeld. Dat doet wat met een mens. Hier is echt winst te behalen, ook door toerusting en coaching van buitenaf. Want voorkomen is beter dan genezen.
En als het toch verder geëscaleerd is? Als de bom barst? Durf er dan op een open manier naar te kijken. Te beginnen bij wat je zelf kunt doen om de escalatie te verminderen. Dus: alle aandacht richten op het bespreekbaar maken van wat er gebeurt. Dat is maatwerk en per situatie verschillend. Of je er hulp van buiten voor moet hebben, is afhankelijk van de omvang en ernst van het conflict. Het is hoe dan ook aan te bevelen om vertrouwelijk advies te vragen aan iemand die wat op afstand staat.
Het gesprek aangaan
Wat kun je als kerkenraad in elk geval wel doen? Zorgvuldig zijn in de stappen die je zet. Eerst ga je de mogelijkheid na om met de predikant tot gesprek te komen. Besef goed, dat een conflict ook voor de predikant(e) erg onveilig voelt. Vraag aan de predikant(e) wat voor hem/haar een goede manier zou zijn om het conflict bespreekbaar te maken en waarom de predikant(e) dat zo ziet. Kom ook zelf met een voorstel, waarmee je laat zien dat er je/jullie veel gelegen is aan een oplossing.
Zorg met elkaar voor een geschikte gespreksleiding. Iemand die het gewoon zegt, als de predikant(e) en degene(n) met wie het conflict speelt door hun manier van doen en spreken het gesprek moeilijker maken. Iemand die in staat is om door te vragen (zie boven) en de achterliggende zorg of behoefte helder te krijgen. Iemand die zich niet op de inhoud van het conflict stort, maar bijdraagt aan verheldering van wat er speelt. Let erop, dat iemand die te dichtbij staat gemakkelijk inhoudelijk ‘ingezogen wordt’. Het vraagt discipline om echt gericht te zijn op de verheldering van wat er speelt en in welke richting betrokkenen zelf denken voor een oplossing.
Wil zo’n gesprek bijdragen aan een oplossing, dan moeten de betrokkenen er zelf aan willen werken om er samen uit te komen. Het kan ook zijn, dat een gezamenlijke conclusie is, dat er meer nodig is dan een gesprek (gesprekken) met gespreksleiding uit de eigen kring. Dan is het ter bescherming van predikant(e) en betrokkenen (kerkenraad, gemeenteleden) van belang om externe begeleiding te vragen. Dat kan de visitatie zijn, maar ook een erkend conflictbegeleider (mediator). Ook hiervoor is van belang dat de direct betrokkenen de externe betrokkenen(n) aanvaarden en dat de betrokkenen zich willen inzetten om tot een aanpak van het conflict te komen. Dat kan zelfs betekenen, dat je met elkaar tot de conclusie komt dat de wegen uiteen gaan. Maar dat is lang niet altijd nodig. Zeker niet als je met elkaar een conflict ziet als een roep om het samen beter te doen.
Anderen informeren
Een conflict met een dominee heeft grote roddelwaarde en dat is heel schadelijk. Beperk je daarom in wat je erover zegt en meedeelt. Hou het zo neutraal mogelijk. Als bekend is dat er iets speelt, leg uit dat het de aandacht van het moderamen of de kerkenraad heeft en spreek zo mogelijk de gezamenlijke intentie uit om eruit te komen. Bedenk tevoren een paar ‘stoppers’ voor mensen die toch meer willen weten dan je kunt en wilt zeggen. Soms moet je het drie keer in verschillende woorden zeggen voordat iemand begrijpt dat verder vragen geen zin heeft. Als er visitatie bij betrokken is, doorkruis dan hun communicatie en informatie naar de gemeente niet. En als er een oplossing gevonden is, laat dat ook weten. Dat voorkomt dat een kwestie blijft doorzeuren.
Conclusie
Doet zich een conflict voor met de predikant, werk eerst aan de interactie en het doorbreken van de negatieve beeldvorming. Is het een groot conflict met een lange voorgeschiedenis, ontwikkel dan met elkaar een aanpak om stapsgewijs tot verbetering te komen, ook op langere termijn. Ben je te inhoudelijk en te persoonlijk bij de kwestie betrokken, ga niet zelf aan de gang. Durf externe deskundigheid te zoeken. En probeer elkaar (terug) te vinden langs de weg van gedeelde zorg en gezamenlijk verlangen om uit het conflict te komen.