‘Het contact heeft iets heel elementairs’
Mineke Kroes werkt al 17 jaar als geestelijk verzorger in de psychiatrie. Ze begon in 2006 als geestelijk verzorger bij Parnassia, dat psychiatrische begeleiding biedt met zorginstellingen in de regio’s Haaglanden en Noord-Holland. Waaruit bestaat haar werk?
Om te beginnen heb ik eerst stage gelopen. In de loop van de tijd heb ik cursussen gevolgd over psychopathologie en over communicatie. Je leert ook al doende en ik denk dat ik mijn persoonlijkheid mee heb. Dat speelt ook een rol.
Ik hou van het praten met mensen; ik ben vrij open van mezelf. Als ik iets heb, dan doe ik niet alsof er niks aan de hand is. Het heeft ook geen zin trouwens. Als er ergens scherpe mensen op de wereld zijn, dan zijn het patiënten in de psychiatrie. Ze zijn heel gevoelig: oh Mineke, heb je wel goed geslapen vannacht? Dat zien ze meteen.
Ik heb er weleens over gedacht of we niet met een aantal ouderlingen en een predikant van de kerk uit de buurt (Loosduinen) Parnassia onder onze hoede zouden nemen. Maar ik heb in de loop van de tijd veel geleerd over wat wel en niet werkt. Je moet zelf heel transparant zijn, anders lopen ze met een bocht om je heen. Dit werk kun je niet zomaar met een theologische opleiding doen.
Psychiatrische patiënten hebben weinig schillen. Terwijl je denkt dat ze zichzelf verpakken in wonderlijk gedrag, is er iets in het contact dat heel elementair is. Op bepaalde gebieden functioneren sommige cliënten uitstekend.
Iemand die zogenaamd laagbegaafd is, kan trefzeker onder woorden brengen hoe hij de wereld beleeft of wat de medicatie met hem doet.
Als er ergens scherpe mensen zijn, dan zijn het patiënten in de psychiatrie
Anderen zijn heel kunstzinnig of zo gastvrij. Zij hebben iets in hun mars wat veel mensen niet hebben of niet kunnen opbrengen. Ook zijn ze heel spiritueel en daarin begaafder dan menigeen met een goede carrière. Op het woon-zorgpark waar ik werk, met langdurige behandelafdelingen, crisisafdeling en verpleeghuis worden wekelijks kerkdiensten gehouden; er is ook een kerk op een ander terrein.
Het is fijn dat ik collegae geestelijk verzorgers heb uit verschillende denominaties. Dat is een afspiegeling van de veelkleurigheid in Den Haag. Naast de diensten en het organisatorische werk spreek ik zo’n tientallen mensen per week.’
Wat betekent jouw werk voor hen?
‘Mensen weten heel goed waarvoor ik er ben, al noemt de een mij dominee en de ander Mineke. Het gesprek gaat soms over het geld dat iemand niet krijgt, of de sigaret. Maar ze weten dat wat ze ons vertellen, niet in rapporten komt te staan.
Als geestelijk verzorgers hebben we een beroepsgeheim. Ik vraag weleens of ze wat ze mij vertellen, ook met hun behandelaar of de psychiater delen. Ik zeg ook weleens dat het mij belangrijk lijkt om dit met de behandelaar te bespreken. Maar ik zit daar niet tussen.
Heel af en toe word ik bij een overleg betrokken. Maar ook als het me zelf goed lijkt om bij een overleg aanwezig te zijn, doe ik dat alleen met toestemming van de cliënt. De cliënt is al vaak zoveel aan regie verloren, zeker op de woonafdelingen.’
Wat is daar jullie functie?
‘Geestelijke verzorging, ook van andere denominaties, kan recht doen aan degenen die hier langdurig wonen. Zij vormen een gemeenschap. Dat kunnen we faciliteren. Want het is op een bepaalde manier een soort huishouden, ook met de medewerkers en vrijwilligers. Sommige mensen ken ik al heel lang en zie ik vaker dan mijn familie. Ook al ga ik aan het einde van de dag naar huis.
Wij verschillen niet zo veel van degenen die in de problemen komen
In dit opzicht vind ik het jammer dat ons terrein niet echt op wonen en leefbaarheid gericht is. De klinische functie staat voorop terwijl ik als geestelijk verzorger denk: deze mensen moeten ondertussen door met hun leven. Dat houdt niet op in de twee of drie jaar dat ze hier verblijven. Want zo lang is het wel soms.
Ze proberen contact met hun familie en vrienden te onderhouden. Maar in de psychiatrie gebeurt vaak dat hun naasten het contact opgeven omdat ze al zoveel met hen meegemaakt hebben. Of ze zijn zelf kwetsbare mensen. Als iemand overlijdt, kan het dan zomaar gebeuren dat mensen opeens laten weten dat ze ontzettend verdrietig zijn. Terwijl ik niet wist dat ze bevriend waren.
Onze belangrijkste bijdrage is dat we mensen onder alle omstandigheden als mens blijven zien en ook het netwerk om hen heen blijven steunen. We maken mensen deelgenoot van een groter geheel en helpen om iets van waarde te vinden voor hun eigen leven. Daaronder valt zeker het gevoel dat je erbij hoort, dat je gezien wordt. En als je iets op je lever hebt, dat er dan iemand stilstaat en ruimte biedt voor je verhaal.’
Psychiatrische patiënten als mens blijven zien – hoe belangrijk is dat in de psychiatrie?
‘Het zorgsysteem en de psychiatrie hebben de tendens om alleen maar bepaalde aspecten van een mens te zien en waar nodig “aan te sleutelen”. De langdurige zorg voor mensen met hele complexe problemen is buitengewoon schraal.
Veel medewerkers lopen hard om er wat van te maken maar er is personeelsgebrek en ze lopen op hun tandvlees. Dan voel ik mijzelf een heel bevoorrecht mens dat ik niet aan die financiële productie-eisen hoef te voldoen. Ik kan stilstaan bij de situatie en ook eens naar een medewerker luisteren.’
Zou de kerk zich meer moeten bekwamen in dit werk?
‘Ik zou het iedereen gunnen. Alle voorgangers zou ik een soort exposure gunnen, een tijdje meelopen in de psychiatrie. Als je wilt weten hoe een mens in elkaar zit, hoe wij functioneren, hoe wij op spanning reageren, hoe fundamenteel het is dat we ergens bij horen, dan heb ik dat hier geleerd. Dat leer je niet uit theologische handboeken. Dit leer je al doende.
Ik heb diep respect gekregen voor ons organisme, hoe we in elkaar zitten en functioneren. Wij verschillen niet zo veel van degenen die in de problemen komen. De scheidslijn is dun. Een kwart van de Nederlanders krijgt met een mentaal probleem van doen. Verschijnselen die voor schadelijk doorgaan zoals bijvoorbeeld depressie, zijn eigenlijk beschermingsmechanismes. Als je niets anders kunt verdragen…
Ze zijn niet allemaal even functioneel. Behandeling en ondersteuning helpen om de oorzaak op het spoor te komen. Iets wat stagneert, kan weer in beweging komen door communicatie. De mens zit zo ingenieus in elkaar. Ik ontmoet mensen op een directe en pure manier en zie wat een mensenleven de moeite waard maakt. En daar draag ik als geestelijk verzorger wat aan bij.’
Hanneke Allewijn