Korte Metten: Liever zalig dan nobel
‘Vrede is werken aan het weefsel dat ons allen verbindt’
De Nobelprijs voor de Vrede is niet naar Donald Trump gegaan. Jammer voor zijn vriendje Bibi (Benjamin Netanyahu) die het hem zo had gegund. De Vredesprijs voor de Noblesse ging wel naar mevrouw María Corina Machado, een bewonderaarster van mijnheer Trump. Ze heeft deze prijs zelfs aan hem opgedragen. Zelf wordt ze de IJzeren Dame van Venezuela genoemd. Ze vindt staalharde mijnheer Bolsonaro trouwens ook wel leuk.
Toch is Donald niet blij met de troostprijs van haar woorden – hij was liever zelf in de prijzen gevallen. Uiteraard. Zo ijveren de groten der aarde om erkenning. En dat terwijl mijnheer Nobel werkelijk de nobele bedoeling had vrede aan te moedigen, als compensatie voor het destructieve misbruik van zijn goedbedoelde uitvinding: het dynamiet.

Onopvallende vredestichters
Wie verdient die erkenning voor vredeswerk eigenlijk? Tweeduizend jaar geleden klonk een rustige stem vanop een berghelling: “Zalig de vredestichters.” Meervoud. In één adem met: “Zalig de nederigen, de treurenden, de zachtmoedigen, de barmhartigen…”
Samen vormen ze dus een iets ander profiel. Het zijn de onopvallenden die vrede maken: mensen met een week hart, met verdriet, zonder veel eigendunk, maar open voor anderen. Letterlijk staat er “vredemakers” – een woord dat maar één keer voorkomt in de Bijbel, namelijk hier. Het komt vaker voor in de klassieke literatuur, waar het dan weer enkel op keizers duidt. U weet wel, van de Pax Romana. Met ijzeren hand.
Die rustige rondreizende rabbi op die berghelling had andere mensen op het oog. Vrede maak je niet met wapens, met macht, met hardheid en met ego. Die middelen staan echte vrede juist in de weg.
Vrede wordt draadje voor draadje geweven tussen mensen, juist daar waar weefsels kapot zijn
Het bijbelse begrip voor vrede betekent eigenlijk heelheid. Vrede maken is werken aan dat weefsel dat ons allen verbindt. Ik kan niet heel zijn zolang anderen geschonden worden, en andersom. Maar hoe doe je dat? Hoe kan het nog? Tegen alle vernieling in?
De Sudan Emergency Response Rooms
Neem nu de Sudan Emergency Response Rooms. Zij kwamen dit jaar ook in aanmerking voor de Nobelprijs voor de Vrede. Het is een netwerk van vrijwilligers dat humanitaire hulp verleent in de hel van Soedan – niet minder dan een levenslijn voor talloze Soedanezen, daar waar overheden het laten afweten en internationale hulporganisaties niet geraken omdat het er extreem gevaarlijk is. Ze bieden niet alleen noodhulp vanuit het meest basale ‘recht op leven’, maar creëren van onderaf een nieuw weefsel van grassroots-solidariteit, vanuit een gedekoloniseerde, gedecentraliseerde en gendergelijke visie op leiderschap.
Vrede is heelheid. Omvattend. Daarom is vrede stichten meer dan vredesactivist zijn. Activisme – zelfs voor de nobelste doelen – kan iets grimmigs krijgen, en daarmee iets verdelends. Ik begrijp dat wel: de repressie is hard en de onmacht frustreert. Maar frustratie werkt contraproductief, en nobelheid heeft zomaar niet meer de ander op het oog, maar jezelf – wat opnieuw een voorspeller is voor frustratie. Vrede bouw je met wat je doet. Met elkaar.
Zalig de vredemakers. Meervoud. Ze zullen kinderen van God genoemd worden. Hoe zalig is dat. Liever zalig dan nobel.
Over de auteur
Petra Schipper is stadspredikant in Antwerpen en verbonden aan het Protestants Sociaal Centrum (PSC).