Oefenen in blijven

Vijftien jaar werk ik nu in het verpleeghuis. In die tijd heb ik tien verschillende leidinggevenden gehad. Op de afdelingen kom ik telkens weer nieuwe collega’s tegen. Psychologen komen en gaan. Dat geeft veel onrust – je weet niet meer zo goed wat je aan elkaar hebt, want je kent elkaar nog maar kort.
Stilstand is achteruitgang, dat is het moderne idee over maatschappij en werk. Het is up or out – presteren of eruit. Het is bijna verdacht als je ergens (te) lang werkt. Zou het een idee kunnen zijn als mensen zich net als monniken langer aan een (werk)plek verbinden?
Monniken heb je in soorten en maten. Sommigen doen hun eeuwige gelofte en gaan daarna de wereld door, van plek naar plek. Anderen verbinden zich ‘voor eeuwig’ aan hun klooster. Zij zijn daar gekomen om te blijven. Dat geldt ook voor Benedictijnse monniken. Dat geeft rust. Je verbindt je aan de plek en aan elkaar. Dat heet ‘stabilitas loci’.
Veranderen om te veranderen
In deze tijd is er veel in beweging. Ook in het persoonlijk werk en leven van gewone mensen. Iedere twee à drie jaar van baan wisselen is heel normaal. Zeker voor high potentials. Ook in het verpleeghuis zie je de mensen die handig zijn snel van baan naar baan wisselen en zo carrière maken. Dat is prachtig voor die mensen.
Gevolg is wel dat met name onder hoger opgeleiden en in leidinggevende functies, steeds opnieuw wisselingen plaatsvinden. Dat geeft onrust. Mensen moeten iedere keer weer wennen aan elkaar. En iedere wissel brengt veranderingen met zich mee. Want de nieuwe leiding heeft altijd ideeën hoe het anders en beter kan.
Energielek
Tragisch is, dat leidinggevenden vaak te kort blijven om echt te zien wat ervan komt. Nog voordat hun nieuwe plannen beklijven is er vaak alweer een ander. Met ook weer nieuwe ideeën. Enzovoort, enzovoort. Daar gaat veel energie mee verloren voor diegenen die blijven. Die krijgen dus elke keer weer alle veranderingen over zich uitgestort… Die blijvers worden dan als lastig en ‘onbeweeglijk’ en als obstakel voor veranderingen gezien. Terwijl dat vaak de mensen zijn die iedere dag weer, jaar in jaar uit, het ‘echte werk’ doen: de mensen moeten uit bed, gewassen, medicijnen krijgen, eten, drinken en verzorgd worden.
De managers die weggaan, doen hetzelfde kunstje vaak weer op een andere plek. Zonder dat ze echt ervaren wat het resultaat is. Dat is jammer.
Zeven jaar
Het zou mooi zijn als mensen zich langer, minimaal zeven jaar, zouden verbinden aan een team, een locatie of een baan. Dan weet je pas een beetje wat je aan elkaar hebt. Dan kun je echt leren met en van elkaar. Laten we ons oefenen in wat sommige monniken al eeuwenlang doen: je verbinden aan een plek. Dat geeft rust en de kans op werkelijke groei. Met alle uitdagingen in de zorg wordt dat steeds belangrijker: dat je elkaar kent. En dat je weet dat je ook de komende jaren met elkaar bent en blijft.
Bart Niek van de Zedde is geestelijk verzorger bij Cordaan en redactielid van Open Deur.