Menu

Premium

Op weg naar het kruis

Preekschets Lucas 18:41

Prediking

Een zondag in de Veertigdagentijd

‘Wat wilt u dat Ik voor u doe?’ De blinde antwoordde: Heer, zorg dat ik kan zien.’ (Lucas 18:41 NBV21)

Schriftlezing: Lucas 18:31-43

Liturgisch Kader

De zondagen voor Pasen bepalen ons bij de weg die Jezus is gegaan, uitlopend op het kruis. Maar dat natuurlijk wel in het licht van de opstanding (de veertig dagen tellen immers tot aan Pasen, ze stoppen niet bij Goede Vrijdag). De lezingen uit het evangelie zouden vooral het accent kunnen leggen op het lijden – bijvoorbeeld door zich te concentreren op de gebeurtenissen in de laatste week die Jezus in Jeruzalem doorbrengt, of op de kruiswoorden. Als alternatief focust deze schets zich meer op de betekenis van het naderende sterven van de Heer voor degenen die Hem volgen.

Liederen

  • Liedboek 536 – Alles wat over ons geschreven is
  • Opw. 430/ELB 342 – Heer, ik prijs uw grote naam
  • Op Toonhoogte 519 – Ik volg de Heer

Uitleg

De lezing begint bij de aankondiging van het lijden. Het lijkt in zekere zin een intermezzo. Bij vergelijking van het voorafgaande (de ontmoeting met ‘een hooggeplaatst persoon’ (vers 18), beter bekend als de rijke jongeling) met het volgende (de genezing van de blinde), valt het woordje ‘volgen’ op in vers 22, 28 en 43: de man die zoveel te verliezen heeft, volgt niet; de discipelen volgen wel, en de genezen blinde sluit zich bij hen aan. Intussen wijst Jezus zijn leerlingen er nog eens op waarheen ze Hem volgen: naar zijn lijden in Jeruzalem. Dat is voor hen geen reden om alsnog af te haken.

Dit is de derde lijdensaankondiging die in dit evangelie beschreven wordt. Ten opzichte van de eerdere twee (beide in Lucas 9) is de verwijzing naar de vervulling van profetieën nieuw. Dit onderstreept dat het lijden van Jezus een geplande actie is: niet alleen van de tegenstanders die Hem zullen (laten) doden, maar ook van Jezus zelf en van God, die door de profeten heeft gesproken.

In drie verschillende bewoordingen (vers 34) benadrukt de evangelist dat de leerlingen niet begrepen wat Jezus bedoelde. Begrijpen dat Jezus moest lijden, en welk doel dat diende, lukt pas na de opstanding uit de dood, zoals de Emmaüsgangers in Lucas 24:45 (en dan nog alleen omdat Jezus ervoor zorgt dat zij daarvoor ontvankelijk zijn).

Het lijkt niet helemaal toevallig dat er in het evangelie een blinde opduikt op het moment dat anderen het niet meer zo helder zien, zoals hier de discipelen. De blinde (mogelijk Bartimeüs, al zijn er kleine verschillen in de vertelling van Marcus 10) blijkt ondanks zijn beperking op dit moment het scherpste zicht te hebben.

Blinde man die over een weg loopt
(Beeld: ViktorCap via iStock)

Let bijvoorbeeld op de manier waarop hij Jezus aanroept: de mensen vertellen hem dat ‘Jezus van Nazaret’ voorbijkomt. De blinde noemt Hem echter ‘Jezus, Zoon van David’. Dat is een verwijzing naar profetieën betreffende het nageslacht van David. De blinde ‘ziet’ dat profetieën in vervulling gaan en wijst de omstanders als het ware de weg: Jezus aanspreken als Zoon van David kan uitgelegd worden als een revolutionaire kreet, wanneer je bedenkt dat de Romeinen de baas zijn; het is een voorbode voor de koninklijke intocht in de stad van David, die in het volgende hoofdstuk beschreven wordt.

De interactie tussen Jezus en de blinde is opmerkelijk: het is niet alleen dat Jezus oprecht aandacht heeft voor deze man die door anderen toegesnauwd wordt. (David Gooding schrijft over deze man: ‘Toen hij uiteindelijk zag wat er met de Koning gebeurde in Jeruzalem, heeft hij misschien beseft dat als de Koning niet dicht genoeg bij de mensen was gekomen om Hem te kunnen bespuwen, Hij misschien ook nooit dicht genoeg bij een blinde man was gekomen om hem te kunnen horen roepen.’ (p. 359) Tegenwoordig zouden we zeggen dat Hij ook de regie bij de ‘patiënt’ laat. Jezus vraagt de man wat híj wil: ‘Wat wilt u dat Ik voor u doe?’ (Zo ook bijvoorbeeld bij de genezing van de verlamde man in Johannes 5:6: ‘Wilt u gezond worden’?)

Vervolgens stelt Jezus de blik van de man nog wel iets scherper: ‘Uw geloof heeft u gered’. De man vroeg erom te kunnen zien. En dat krijgt hij ook. Maar hij wordt aangemoedigd verder te kijken dan zijn lichamelijke genezing. Hij wordt gered: je zou kunnen zeggen dat hij meer genade heeft ontvangen (Grieks eleos, in vers 39 vertaald met ‘medelijden’) dan waar hij om vroeg. Jezus is niet op weg naar het kruis om in een keer al onze ziektes en beperkingen weg te nemen, maar om ons te redden. Van onze zonden, van onze angsten en van de dood. Kortom: van onze verlorenheid.

Aanwijzingen voor de Prediking

In de verkondiging kan de vraag die Jezus aan de blinde stelt leidend zijn: wat willen wij dat Jezus voor ons doet – in de wetenschap dat Hij op weg is naar het kruis. Je kunt de hoorders uitdagen erover na te denken of zij ergens aan lijden, waar Hij hen van kan redden: ziekte, zonde, zorgen? Voor welke situatie in hun leven hebben ze de genade (het medelijden) van Jezus nodig?

Aan de hand van de schriftlezing kun je vervolgens verschillende gedachten uitwerken:

  • De leerlingen volgen Jezus, ook al begrijpen ze niet wat Hij zegt. Dat kan ons natuurlijk bekend voorkomen: we begrijpen niet alles wat Jezus zegt, snappen misschien niet waarom Hij voor ons moest sterven. Of wellicht zijn er mensen die moeite hebben met sommige bijbelverhalen: de genezing van de blinde man kan bijvoorbeeld de vraag oproepen waarom hij wel, en ik niet van mijn blindheid of andere beperking wordt verlost. Moedig de hoorders aan om ondanks vragen en onzekerheden tóch Jezus te blijven volgen, zoals de leerlingen.
  • Je zou de hoorders kunnen vragen om (letterlijk) even de ogen te sluiten, om – net als de blinde man – te ontdekken wat God ons wil duidelijk maken zonder dat we worden afgeleid door wat er om ons heen gebeurt. Hoe spreekt God tot ons hart? Welk inzicht geeft Hij in de weg die Jezus is gegaan en wat betekent dat voor ons? Waar hopen we op?
  • Het is belangrijk om nu de blik nadrukkelijker op Jezus te richten: aan elke willekeurige voorbijganger zou de blinde man om geld vragen, of misschien iets te eten. Maar van Jezus verwacht hij meer. Hij heeft daar goede redenen voor: hij heeft ongetwijfeld gehoord van de wonderen die Jezus heeft verricht. Hij put hoop uit profetieën die hij op Jezus betrekt. Wij zouden er nog aan toe kunnen voegen: Hij heeft zijn leven voor ons gegeven aan het kruis, Hij heeft de dood overwonnen. Dat schept verwachtingen. Dáárom verwachten we veel van Jezus. Voor dit leven én voor het toekomstige leven. Zoals de man zich niet van zijn eigen blindheid kon verlossen, zo kunnen wij ons niet verlossen van onze beperkingen, van onze zonden. Daar hebben we Jezus voor nodig. Daarom volgen we Hém!
  • Keer vervolgens terug naar de vraag van het begin: ‘Wat wilt u dat Ik voor u doe?’ Jezus gaat naar Jeruzalem om profetieën in vervulling te doen gaan. De niet-meer-blinde man volgde Jezus op die weg om dat met eigen ogen te kunnen zien. Wij volgen Jezus in deze tijd voor Pasen op zijn weg naar het kruis, en hopelijk zien we het ook: hoe Hij de vervulling is van oude beloften. Wie troost, bemoediging, bevrijding, vergeving of genezing nodig heeft… vraag Jezus om zijn genade! Niet al die wensen worden nu al, in dit leven, ingewilligd. Maar kruis en opstanding geven hoop voor de toekomst! Zoals Jezus de blinde man hielp verder te kijken dan de lichamelijke genezing, zo helpen kruis en opstanding verder te kijken dan materieel welzijn en ons bestaan in deze wereld.

Ideeën voor kinderen en jongeren

Vertel de kinderen een situatie uit hun belevingswereld: ‘Je broer of zus gaat naar de keuken om iets lekkers te halen; jij hebt daar ook wel zin in, dus vraag je hem/haar om ook iets voor jou mee te nemen…

In het Bijbelverhaal is er een blinde man die weet dat Jezus heel veel goede dingen doet. Hij vraagt Jezus of Hij ook iets voor hem wil doen.

Wat zou jij aan Jezus willen vragen? Daar kun je natuurlijk altijd om bidden.’

Inventariseer vervolgens de vragen die de kinderen zouden willen stellen en neem die later in de dienst daadwerkelijk mee in het gebed.

Jan Swager is predikant in Doornspijk en lid van de redactie ‘Prediking’ van Theologie.nl

Geraadpleegd

Gooding, D. Volgens Lukas: Een nieuwe verklaring van het derde Evangelie (Uitgeversgroep Jongbloed, 1995).

Nielsen, J.T. Het evangelie naar Lucas II (Callenbach, 1979).

Wellicht ook interessant

Boek Durf moedig te zijn van Mariann Budde
Boek Durf moedig te zijn van Mariann Budde
None

Mariann Budde – Durf moedig te zijn op beslissende momenten

Mariann Budde haalde wereldwijd de media door haar moedige confrontaties met president Trump en zijn beleid. Ze nam een standpunt in en wees openlijk op de tekortkomingen van zijn leiderschap. Budde is bisschop van het Episcopaalse bisdom Washington. Met een diepgaande betrokkenheid bij zowel kerkelijke als maatschappelijke kwesties heeft Budde haar leven gewijd aan het bevorderen van mededogen, gerechtigheid en gelijkheid. Ze is een voorvechter van inclusiviteit en streeft naar en samenleving waarin iedereen, ongeacht achtergrond of overtuiging, zich gewaardeerd voelt.

Prediking
Prediking
Premium

Hij heeft het zelf gezegd!

Preken met Pasen is altijd een uitdaging: niet alle kerkgangers zitten met dezelfde verwachtingen in de kerk. Sommigen hebben moeite met het Paasverhaal omdat ze het ongeloofwaardig vinden. Anderen hebben er juist geen enkele moeite mee. Hoe preek je zodat beide groepen zich aangesproken weten, zonder dat je als prediker in een discussie terecht komt? Door het verhaal zorgvuldig te lezen valt op hoe vreemd, hoe onverwacht en hoe onbegrijpelijk de opstanding Christus was, ook voor zijn volgelingen.

Nieuwe boeken