Orthodox Palmpasen t/m Pinksteren 2025

In het Oecumenisch leesrooster 2025 zijn de psalmcitaten om het gebruiksgemak te vergroten omgenummerd naar de gangbare telling. Inmiddels is De Psalmen van de Vroege Kerk vertaald uit de Septuaginta verschenen, uitgegeven door het Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap in samenwerking met het St Irenaeus Orthodox Theologisch Instituut (2024). Later dit jaar is ook een ‘Naardense’ synopsis te verwachten. In onderstaand overzicht zijn de psalmcitaten uitgeschreven volgens bovenvermelde NBG/Irenaeus-vertaling, met Septuagintanummering en tussen haakjes de gangbare telling.

Opgemerkt moet worden dat de NBG/Irenaeus-vertaling terughoudend is in het gebruik van hoofdletters. Het Liturgikon (uitgave Nederlands Orthodox Klooster Sint Jan de Doper, Den Haag

1977³) maakt duidelijk dat de Psalmen de gebeden van de Messias zijn en leest op Palmzondag met drie verhelderende hoofdletters: De Heer is Mijn helper, daarom heb Ik geen angst voor wat een mens Mij kan aandoen. De NBG/Irenaeus-vertaling leest hier geen hoofdletters maar doet dat bij wijze van uitzondering wel in Psalm 2 (Witte Donderdag) en Psalm 109 (110). Daar immers is de ‘christologische’ tekstuitleg evident. Op andere plaatsen ‘laten we het aan de lezer om aan deze interpretatie vast te houden’ (blz. 9).

In dit overzicht neem ik de tekst van het Prokimen (een graduale) op dat de apostellezing inleidt en vervolgens het Alleluia dat het evangelie begroet. In een enkel geval neem ik ook een Antifoon en Troparionfragmenten op als die uit Prokimenpsalm of het Alleluia genomen zijn.

Palmzondag

13 april

Psalm 117 (118)
De Heer is mijn helper:
ik zal niet bang zijn voor wat een mens mij kan aandoen. (6)
Ik zal niet sterven maar leven
en vertellen over de daden van de Heer. (17)
Ach Heer, red ons toch,
Here, geeft toch voorspoed.
De Heer is God, en Hij is ons verschenen.
Vier feest met slingers van groene twijgen
tot aan de hoornen van het altaar. (27)

Prokimen

Psalm 117 (118)
Gezegend wie komt in de naam van de Heer. (26a)
Het is beter om op de Heer te vertrouwen
dan je vertrouwen in een mens te stellen. (8)
De steen die de bouwers afkeurden,
is tot hoeksteen geworden (22)
Fil. 4,4-9

Alleluia

Psalm 97 (98)
Alle uiteinden van de aarde hebben het gezien:
De redding door onze God. (3b)
Psalm 95 (96)
Zing de Heer een nieuw lied,
zing voor de Heer, heel de aarde. (1)

Joh. 12,1-18

Witte Donderdag

17 april

Prokimen

Psalm 2

De koningen van de aarde zijn opgestaan
de vorsten hebben zich verzameld
tegen de Heer en zijn gezalfde. (2)
Waarom razen den natiën
en hebben de volken hun zinnen op zinloze zaken gezet? (1)
Ik ben het die door Hem tot koning is aangesteld
op Sion, zijn heilige berg. (6)

1 Kor. 11,23-32         

Alleluia

Psalm 40 (41)

Zalig de mens die omziet naar de arme en behoeftige:
de Heer zal hem redden in kwade dagen. (2)
Mijn vijanden spreken kwaad over mij:
‘Wanneer zal hij sterven en zijn naam vergaan?’ (6)
Zelfs mijn vriend, die ik vertrouwde,
die van mijn brood at,
heeft mij bedrogen. (10)

Mat 26,2-20
Joh. 13,3-17
Mat. 26,21-39
Luc. 22,43v
Mat 26,40–27,2
(evangeliënharmonie)

Goede Vrijdag

18 april                                  

Psalm 2
Psalm 21 (22)
Psalm 34 (35)
Psalm 108 (109)
Psalm 53 (54)
Psalm 139 (140)
Psalm 68 (69)
Psalm 69 (70)

Prokimen

Psalm 21 (22)
Zij verdeelden mijn kleren onder elkaar
en wierpen het lot over mijn gewaad (19)
God, mijn God, zie om naar mij.
Waarom hebt U mij verlaten (1)
Psalm 34 (35)
Berecht, Heer, wie mij onrecht doen.
Bestrijd mijn bestrijders.
Grijp naar wapen en schild
en sta op om mij te helpen. (1-2))
Psalm 87 (88)
Zij stopten mij in de diepste put
in de duisternis en de schaduw van de dood (7)
Heer, God, mijn redder,
dag en nacht toep ik tot U. (1)

1 Kor. 1,18–2,2         

Alleluia

Psalm 68 (69)
Red mij God,
Het water staat me aan de lippen (2)
Ze geven me gal als voedsel
en azijn om mijn dorst te lessen. (22)
Laat hun ogen verduisterd worden zodat ze niets meer zien. (24a)

Mat. 27,1-38
Luc. 23,39-44
Mat. 27,39-54
Joh. 19,31-37
Mat. 27,55-62
(evangeliënharmonie)

Paasnacht

19 april          

Prokimen

Psalm 65 (66)
Laat heel de aarde buigen voor U
en psalmen voor U zingen. (4)
Juich voor de Heer, heel de aarde,
bezing zijn naam (1-2a)
… tot Hem die mijn ziel tot leven heeft gebracht
en mijn voeten voor wankelen heeft behoed (9)

Rom. 6,3-11

In plaats van het alleluia

Psalm 81 (82)
Sta op, God, spreek recht over de aarde,
Want alle volken behoren U toe. (8)
God staat op in de samenkomst van de goden;
in hun midden oordeelt Hij de goden.
‘Hoe lang blijven jullie onrechtvaardig oordelen
en partij kiezen voor de zondaars? (1-2)
Sta op, God, spreek recht over de aarde,
Want alle volken behoren U toe. (8)
Doe recht aan wees en arme;
Verschaf recht aan wie onderdrukt wordt en behoeftig is.
Red de behoeftige en de arme,
bevrijd hen uit de greep van de zondaar.’ (3-4)
Sta op, God, spreek recht over de aarde,
Want alle volken behoren U toe. (8)
Ze hebben kennis noch begrip;
in duisternis gaan ze voort.
De aarde wankelt op haar grondvesten. (5)
Sta op, God, spreek recht over de aarde,
Want alle volken behoren U toe. (8)
‘Ooit heb Ik gezegd: “Jullie zijn goden,
Ja, allen kinderen van de Allerhoogste.”
Maar jullie sterven als mensen,
En komen als anderen vorsten ten val.’ (6-7)
Sta op, God, spreek recht over de aarde,
Want alle volken behoren U toe. (8)

Mat. 28,1-20

Pasen I – Pascha

20 april          

Prokimen

Psalm 117 (118)
Dit is de dag die de Heer gemaakt heeft,
laten we nu juichen en blij zijn. (24)
De rechterhand van de Heer heeft grote daden verricht. (15b.16b)
De rechterhand van de Heer heeft mij verhoogd. (16a)
Ik zal niet sterven maar leven
en vertellen over de daden van de Heer (17).

Hand. 1,1-8               

Alleluia

Psalm 101 (102)
U zult opstaan en u ontfermen over Sion,
want het is tijd om u over haar te ontfermen,
ja, die tijd is gekomen. (14)
Psalm 32 (33)
De Heer ziet toe vanuit de hemelen;
alle mensenkinderen kent Hij. (13)

Joh. 1,1-17

Pasen II – Tomaszondag

27 april

Prokimen

Psalm 146 (147)

Groot is onze Heer, en groot is zijn kracht,
zijn inzicht is onmetelijk. (5)
Loof de Heer, want hoe goed is het om een psalm te zingen!
laat lofzang onze God bekoren. (1)
Hef een loflied voor de Heer aan, dank Hem,
zing bij de lier voor onze God. (7)               

Hand. 5,12-20           

Alleluia

Psalm 94 (95)
Kom, laten we jubelen voor de Heer,
juichen voor God, onze redder. (1)
De Heer is een grote god,
en een groot koning over heel de aarde. (3)

Joh. 20,19-31

Pasen III – Myrondraagsters

4 mei

Prokimen

Psalm 117 (118)                    
De Heer is mijn sterkte en mijn lofzang,
Hij is mij tot heil geworden. (14)
De Heer heeft mij zwaar gestraft,
maar mij niet overgeleverd aan de dood.
Open voor mij de poorten van de gerechtigheid,
ik zal erdoor naar binnen gaan om de Heer te loven. (18-19)

Hand. 6,1-7

Alleluia

Psalm 19 (20)
Moge de Heer je verhoren op de dag van nood
en de naam van Jakobs God je beschermen (2)
Heer, red de koning
En verhoor ons op de dag dat wij U aanroepen. (10)

Mar. 15,43-16,8

Pasen IV – de Verlamde

11 mei

Prokimen

Psalm 46 (47)
Zing een lied voor onze God, zing!
Zing voor onze koning, zing een psalm. (7)
Alle volken, klap in de handen,
juich voor God met jubelende stem.
Want de Heer, de Allerhoogste, is ontzagwekkend,
een groot koning over de gehele aarde. (2-3)

Hand. 9,32-42

Alleluia

Psalm 70 (71)
Op U, Heer, heb ik mijn hoop gesteld:
laat mij niet voor eeuwig beschaamd worden. (1)
Wees voor mij een beschermende God,
een bolwerk om mij te redden. (3)

Joh. 5,1-15

Pasen V – de Samaritaanse

18 mei

Prokimen

Psalm 103 (104)
Hoe groots zijn uw werken, Heer.
Met wijsheid hebt U alles gemaakt. (24)
Zegen de Heer, mijn ziel.
Heer, mijn God, hoe groot bent U. (1)
De glorie van God zij voor eeuwig,
moge de Heer zich verheugen in zijn werken. (31)

Hand. 11,19-30

Alleluia

Psalm 44 (45)
Treed op in uw glorie en trek ten strijde
voor waarheid, deemoed en recht. (5)
U hebt gerechtigheid lief en haat het kwaad. (8)

Joh. 4,5-42

Pasen VI – de Blindgeborene

25 mei

Prokimen

Psalm 11 (12)
U zult ons behoeden, Heer,
U zult ons voor eeuwig beschermen tegen dit geslacht. (8)
Red mij, Heer, niemand is U nog toegewijd,
want de waarheid is verbleekt onder de mensen. (2)
De goddelozen omringen ons,
maar in uw verhevenheid hebt U voor de mensen gezorgd. (9)

Hand. 16,16-34

Alleluia

Psalm 88 (89)
Uw barmhartigheid  wil ik bezingen, Heer, voor altijd;
van generatie op generatie zal ik met mijn mond uw waarheid verkondigen. (2)

Joh. 9,1-38

Hemelvaart

29 mei

Psalm 46 (47)
Alle volken, klap in de handen,
juich voor God met jubelende stem.
Want de Heer, de Allerhoogste, is ontzagwekkend,
een groot koning over de gehele aarde. (2-3)
Hij heeft voor ons zijn erfdeel uitgekozen:
de schoonheid van Jakob, die Hij liefheeft.
Onder gejuich is God opgestegen,
de Heer onder trompetgeschal. (5-6)

Prokimen

Psalm 107 (108)
Verhef u boven de hemelen, God,
laat uw glorie uitgaan over heel de aarde. (6)
Mijn hart is bereid, o God, mijn hart is bereid.
Ik wil zingen en muziek maken in mijn glorie. (2)
Want groot is uw barmhartigheid, tot boven de hemelen
tot uw waarheid tot de wolken. (5)

Hand. 1,1-12

Alleluia

Psalm 46 (47)
Onder gejuich is God opgestegen,
de Heer onder trompetgeschal. (6)
Alle volken, klap in de handen,
juich voor God met jubelende stem. (2)

Luc. 24,36-53

Pasen VII – Vaders van Nicea

1 juni

Prokimen

Daniel A
Heer, God van onze voorouders,
U bent geprezen en geloofd,
uw naam zij verheerlijkt in eeuwigheid.
U bent rechtvaardig geweest in alles wat U met ons hebt gedaan,
al uw daden zijn waarachtig,
al uw wegen zijn recht. (3-4)
Geprezen bent U op de troon van uw koninkrijk. (33a)

Hand. 20,16vv.28-36

Alleluia

Psalm 49 (50)
De God der goden, de Heer, spreekt,
Hij ontbiedt de aarde
van waar de zon opkomt tot waar zij ondergaat. (1)
Verzamel zijn toegewijden bij Hem,
die met offers een verbond met Hem sloten. (5)

Joh. 17,1-13

Pinksteren

8 juni

Psalm 18 (19)
De hemelen vertellen over Gods glorie,
het firmament zelf verkondigt het werk van zijn handen.
Elke dag vertelt het door aan de volgende dag,
de ene nacht openbaart kennis aan de andere nacht.
Het zijn geen gesprekken,
er valt geen woord
het geluid van een stem wordt niet vernomen.
Maar over heel de aarde gaat hun roep uit,
en tot aan de einden van de wereld hun woorden. (2-5)

Prokimen

Psalm 18 (19)

Over heel de aarde gaat hun roep uit,
en tot aan de einden van de wereld hun woorden. (5)
De hemelen vertellen over Gods glorie,
het firmament zelf verkondigt het werk van zijn handen. (2)
8De wet van de Heer is smetteloos,
ze laat zielen tot inkeer komen. (8a)
Het gebod van de Heer is helder:
En verlicht de ogen. (9b)

Hand. 2,1-11

Alleluia

Psalm 32 (33)
Het woord van de Heer grondvestte de hemelen,
de adem van zijn mond al hun kracht. (6)
De Heer ziet toe vanuit de hemelen;
Alle mensenkinderen kent Hij. (13)

Joh. 7,37-52; 8,12