Preekschets 1 Johannes 3:18
Niet liefhebben met de mond, met woorden, maar waarachtig met daden.
1 Johannes 3: 18
Schriftlezing 1 Johannes 3: 11 – 24
Thema: ware liefde
Het eigene van de zondag
De zondagen van de zomer dragen in het kerkelijk jaar geen specifieke thema’s.
Uitleg
Johannes grijpt in 3: 11 en 12 terug naar het begin (1: 1). Maar hij komt ook bij het begin van het kwaad, het begin van de ruzie, waarvan Kaïn woordvoerder en aanvoerder is. O. Noordmans heeft hierbij opgemerkt: Toen de zonde in de wereld was gekomen, zei de Zoon: dan kom Ik ook. Waarom sloeg Kaïn zijn broer dood? Omdat hij poneros was: verkeerd. Blijkens Genesis 6: 5 en 8: 21 zijn het hart en de gedachten van de mens verkeerd, en ook zijn oog. Jezus leert ons te bidden: Verlos ons van de boze (het verkeerde).
Liefde en liefhebben komen veel voor in het Johanneïsche werk: het evangelie en de brieven nemen een derde deel van het nieuwtestamentisch gebruik voor hun rekening. De Septuaginta heeft voor liefhebben agapaô gekozen, waar het Grieks van die tijd vaak koos voor fileô en eraô. Agapè heeft minder affectie. Wij kennen uit Jezus’ mond het dubbelgebod van de liefde (Marcus 12: 28 – 34). Maar ook heeft Hij de in zijn tijd al bekende gulden regel “behandel anderen zoals je wilt dat ze jullie behandelen” opgescherpt: wat voor verdienste heb je als je liefhebt wie jou ook liefheeft? Jezus gaat zo ver, dat Hij oproept je vijanden lief te hebben en te bidden voor wie jou vervolgt (Matteüs 5: 43 – 48). Veel vervolgde christenen blijken dit in praktijk te brengen! Startpunt van de liefde is de liefde van God zoals Hij deze bewezen heeft in Christus. De Heilige Geest stort deze in onze harten uit. Liefde is dus eigenlijk geen werk, maar een vrucht (Galaten 5: 22). Liefde geeft net dat extra wat nodig is. Liefde is de vervulling van de wet – Jezus noemt het een nieuw gebod en bovendien brengt het Zijn volgelingen in het huis van de Vader – dezelfde plaats waar Hij komt (Johannes 14: 3).
In de brief van Johannes wordt een rechtstreeks verband gelegd tussen God liefhebben en elkaar liefhebben. Daarbij gaat het niet alleen om het liefhebben van de broeders, ook wie je niet kent (3 Johannes 5). Het is volstrekt duidelijk dat de wandel in het licht onbestaanbaar is zonder je naaste met de daad lief te hebben.
In vers 17 vraagt Johannes hoe het kan dat je je hart (binnenste, splachna) afsluit voor je broeder die lijdt. Jezus’ binnenste draait zich juist om bij het zien van lijden –Hij is dan met ontferming bewogen. Zijn misselijkheid om gebrek en lijden vertaalt zich in een nieuwe daadkracht die lijden opheft. Zo roept Johannes in vers 18 op tot daadwerkelijke liefde – of zoals het gekozen thema luidt: ware liefde. Waarheid en liefde horen bij Johannes immers bij elkaar. Hij brengt de tong daarmee in verband: daarmee kun je zegenen en vloeken; er zijn goede woorden maar ook verkeerde. Jakobus 1 (met name vs. 26) spreekt hier ook over.
In de verzen 19 en 20 komt het woord ‘weten’ naar voren: bij het alles weten van God kunnen we ook denken aan Petrus in zijn functioneringsgesprek met de opgestane Heer (Johannes 21: 15 – 21): Heer, U weet alles. De verzoening leidt tot een nieuwe navolging. De vrijmoedigheid tot God leidt tot het houden van de geboden (vers 22) en alles ontvangen wat je vraagt. Hierbij moeten we niet aan het ontvangen van alle dingen denken, maar om het ontvangen van kracht, nabijheid in alle omstandigheden. Zijn Geest (vs. 24) blijft immers bij ons.
Aanwijzingen voor de prediking
Het begin van de preek zou goed in kunnen zetten bij het begin waarnaar Johannes wijst in de verzen 11 en 12: het begin van het kwaad. Daar staat tegenover de ene liefde. Jongeren (en anderen!) kennen natuurlijk wel het lied One Love van U2 – dat je als een 20ste-eeuwse vertaling van het evangelie kan verstaan. In deze hit wordt namelijk ingegaan op het feit dat mensen vaak iemand de schuld willen geven: de spreekwoordelijke zondebok. Gebrek aan verantwoordelijkheid wordt zo afgewenteld op de ander. Maar wat heb ik je dan aangedaan? Of kom jij soms voor Jezus spelen? Kom jij met je zogenaamde zuivere geloof om vergeving vragen? Het ligt dicht aan tegen het lied dat Jezus zong: toen ik geen kleren had, geen jas, geen eten, geen gezondheid, geen huis (Matteüs 25) waar was jij toen? Er is echter maar één liefde – welke kleur of geloof je ook hebt!
Ook kunnen we wijzen op een jurist (Marcus 12: 28 – 31) die op een dag bij Jezus binnenstapt: wat is eigenlijk het belangrijkste van geloven? Jezus geeft aan, dat je met alles – heel je passie, al je denkvermogen, het diepste van je wezen – God liefhebt. Juist daarin kom je thuis, kun je de mens zijn die God in jou bedoeld heeft. En van daaruit kun je je naaste liefhebben als jezelf (niet meer, niet minder).
Het verband dat Johannes legt met onze tong alsmede onze daadkracht is bijzonder. De ene mens is in staat om in een crisis olie op het vuur te gooien en de hel op te roepen. De ander drijft juist met liefde de angst uit, doordat hij bidt en gelooft in een hoop liefde. Als je bidt, wordt jou namelijk gegeven. Alles wat je vraagt? Je krijgt geduld. En je krijgt zaad, maar niet zozeer de kant en klare eindproducten. Met het gegeven zaad zul je zelf ook aan de gang moeten. Maar in ieder geval wordt het hart geraakt, de portemonnee geopend. Want liefde geeft graag en denkt niet aan rendement. Zij investeert graag in de collecte en bankiert met een gift. Het geeft het hart vrijmoedigheid, zelfs voor de troon van God!
Waar zo geleefd wordt, komt wellicht de Messias dichterbij en ruist de Geest Gods door de straten heen. Want liefde jaagt de haat uit de bomen en sticht een hemel op aarde, waarin een nieuwe troost is en een krachtige hoop. Wie vrede van God ontvangt, zal deze stichten.
Ideeën voor de kinderen
Bij dit thema, dat cirkelt om het belangrijkste van het geloven, is het mooi met de kinderen een gesprek te houden. Kindertheologie is zo mooi! Wijzend op de Bijbel is de vraag: wat is nu het belangrijkste uit de Bijbel? Daarbij kun je de antwoorden verzamelen, die kunnen elkaar aanvullen. Als dit niet direct werkt, vraag het dan maar in het algemeen, dus ook aan de “grote mensen”. Stap voor stap zal dit vast mooie vergezichten oproepen. Aanvullend kun je nog zoeken naar verbinding met het dagelijks leven: hoe kunnen we dit in de praktijk brengen? Daarbij kunnen we wijzen op gebed en collecte in de kerk: instrumenten van bouwen aan Gods Koninkrijk, en hoe we dit in het dagelijks leven doen. Hierbij past mogelijk het lied EvLB 437 Het gaat niet zo maar één twee drie.
Liturgische aanwijzingen
Een evangelielezing zou kunnen zijn Marcus 12: 28–31, maar Matteüs 5: 43-48 past ook.
In Psalm 103: 1, 5 wordt Gods grote genade en liefde bezongen. Opwekking 642 helpt om de zonden weg te gooien (zoals dit door Joden op Grote Verzoendag bij de rivier wordt gepraktiseerd, op het alfabet af zelfs). NLB 838, EvLB 399 en NLB 791 passen eveneens.
Geraadpleegd
Voor een goede exegese gebruik ik graag het wetenschappelijk verantwoorde BibleWorks 10 (2016), de uitstekende software met het Hebreeuws en Grieks, eraan gekoppelde lexicons en grammatica’s alsmede Balz-Schneider Exegetical Dictionary of the New Testament. Tevens: R. Bultmann, die drei Johannesbriefe, Kritisch-Exegetischer Kommentar ῡber das Neue Testament, Gὅttingen 1967; M. de Jonge, de Brieven van Johannes, PNT, Nijkerk 1968. C.J. den Heijer geeft in Postille 32, p. 90 e.v., een goed inzicht in de tegenstellingen van Johannes.