Menu

Premium

Preekschets Openbaring 3:10-11 – 3e zondag van Pasen

Derde zondag na Pasen (Misericordia Domini)

Omdat u trouw bent gebleven aan mijn gebod om stand te houden, zal ik u ook trouw zijn wanneer binnenkort de tijd van de beproeving aanbreekt, als heel de aarde en de mensen die er leven op de proef worden gesteld. Ik kom spoedig. Houd vast aan wat u hebt, dan zal niemand u de lauwerkrans kunnen afnemen.

Openbaring 3:10-11

Schriftlezing: Openbaring 3:7-13

Zie ook

Het eigene van de zondag

Het jaarlijkse paasfeest is inmiddels al weer twee weken geleden. De feestgangers van Pasen zijn naar het werk geweest, naar school, ze hebben koningsdag gevierd, zijn begonnen aan de meivakantie, hebben de gevallenen herdacht en zijn nu toegekomen aan de Bevrijdingsdag.

De oude kerk kende, ver voordat er een compleet liturgisch jaar ontstond, de gewoonte om zeven weken lang paasfeest te vieren, van Pasen tot Pinksteren. In onze tijd is het beperkt tot de zondagen. Het is de uitdaging om iedere zondag opnieuw de opstanding van Christus te vieren.

De opgestane Heer zoekt met zijn gerechtigheid de hele aarde. Sprekend is de naam van deze zondag Misericordia Domini, ontleend aan Psalm 33:5: misericordia Domini plena est terra.

In het Missaal van 1570 en verwante leesroosters (Luthers, Anglicaans, De adem van het jaar) heeft deze zondag de kleur van Goede Herder-zondag. In nieuwere leesroosters verschuift dit naar de derde zondag na Pasen (Jubilate).

Uitleg

Evenals in de schets van vorige week volgen we de traditie die van Pasen tot Pinksteren uit het bijbelboek Openbaring leest. Na de lezing van vorige week uit Openbaring 5 bladeren we deze week terug naar 3:7-13, de brief aan Smyrna. Waarom las men deze brief op de tweede zondag na Pasen? Een eenvoudige verklaring is deze: In de paasweek werden van maandag tot zaterdag steeds één van de zeven brieven gelezen. Omdat het zes dagen waren bleef er één over. Die lezen we nu. Maar dan blijft de vraag waarom dit pas op de tweede zondag na Pasen gebeurt en waarom juist de zesde brief is uitgesteld. We weten het niet, maar in die zeven brieven valt 3:10 op door de wereldwijde strekking: Heel de aarde en de mensen die er leven worden op de proef gesteld. Overdenking van deze woorden en de betekenis ervan voor de gemeente past goed in een tijd waarin het Lam de beschikking heeft over de boekrol (hoofdstuk 5).

Daarom eerst nog even iets over het Lam, de boekrol en het openen ervan. Hoofstuk 6-16 beschrijft drie reeksen van zeven. Zeven zegels worden geopend (6-7), zeven bazuinen geblazen (8-11) en zeven schalen uitgegoten (15-16). Steeds zien we rampen gebeuren, met name bij de tweede en derde reeks is de overeenkomst groot. Bij de eerste reeks vinden de rampen nog niet plaats. Ruiters staan klaar om rampen te brengen (voltrekken). Bij de tweede reeks (hoofdstuk 8,9) wordt steeds een derde deel van de aarde, de zee enz. getroffen. Bij de derde reeks (hoofdstuk 16) de hele aarde, zee enz. Bij de tweede reeks klinken steeds ramshorens, alarmsignalen. Het wijst er op dat de partiële rampen van onze tijd fungeren als waarschuwingen voor de ultieme ramp die Christus over deze wereld zal brengen: het laatste oordeel. In 3:10 spreekt Hij een bemoedigend woord met het oog op deze moeilijke tijd.

We proberen deze tijd van verdrukking in beeld te krijgen:

  • De hele wereld wordt er door getroffen. De brieven uit hoofdstuk 2 en 3 hebben een sterke lokale kleur. Ook 3:10 is een belofte aan een lokale gemeente, maar beschrijft de beproeving die heel de wereld treft.

  • Het komt in de nabije toekomst. Een futurum met mello is een krachtig futurum. Het kan betekenen ‘het komt er aan’ (NBV: ‘binnenkort’), zo ook in 3:2, al hoeft dat niet altijd. Maar los van de werkwoordsvorm: Christus’ belofte aan de gemeenteleden in Filiadelfia, die gerelateerd wordt aan hun trouw, wijst er op dat zij dit tijdens hun leven gaan meemaken.

  • Het gaat door tot de terugkomst van Christus, vers 11. Commentatoren noemen vaak de vervolging onder Trajanus (98-117), maar vers 11 plaatst het in wijder perspectief: het is de verdrukking waarvan Christus’ terugkomst de verlossing brengt. Tot die tijd zal het een strijd zijn trouw te blijven.

  • Hoofstuk 8 e.v. spreekt over de rampen die komen na het openen van de zegels. Ze lopen uit op het laatste oordeel (hoofdstuk 16) en fungeren als waarschuwing voor die ultieme ramp.

  • Het treft gelovigen en ongelovigen. De uitdrukking ‘de mensen die leven op aarde’ komt vaker voor in de Openbaring. Vooral in 6:10 is duidelijk dat de gelovigen deze uitdrukking gebruiken om de ongelovigen aan te duiden. Maar uit 3:10 blijkt dat ook de gelovigen beschermd en gesteund moeten worden in deze tijd. Vergelijk verderop in de Openbaring hoofdstuk 7 over de verzegeling.

  • Deze tijd kan getypeerd worden als ‘beproeving’. De Openbaring tekent een huiveringwekkend beeld van rampen. Enerzijds is er sprake van plagen (12,13) die door het Lam worden geïnitieerd (hoofdstuk 6, 8:1 e.v.), anderzijds maakt Satan zich sterk. In 3:10 wordt niet aangegeven welke van deze rampen bedoeld zijn. Duidelijk is wel dat heel deze tijd een beproeving is voor de gelovigen. Ook voor de ongelovigen. De bazuinrampen willen hen tot inkeer brengen (9:20,21). Het is een tijd waarin aan het licht komt wat er in de mensen leeft (Daniël 12:10, Openbaring 22: 10).

De bemoediging die Christus met het oog op deze beproeving geeft is uiterst kort: ‘Ik zal u bewaren’, NBV: ‘Ik zal trouw zijn’. Betekent dit dat de gelovigen deze verdrukking niet meer meemaken? Of worden ze door de verdrukking heen beschermd? De Heer gebruikt hier dezelfde uitdrukking als in zijn gebed in Johannes 17:15 (tèrein ek). Daar is het duidelijk dat dit bewaren niet ‘wegnemen’ (airein ek) betekent maar bewaren te midden van de strijd.

Wie verder leest in de Openbaring krijgt er een beeld van hoe dat bewaren toegaat. De dienaren van de Heer worden verzegeld (7:3, denk daarbij niet alleen aan de biologische afstammelingen van Jakobs zonen), zij worden gespaard bij de plaag van de vijfde bazuin (9:4). In Openbaring 12 zien we de gemeente als vrouw die in de woestijn bewaard wordt (vers 14) terwijl de aarde haar te hulp komt (vers 16). In hoofdstuk 14, de lezing van volgende week, komen we de verzegelden opnieuw tegen. Dan zien we ze als overwinnaars, overwinnaars met het Lam.

In Openbaring 3:10 gaat het er niet om hoe dit gaat gebeuren. Christus houdt het dicht bij zichzelf: ‘Ik zal u bewaren’. Hier gaat het om de trouw van Christus.

Vers 11 bevat een duidelijk appel op de lezer: trouw zijn, vasthouden aan wat u hebt. We blijven hiermee dicht bij de opgestane Heer. Hem trouw blijven, zijn naam niet verloochenen (vers 8), standhouden (vers 10) is de redding. In praktische zin lijkt deze boodschap wat teleurstellend, zo weinig concreet. We ontmoeten in deze brief ook geen succesvolle gemeente. De brief daagt uit om het eenvoudig en volhardend te zoeken bij de band met Christus en zo na Pasen op weg te gaan.

Aanwijzingen voor de prediking

Een preek over Openbaring 3:10,11 biedt aan de ene kant een gelegenheid om een venster te bieden op het hele bijbelboek Openbaring, met name op de rampen die erin geschilderd worden. Aan de andere kant is het vooral een bemoedigend woord over de bewaring door Christus en een appel Hèm trouw te blijven.

Een venster op de volgende hoofdstukken kan de hoorders aanmoedigen zelf in de Openbaring te lezen. Voor velen is het een gesloten boek, wat angst en verwarring oproept. Meer dan nodig is. Een eenvoudige schets van de opbouw van het boek kan al helpen. Juist het kader van Openbaring 3:10,11 maakt het mogelijk hierover te spreken zonder dat een gevoel van angst blijft hangen. De trouw van Christus zet hier de toon.

Het venster op de Openbaring moet niet te groot worden. Voor een uitgebreide presentatie is dit niet het moment.

Om het concreet te maken: Openbaring 3:10 geeft een universeel beeld van de ellende die over de wereld komt. Je kunt spreken over de rol van Christus die tuchtigt en waarschuwt, over de rol van Satan die de volgelingen van Christus wil vernietigen en over de verantwoordelijkheid van de mens in alle het kwaad in de wereld, maar voor ons mensenoog is het soms gewoon één ondoorzichtig geheel. Zo ook de oorlogen waarvan we deze dagen de gevallenen herdenken.

Het herhaalde peirasmos benadrukt het effect van deze tijd: door de ellende komt er uit wat er in een mens leeft.

Wat vaststaat is de trouw van de Heer. De korte verwoording hiervan in vers 10 nodigt uit om in de preek dicht bij de persoon van Christus te blijven en niet te veel uit te weiden over de manier waarop Hij zijn gemeente bewaart. Juist dat geeft kracht aan het appel op de gemeente om de Heer trouw te blijven.

Suggesties voor kinderen en jeugd

In een kindmoment kan iets verteld worden over het bijbelboek Openbaring waarin heel veel fout gaat, maar waarin ook veel moois te vinden is. Een voorbeeld geeft Matthijs Vlaardingenbroek.

Als ingang kan ook gekozen worden voor een herinnering aan de Tweede Wereldoorlog: een moeilijke tijd, moeilijk om trouw te blijven, maar Christus bewaart de zijnen. Eventueel te vertellen in verhaalvorm.

Vraag bij de preekvoorbereiding eens aan jongeren welke ellende in de wereld hen hoog zit en ontdekt dat het soms andere dingen zijn dan je zou vermoeden. Zulke gesprekken helpen om de preek concreet te maken.

Aanwijzingen voor de liturgie

Psalm 33 is de klassieke introïtuspsalm voor deze zondag. Na Pasen is de misericordia domini (vers 5) op weg heel de aarde te vervullen. Bij een preek over Openbaring 3:10-11 passen alle verzen van deze psalm.

In een moment van verootmoediging aan het begin van de dienst past het de nood van de wereld en de verantwoordelijkheid van de mens hiervoor bij God te brengen. Denk hierbij aan liederen als Opwekking 805 Maak ons hart onrustig, Geref. Kerkboek 257 Here God, uw schepping zucht, LB 997 –en vele duizenden ontheemd en andere liederen in de Liedboekrubriek gerechtigheid.

Uit de Openbaring wordt uiteraard 3:7-13 gelezen. Daarnaast kunnen ook andere gedeelten gelezen worden, bijvoorbeeld uit hoofdstuk 7.

De evangelielezing uit het Oecumenisch leesrooster (afhankelijk van het A-, B-, of C-jaar Johannes 21:1-14, 15-24 of Lucas 24:35-48) heeft geen direct verband met de preektekst, maar legt wel mooi een verbinding met Pasen en laat Christus als Heer van de wereld stralen.

Uit het Psalmboek en andere liedbundels is er een overvloed aan liederen waarin God als beschermer te midden van de ellende wordt aangeroepen. Denk op 5 mei ook de liederen van Valerius.

Literatuur

  • H.R. van de Kamp, Openbaring, Profetie vanaf Patmos, CNT3, Kampen 2000

  • R.H. Charles, The Revelation of John, ICC, Edinburgh 1920

  • A.M. de Hullu, Preken over Openbaring, een handreiking, Amersfoort 2017

  • Voor de traditie om uit Openbaring te lezen in de vijftigdagentijd: Missale mixtum secundum regulam Beati Isidori dictum mozarabes ed. Alexander Lesley, Rome 1755, zie voor de tweede zondag na Pasen pagina 237

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken