Over alle mensen uitgegoten
Bij Handelingen 2,1-24 ‘Toen de dag van het Pinksterfeest aanbrak waren ze allen bij elkaar.’ Wie zijn deze ‘allen’? Zijn dit allen die in het bovenvertrek verblijf hielden (Rand. 1,13): de leerlingen, samen met de vrouwen, Maria en de broers van Jezus? Is dit de groep van ongeveer honderdtwintig mensen waarover gesproken wordt (Rand. 1,15)? […]