Menu

Premium

Bezint eer ge begint

12e zondag van de zomer (Lucas 14,25-33)

Bijbelwetenschappen

Vele scharen reisden met Hem mee. Dat is een vast gegeven in het Lucasevangelie. Het woord ‘schare’ (Gr.: ochlos) komt er 41 keer in voor, in 3,7 voor het eerst. Het is een bonte mengeling van mensen: gelukzoekers, nieuwsgierigen, radelozen, sensatiebelusten en stakkers, hopend op genezing van ziekten en kwalen. Het kunnen er duizenden zijn (12,1) tot wel vijfduizend (9,14). Overal waar Jezus is, komt of heengaat om te prediken, te onderwijzen en te genezen brengt Hij massa’s mensen op de been.

Het moet een heel spektakel zijn geweest, een reizend circus. Wat daar historisch aan is weten we niet, en dat doet er ook niet toe: zo beschrijft Lucas het optreden van Jezus. En, zo lezen wij in 19,48: het hele volk hing aan zijn lippen.

Scharen en volgelingen

Die scharen zijn niet perse volgelingen, veeleer ‘achtervolgelingen’. Leerlingen, discipelen worden uit de scharen gewonnen. Van het volgen van Jezus is bij Lucas voor de eerste keer sprake in 5,11, wanneer Jezus Simon en de zonen van Zebedeüs ontmoet. Van dezen wordt gezegd dat zij alles achterlieten en Hem volgden. Hoe belangrijk dat ‘alles achterlaten’ is, blijkt gaandeweg in dit Evangelie en met name in dit gedeelte (14,33).

In 9,23 zien we voor het eerst de combinatie van Jezus volgen en het kruis opnemen. Dat laatste betekent hier: zichzelf verloochenen. In ons gedeelte komt het begrip ‘volgen’ (Gr.: akoloutheoo) niet voor. Wel: samen meereizen, komen tot Jezus (14,26) en leerling zijn (14,26.33).

Haten

Jezus draait zich om naar de scharen, wellicht geërgerd (14,25) en in elk geval waarschuwend: wanneer iemand tot Mij komt en mijn leerling wil zijn, dan moet hij/zij alle schepen achter zich verbranden, dat wil zeggen afstand nemen van vrienden en verwanten. Lucas gebruikt het Griekse woord miseoo, ‘haten’ (14,26). In de commentaren haast iedereen zich te zeggen dat je dit niet zo scherp moet verstaan als dit woord bij ons klinkt. Bij Lucas komt het begrip miseoo zeven keer voor. Geen van die plaatsen geeft aanleiding tot de veronderstelling dat het wel meevalt. Bij Marcus (1x) en Matteüs (6x) is het niet anders. Bij Johannes komt het woord twaalf keer voor, en overal met grote scherpte. Jezus’ uitspraak in Lucas 8,19-21 over de vraag wie zijn verwanten zijn, kan ook nauwelijks scherper. Om dit woord miseoo nader profiel te geven, zie 16,13: niemand kan twee heren dienen. Het is óf-óf, niet en-en. Leerling van Jezus zijn kan niet halfhalf.

Een harde leerschool

En dan een tweede harde vaststelling: met een beetje meelopen kom je er niet. Wie zijn kruis niet draagt en achter Mij komt, kan mijn leerling niet zijn. Het begrip leerling gebruikt Lucas hier in toegespitste zin. Op andere plaatsen (6,17.20) is het ook wel een ruimer begrip, bijna samenvallend met de menigten die Hem (achter)volgen. In 9,23 staat dat het kruis dragen een dagelijkse aangelegenheid is en zelfverloochening betekent. Zelfverloochening is bij Lucas afzien van de banden van het bloed (miseoo) en afstand doen van geld en goed (14,33). Het gaat om lijf én goed, immers: ook de Zoon des mensen heeft geen plaats om zijn hoofd neer te leggen (9,58). Lucas schrijft: je eigen kruis dragen, niet het kruis van Jezus. Kracht naar kruis zal ik maar zeggen. Een harde leerschool is het wel. Bezint dus eer gij begint.

Dat wordt geïllustreerd door de twee kleine gelijkenissen in de verzen 14,28-32. De spits daarvan is (14,33): afstand doen (Gr.: apotassomai) van alles wat je hebt, waarover je beschikt. Waar het in vers 26 gaat om mensen, gaat het in vers 33 om spullen. Dat laatste is bij Lucas een groot thema, zie 5,11; 5,27-28; 9,3; 9,57-62; 10,4; 12,13-21; 12,22vv.; 12,33; 18,23; 18,28; 19,1-10. ‘Waar uw schat is, daar zal ook uw hart zijn,’ zegt Lucas 12,34.

Radicale navolging

De vraag is natuurlijk: wat moeten we met deze radicaliteit? Wat moesten de mensen rondom Jezus ermee? We lezen in 4,22: ‘Allen betuigden hun instemming met Hem en verwonderden zich over de woorden van genade die van zijn lippen kwamen’ (NBG51). Maar in 23,22 klinkt het: ‘Kruisig Hem, kruisig Hem!’ Het gaat alle kanten op. Is de gemeente van Christus zonder deze radicaliteit maar een zouteloze hap?

Lucas 14,33 spreekt over ‘ieder van jullie’. Die ‘jullie’ zijn de scharen van vers 25. De mensen dus die Jezus aanspreekt op de mogelijkheid van leerling- en discipelzijn. Dat kan wat kosten, zoals we zagen: verwijdering van familie en verwanten, afstand doen van bezit. Pas dan kan van de volgelingen van Jezus gezegd worden: ‘Jullie zijn het zout van de aarde.’ We lezen dat bij Matteüs 5,13 en daar zegt Jezus het inderdaad tegen zijn leerlingen. Mogen we dat – daar en ook hier – lezen als pars pro toto? Het zout dat de aarde smaak geeft, de smaak van het Koninkrijk? Mag ik dat hier zo verstaan? Dat doe ik maar.

Wat als het zout zijn smaak verliest? Als mensen wel bij Jezus willen horen, maar familie en verwanten op de eerste plaats zetten, evenals rijkdom en bezit? Wat komt er dan terecht van dat Koninkrijk van God? En wat voor een kerk is dat dan? Een smakeloze hap waar niemand iets aan heeft: enerzijds-anderzijds-gepraat, politiek correct, vroom gereutel, alles moet leuk zijn. Noch voor het Koninkrijk, noch voor de mesthoop is het geschikt: men werpt het weg (vgl. Luc. 14,34), zoals alom kan worden waargenomen.

Deze exegese is opgesteld door Jaap Goorhuis.

Wellicht ook interessant

None

Bijdrage van Lode Van Hecke bij het boek De imitatie van Christus

Dat ik als bisschop van Gent het eerste exemplaar van uw nieuwe vertaling van De Imitatie van Christus, van Thomas Kempis, mag ontvangen, is natuurlijk een hele eer. Ik doe het in de stad van het Lam Gods van Jan van Eyck, ons bekendste kunstwerk. Thomas Kempis en Jan van Eyck zijn tijdgenoten. Jan van Eyck begon het Lam Gods te schilderen rond 1424, een paar jaar na het verschijnen van de Imitatio Christi in 1421. Was de Imitatio een inspiratiebron voor het Lam Gods? Natuurlijk heeft Jezus zijn navolging geïnspireerd en niet omgekeerd! Maar het boek kan wel het schilderij beïnvloed hebben.

Nieuwe boeken