De daad bij het woord
Van de vijfde zondag van Epifanie tot en met de achtste biedt het Gemeenschappelijk Leesrooster een doorgaande lezing van 1 Korintiërs 15.
Van de vijfde zondag van Epifanie tot en met de achtste biedt het Gemeenschappelijk Leesrooster een doorgaande lezing van 1 Korintiërs 15.
Na haar indrukwekkende boek Ik ga leven schreef Lale Gül een tweede boek: Ik ben vrij. Daarin rekent ze af met de onderdrukkende god van haar jeugd, Allah in haar geval, en bevrijdt ze zich van het dwangbuis van alle regels, voorschriften, gebruiken en rituelen waarmee haar leven werd vergald. Nu is ze zonder enig geloof, maar dat vindt ze eigenlijk ook niks. Want hoe weet je dan waartoe wij op aarde zijn, wie je gemaakt heeft, waar je heen gaat? Of er iets is na de dood, goede mensen worden beloond en kwade gestraft? Is alles stom toeval?
In de krant lees ik over twee boeken, één van Joyce Rondaij, getiteld Primo Levi na God – Verhalen van een nieuwe Bijbel: hoe kunnen we spreken over God na Auschwitz?, en het andere, onder redactie van Cees Dekker: Alle verstand te boven – 22 wetenschappers over hun leven, werk en God. In de bespreking van dit laatste boek staat dat het niet onzinnig is om te geloven in iets wat niet bewezen kan worden.
Ode aan de twijfelaar heet het cabaretconcert dat door twee theatermakers is bedacht. In de Nassaukerk in Amsterdam viert Raoul Heertje er, als twijfeldominee, de twijfel. Er is ook een agnostisch gospelkoor bij. Ik lees het in de krant op 25 november. Ik vind het wel een leuk initiatief.
De eerste negen hoofdstukken van het Marcusevangelie staan in het teken van het heilig onderricht, waarin de Geest van God, van de Tora, staat tegenover de satan en diens verschijnen in boze, onreine geesten en demonen. Het begint meteen met Jezus’ doop met de heilige Geest en de satan die deze doop test (1:9-13).
‘En Hij ging daar weg’ (6:1). Je wordt doodmoe van dit Evangelie! Wat een vaart, wat een beweging. Hij ging daarvandaan – ja, vanwaar is dat nu weer en waar gaat Hij heen? Eromheen lezen levert op dat Hij bij Jaïrus vandaan kwam, de overste van de synagoge. Dé synagoge? Welke? Waar? Hij begon in Dekapolis te verkondigen (5:20). Dat is een Romeinse provincie, oostelijk van de Jordaan en zuidelijk van het meer van Galilea. Waar die synagoge gestaan heeft, is niet duidelijk.
De lezingen van deze zondag zijn misschien wat te veel, te machtig voor één preek. Aan Exodus 3:1-6 alleen heb je al meer dan genoeg. Dan Romeinen 8 over het leven in en vanuit Gods Geest, en ten slotte Johannes 3, de ontmoeting in de nacht van Jezus en Nikodemus. Ook voor een stukje als dit zijn deze drie lezingen tezamen wat te veel van het goede. Maar goed, eerst Exodus.
Jaap Goorhuis schreef een open brief aan het moderamen van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN). Welke zorgen over de houding van de kerk bij de verkiezingswinst van de PVV wil hij delen?
Marcus laat er geen gras over groeien, er zit vaart in zijn verhaal. Hoofdstuk 1 begint met het optreden van Johannes de Doper, vervolgens wordt Jezus gedoopt en meteen daarna door de duivel op de proef gesteld. Dan lezen wij dat Johannes wordt overgeleverd en dat Jezus naar Galilea gaat, ‘verkondigende het evangelie (van het Koninkrijk) van God: De tijd is vervuld, het Koninkrijk van God is nabijgekomen, bekeert u en stel vertrouwen in het evangelie’ (1:14-15).