Dankbaarheid voor wat we voor lief nemen
Terugblikken op de Theologencolumn (nr. 10)
We blikken terug op drie jaar de Theologencolumn. Deze week reageert Monique van Dijk-Groeneboer op Jan Martijn Abrahamse’s ‘Zingevingsschaarste’.
„Naast verwondering noem ik graag dankbaarheid als belangrijke bron van geluk-vinding.”
Monique van Dijk-Groeneboer
Wie zich verwondert, komt niet snel tekort, zo schrijft Jan Martijn Abrahamse als slotzin in zijn bijdrage over zingevingsschaarste. Hij beschrijft de zingevingsschaarste in ons land (en in een groot deel van West Europa en Noord Amerika voeg ik gemakshalve even toe) en dat doet hij heel treffend. Het is ook schrikken als je ziet waar een ‘gemiddelde’ Nederlander zich druk om maakt en hoe de verschillen tussen arm en rijk alsmaar groeien – de voedselbank heeft het drukker dan ooit.
Ik zou hierop graag aansluiten met toch wat suggesties om zelf een stap meer te zetten (‘pragmatisch consuminderen,’ zoals Jan Martijn schrijft) en daarnaast een link willen leggen vanuit mijn recente ervaringen aan de andere kant van de wereld. Het helpt namelijk vaak om echt afstand te nemen; dan krijg je overview (zoals vaak beschreven door ruimtevaarders) en meer helder zicht op wat ‘je normaal doet en vindt.’
Groeiende afstand
Waarom willen we in de winter aardbeien kunnen eten en sla? Waarom eten we niet van het land wat in de winter bij ons klimaat past? En hoeveel vlees eten mensen tegenwoordig nog steeds? Er zijn zoveel goede alternatieven, laten we toch wat meer flexi(tari)bel worden en nadenken wat het de aarde kost om veel vlees te eten. Want boos worden op boeren, of juist als boeren, is een optie maar dat verplaatst het probleem veilig van de consumenten af – en vooral van de mensen die het niets kan schelen en geheel voor eigen genot en gewin gaan.
De Maori in Nieuw-Zeeland en de Aboriginals in Australië leven van en met de natuur in hun oorspronkelijke tribes.
Het is toch ongelooflijk dat ‘de’ rijken steeds rijker worden en niet meer in perspectief zien wat er misgaat in de wereld? Dat er een paar zo extreem rijke miljardairs zijn die hun geld nooit meer op krijgen en dan nog niet een deel ervan willen investeren in het verbeteren van de situatie op andere plekken in de wereld.
De Maori in Nieuw-Zeeland en de Aboriginals in Australië leven van en met de natuur in hun oorspronkelijke tribes (stammen). Ze eten kangoeroe als er daar veel van zijn, ze vinden bessen in de woestijn en weten waar water is. Hun lessen in het jagen en voedsel bereiden zijn al eeuwenoud, en worden van generatie op generatie doorgegeven. Men weet te leven in erbarmelijke omstandigheden, en hecht niet aan materiële zaken noch is uit op winst. Ze weten wanneer stukken gewas af te branden om de grond weer vruchtbaar te maken zodat het leefbaar blijft en weten waar water te vinden is en hoe daar zuinig mee om te gaan.
Sociaal faillissement
Ondertussen staat het water ons letterlijk aan de lippen in Nederland. Waar we altijd zo goed in waren wordt ondertussen achterhaald: we dreigen te worden overstroomd door de stijgende zeeën. Maar gaan we daarom misschien iets minder met de auto of het vliegtuig? Wordt het openbaar vervoer gestimuleerd door het gratis te maken bijvoorbeeld? Nee, de Nederlandse Spoorwegen gooien er volgend jaar nog extra geld bij op anders redden ze het niet. Waar staan we in dit land nu voor? Waar gaan we voor? Ik vind dat we in een aantal opzichten echt failliet zijn, zeker in sociaal opzicht.
Ik merk dat ik me ervoor schaam dat we in Nederland nu ‘derdelanders’ uit gaan zetten. Ook hier is gelukkig weer een term voor bedacht zodat het net lijkt of het niet over mensen gaat. Kom op zeg! Ja, we hebben veel mensen in een klein land wonen. Maar de aarde is van ons allemaal! Als straks het halve land overstroomt hopen wij ook waarschijnlijk wel bij buurlanden onderdak te vinden, nietwaar? Iets over ‘wat gij niet wilt dat u geschiedt….’
Laten we eens beginnen dankbaar te zijn voor de prachtige natuur waarin we leven, voor het schone water dat we hebben.
Hoe bestaat het dat we onderscheid gaan maken tussen mensen? Vluchtelingen komen hier toch niet naartoe omdat ze daar zoveel zin in hebben? Ook daarvan zie je een parallel terug in Nieuw-Zeeland: veel Nederlanders zijn daar in de tweede helft van de vorige eeuw naartoe geëmigreerd omdat daar ruimte, werk en voedsel leek te zijn. Ook zij zijn niet geweigerd of eerst in kampen gezet, noch alle diploma’s ontkend of verboden hun familie over te laten komen – denk aan de ‘brideflights’.
Dankbaarheid maakt gelukkig
Naast de verwondering van Jan Martijn noem ik graag dankbaarheid als belangrijke bron van geluk-vinding en daarmee zingeving. Als je iedere dag drie tot vijf dingen noemt waar je dankbaar voor bent, hoe groot of klein ook, groeit je gevoel van geluk daadwerkelijk. Nu kun je zeggen: makkelijk dankbaar zijn als je het goed hebt. Maar in Australië en Nieuw Zeeland vond ik juist de inheemse bevolking ongelooflijk inspirerend doordat ze niet verbitterd waren maar trots op hun cultuur en dankbaar voor wat er momenteel mogelijk is in het land.
Nee, het gaat niet vanzelf daar. Er is veel debat over de rechten voor deze volken, over van wie het land en het water is. Oude verdragen lijken te worden teruggedraaid en opnieuw bevochten. Én men blijft positief, en blijft staan voor hun eigen waarden. Als je zo sterk vanuit je eigen wortels leeft, inspireer je anderen. Het is een manier die ‘wij’ niet zo kennen, als je kijkt naar onze joods-christelijke wortels.
Laten we eens beginnen dankbaar te zijn voor de prachtige natuur waarin we leven, voor het schone water dat we hebben. Er is in Nederland zoveel mooi en goed. Maak het verschil, al is het voor het kleine groepje mensen dat jij ontmoet: glimlach naar een vreemde op straat, doe een boodschap voor je buren en wees blij dat je te eten hebt. Ja, de winterkost in de winter dus: hutspot – en het liefst dan zonder vlees.
Monique van Dijk-Groeneboer is hoogleraar Religieuze Educatie aan de Tilburg School of Catholic Theology.