Menu

Premium

In hetzelfde schuitje

8e zondag van de zomer (Jona 2,2-11, Psalm 29 en Matteüs 14,22-33)

De teksten voor vandaag cirkelen rond het beeld van de grote wateren als de archetypische chaos die ons leven dreigt te verzwelgen, en daarboven de Eeuwige die niet (zoals de goden uit voor-bijbelse mythen) in een gevecht op leven en dood met die chaos verwikkeld is, maar er soeverein over gebiedt. Dat geeft aan de menselijke situatie een dubbel perspectief: het leven is hachelijk, overgeleverd aan de chaoskrachten; maar verbinding met de Eeuwige geeft rust en vertrouwen, want de chaos is niet de doorslaggevende werkelijkheid.

De buik van de vis

Van dat dubbele perspectief is de psalm van Jona, gesitueerd ‘in het binnenste van de vis’, een prachtig voorbeeld. Vermoedelijk heeft de verteller een bestaand lied in een extreem decor geplaatst. Jona is opgeslokt, en gezien vanuit het voorafgaande is dat het dieptepunt van zijn lange afdaling: afgedaald (Hebr.: jarad) naar Jafo, afgedaald (jarad) in een schip, afgedaald (jarad) in het ruim, in een kokende storm beland, overboord gegooid, opgeslokt. Dieper kun je niet zinken, verder van het levenslicht kun je niet wegraken.

De psalm zingt echter niet alleen over die uiterste nood, maar ook, al vanaf het begin, over gehoord worden en over redding. Midden in de nood wordt gezongen van verbondenheid met de Eeuwige, maar liefst vijfmaal tussen de omschrijvingen van de doodsnood door (Jona 2,3b.3d.7c.8c.10d). De buik van de vis en Gods heilige tempel zijn in het lied niet onoverkomelijk ver van elkaar verwijderd.

In joodse verhalen wordt de buik van de vis dan ook ingericht als een synagoge, en dat idee kun je ook omgekeerd denken: de synagoge, of de kerk waar jij heen gaat, bevindt zich in zekere zin ook ‘in de buik van de vis’ – in de kolkende chaos van het wereldtoneel, omgeven door de dood, in de duisternis van alle soorten crisis. Afhankelijk van het perspectief is de buik van de vis de ultieme nood of het begin van de redding. Het monster (de Leviatan volgens joodse uitleg) is de verzwelgende zee in eigen persoon, of het is het voertuig van de verlossing. In de psalm klinken beide perspectieven zo ongeveer in beurtzang.

Het strookt met levenservaring die we in het pastoraat vaak tegenkomen: dat je op je eigen traject uitgeprocedeerd moet zijn en de controle kwijtgeraakt moet zijn, om midden in de duisternis ruimte te vinden voor vertrouwen in de wijdere werkelijkheid van de Eeuwige die om jouw duisternis heen staat. Het lied van Jona trekt voortdurend lijntjes naar die wijdere werkelijkheid. Jona kan het zien omdat hij niet meer kan weglopen.

God boven alles uit

Psalm 29 sluit hierbij aan. De Eeuwige wordt hier bezongen als de God boven alle goden uit. Dat is geen kwestie van ‘baas boven baas’ zoals in de oude godenwerelden. De Eeuwige is niet één van de partijen in het krachtenspel, maar omvat het geheel. De Eeuwige is eromheen en erin, eraan ontheven en erbij betrokken tegelijkertijd. Het godenwoud van de Libanon (de Soemerische Olympus uit het Gilgamesj-epos) is niet opgewassen tegen zijn stem; alles wat te groot is voor ons mensen, wordt door de Eeuwige beteugeld – zodat het loflied kan besluiten met zegen en vrede.

Die overweldigende Aanwezigheid vormt ook de achtergrond van het verhaal in Matteüs 14. Die ultieme Aanwezigheid hebben de leerlingen van Jezus blijkbaar ervaren in de persoon van hun meester. Het scheepje in de kolkende storm bij nacht is hun versie van de buik van de vis: ze zijn in de greep van krachten die hen kunnen verzwelgen. Ze hebben geen houvast. Het lijkt wel alsof dat er deels ook mee te maken heeft dat ze zojuist zijn ontslagen.

Overdag zijn ze dienstbaar geweest bij de wonderbare spijziging. Via hun doorgeefwerk ontvingen de mensen wat uit de handen van de Heer kwam. Het is een plaatje van de apostelen als uitdelers in de beginnende kerk: wil je de gaven van de Heer ontvangen, dan komt het via hun bediening.

Binnen dat beeld zou je verwachten dat op een gegeven moment de Heer vertrekt, en dat de leerlingen met de menigte achterblijven, als tussenpersonen die straks hoofdpersonen zullen worden als de Heer er niet meer fysiek bij is. Maar zo gaat het niet. Jezus stuurt de leerlingen weg, het schip in, en ontbindt de menigte. Hij ‘laat ze los’ (Gr.: apoluein), terwijl de kerkelijke vraag ook vandaag nog luidt: hoe bind je ze, hoe houd je ze vast? Mijn gevoel zegt me dat Jezus de aspirant-kerkbaasjes van hun functie ontheft en de menigte losmaakt. Hij bevrijdt de mensen van degenen die het wonder misschien maar al te graag gebruiken om de mensen in hun kerkelijke kaders in te lijven.

Niet uit het schuitje weglopen

Daar zijn ze dan, omringd door hoge zee, tegenwind en duisternis. Een treffende verbeelding van onze situatie, net als ‘in de buik van de vis’. De Heer bestaat wel ergens, maar Hij is in hoger sferen. De menigte is nergens meer te bekennen, en zie ons nu tobben in de tegenwind.

De heils-ervaring is dat de Heer zich bij hen voegt. Hij zegent zijn volk met vrede (Ps. 29) door met hen in hetzelfde schuitje te zijn. Om aan boord te komen is Hij niet van hun mogelijkheden afhankelijk: Jezus vertegenwoordigt dat andere perspectief van ‘de hemel’, de andere orde die om onze nacht heen staat. Je kunt de psalm van Jona zó in de mond van de leerlingen leggen.

Ten slotte over de waterwandeling van Petrus. Volgens mij betekent het: durf te leven met een zwak geloof, en loop niet bij je lotgenoten weg. Verlaat niet je situatie, maar ontvang de Heer ín je situatie. Maak van de buik van de vis een synagoge.

Deze exegese is opgesteld door Piet van Veldhuizen.

Wellicht ook interessant

None

Geestelijke begeleiding – William A. Barry en William J. Connolly

Geestelijke begeleiding is een inspirerend boek voor wie anderen wil helpen bij het ontwikkelen en onderhouden van hun relatie met God. William A. Barry en William J. Connolly benadrukken dat God voortdurend spreekt via gevoelens, verlangens en ervaringen. De rol van een geestelijk begeleider is om te helpen zelf Gods stem op het spoor te komen. Het boek beschrijft diverse aspecten van geestelijke begeleiding en geeft praktische tips. Deze klassieker is geworteld in de oudste christelijke traditie en de inzichten van Ignatius van Loyola.

None

Het geheim van Handelingen – Tom Wright

In Het geheim van Handelingen opent Tom Wright, een van de meest vooraanstaande nieuwtestamentici, een frisse en toegankelijke kijk op dit centrale boek uit het Nieuwe Testament. Met zijn diepgaande inzicht in theologische nuances en culturele context laat Wright het verhaal van de vroege kerk tot leven komen. Dit inspirerende commentaar is perfect voor wie zijn eigen bijbellezing wil verdiepen en de verborgen kracht van de kerk wil herontdekken. Een onmisbare gids voor zowel beginners als doorgewinterde lezers van de Bijbel.

Nieuwe boeken