Menu

Basis

Cavia hemel

Beeld: Rianne te Winkel Tekst: Bara van Pelt

Ramon wist meteen dat er iets mis was toen hij opstond. Hij hoorde geen tjilpend gepiep, geen geritsel van houtvlokken waarmee Keesje hem iedere morgen begroette. Keesje lag op zijn zij in zijn kooi, de pootjes gestrekt naar voren. Ramon rende zijn slaapkamer uit naar zijn zus. ‘Keesje is dood! Keesje is dood!’ Ze keken samen naar het stijve beestje. De tranen sprongen Ramon in zijn ogen. ‘Hoe kan dat nou?’ bracht hij uit. ‘Ik weet het niet. Keesje was misschien oud.’ ‘Wat nu?’ snikte Ramon. ‘We moeten Keesje begraven.’

Ze riepen hun ouders erbij. Eerbiedig en geschrokken stonden ze om de kooi. ‘We zullen een kistje zoeken’, zei Ramons moeder. Even later stond er beneden een kistje op tafel. Zijn zus rommelde in de naaidoos en haalde er een rol zwarte kant uit, die ze tegen de wanden van het kistje plakte. Zijn moeder strooide vers zaagsel op de bodem en even later legde zijn vader het dode dier in het kistje. ‘Waar wil je dat we hem begraven?’ vroeg zijn moeder. ‘Onder de boom naast de schuur’, besliste Ramon. ‘Ik zal een grafrede schrijven’, zei zijn zus, die heel goed was in opstellen schrijven. ‘Maar ik mag hem voorlezen’, zei Ramon.

Ramon vond een mooie platte steen naast het kleine vijvertje in de tuin. Hij verfde heel langzaam en precies: ‘Hier ligt Keesje’. En daaronder: ‘Mijn geliefde Cavia’. Zijn vader groef een gat in de grond. Toen ze het kistje lieten zakken, las Ramon voor:

Lieve Keesje,

wat rot dat je dood bent. Vooral voor ons. Want we werden altijd vrolijk van je gepiep. Je vond het fijn als we je op je kopje krabbelden. Nu ga je naar de Cavia hemel. Daar is een Cavia-God die verder voor je zal zorgen. We zullen je nooit vergeten.

Daarna schepten ze om de beurt wat aarde op het kistje met dode Keesje. Van twee takjes maakten ze een kruis. Daarna legden ze de steen op het grafje. ‘Hier ligt Keesje. Mijn geliefde Cavia’.

Beeld: Rianne te Winkel Tekst: Bara van Pelt


Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken