Menu

Basis

Veelkleurigheid in de kerk, een ongemakkelijk bondgenootschap

In de samenleving, maar ook in de kerk is een grote verscheidenheid aan mensen. Hoe gaan die met elkaar om? Zien ze elkaar, maken ze contact? Hinderen (voor)oordelen wellicht…? Over ‘de ene, algemene, christelijke kerk’…

Er is veel diversiteit in de kerken. Niet ieder mens is hetzelfde, samen vormen we het lichaam van Christus. Sommige mensen genieten van verandering, vernieuwing, anderen vinden vreugde in het doorgeven van tradities en doordachte waarheden. De ene christen legt het accent op de heiligheid van God en onze gehoorzaamheid, een ander op de liefde voor de naaste, die onze liefde voor God weerspiegelt. Sommige mensen hebben oog voor gevaren en wat er mis kan gaan, anderen zien juist mogelijkheden en zegeningen. Ondanks, of juist dankzij de verschillen, vormen we samen de Kerk van Christus.

God heeft ons aan elkaar gegeven, elk op een eigen plek met eigen talenten, eigen gaven, een eigen karakter en persoonlijkheid. Als we zouden denken dat we het zonder elkaar kunnen, dan gaat het mis. Zonder hervormers versteent de Kerk, zonder behouders zou ze met alle winden meewaaien. Samen Kerk van Christus zijn betekent erkennen en belijden dat we elkaar nodig hebben. Ook in het debat over gender en seksualiteit.

Diverse identiteiten

Want er is veel diversiteit onder christenen. De meeste mensen voelen zich aangetrokken tot mensen van het andere geslacht, anderen juist tot mensen van hetzelfde, of beide geslachten. Bij verreweg de meeste christenen is het beleefde gender hetzelfde als hun biologisch geslacht, voor sommigen van hen is dat zelfs van groot belang. Zij begrijpen niet hoe anderen daarin verschil kunnen ervaren.

Wie we ook zijn en wat we ook denken, in Christus zijn we één

Maar als we christenen van 300 jaar geleden naar onze tijd zouden halen zouden ze totaal niet begrijpen waar we het over hebben. De vraag wie zij zijn, en met wat voor iemand zij hun leven zouden willen delen, was helemaal niet relevant voor hen. Want onze aandacht voor individuele wensen, verlangens, gaven en talenten, was onbekend in een tijd waarin je identiteit vooral bepaald werd door de groep waar je bij hoorde. Wat goed was voor de groep, was goed voor jou. Een wereld van verschil met onze tijd, ook in de kerk.

Diversiteit onder christenen bestaat dus niet alleen in de breedte van de kerk van nu, maar ook in de diepte van de hele kerkgeschiedenis. De meeste discussies van vroeger zijn voor ons net zo onbegrijpelijk als de huidige voor christenen van toen zouden zijn. Toch belijden we elke zondag in gemeenschap met de kerk van alle tijden en plaatsen ons algemeen, en ontwijfelbaar christelijk geloof. Want wie wij ook zijn, wat wij ook denken, en waar we ook naar verlangen, in Christus zijn we één.

Vertrouwen

De meeste vragen die horen bij diversiteit spelen ook in de maatschappij. Wat ons als christenen onderscheidt, is dat wij weten dat wij aan elkaar gegeven zijn. Het geeft een ander uitgangspunt voor het gesprek. We proberen elkaar niet te overtuigen, en ook maken we ons niet los van elkaar, maar samen zoeken we naar de beste manier om God te dienen en onze naaste lief te hebben. Biddend, lezend en dienend.

Daarbij geldt dat we niet alleen onze plaats in de kerk mogen hebben, maar ook moeten kennen. De Heilige Geest geeft diverse gaven. Paulus roept ons op om te zoeken naar de juiste gaven. Misschien heeft de ene christen meer geduld nodig, en de ander meer mildheid. Dat betekent dat als je een behoudend karakter hebt, je je kunt richten op het behouden van het goede, en niet geroepen bent om alles tegen te houden. Als je een hervormend karakter hebt, richt je dan op wat niet goed gaat, en verzuur niet in ontevredenheid over van alles.

Het vertrouwen op God wordt weerspiegeld in het vertrouwen in elkaar

En als de discussies oplopen, zoek dan met elkaar naar de basis van vertrouwen: ‘Ik geloof in één, algemene, christelijke kerk’. Het vertrouwen op God wordt weerspiegeld in het vertrouwen in elkaar. Hoe wil de Heilige Geest werken door mijn naaste?

Elkaar erkennen

Helaas is dat vertrouwen niet altijd aanwezig, en voelen we ons ook soms miskend door elkaar. Onverwacht kunnen met name terughoudende christenen en lhbti-ers hierin herkenning vinden bij elkaar. Want net zoals een transpersoon of een lesbienne zich niet gezien of erkend kan voelen in de kerk, vragen steeds vaker ook behoudende christenen zich af of hun geluid nog wel gehoord mag worden. Dat is een ongemakkelijk bondgenootschap. Toch kan het helpen om elkaar juist te herkennen in deze gevoelens.

Hoe pijnlijk de verschillen ook kunnen zijn, diversiteit helpt ons ook om vanuit andere perspectieven naar onszelf te kijken. De blik van een ander helpt ons om onszelf beter te begrijpen, en helder te krijgen waarom we worstelen met bepaalde vragen. Samen kerk zijn begint met het aanvaarden van elkaar. Wij zijn het lichaam van Christus, we zijn aan elkaar gegeven. Kerken horen geen speciaalzaken te zijn, waarbij er voor elke identiteit een eigen adres is. In tijden van grote veranderingen, zoals de huidige tijd, is het soms noodzakelijk om elkaar op te zoeken, juist als er elders geen ruimte voor je is. Maar het doel blijft om uiteindelijk weer met elkaar verbonden te worden.

Zoals Paulus schrijft: “Als het hele lichaam oog zou zijn, waarmee zou het dan kunnen horen? Als het hele lichaam oor zou zijn, waarmee zou het dan kunnen ruiken?”

… de realiteit van het Koninkrijk waarin geen onderscheid meer is tussen man en vrouw

Vanzelfsprekendheden

Queer-christenen hebben een belangrijke functie in de kerk. Door er te zijn helpen ze ons buiten de kaders van traditionele gezinsen huwelijkspatronen te denken. Juist die verstoring doet pijn, zowel aan de lhbti-ers zelf, als bij hen voor wie die patronen zo belangrijk zijn. Deze relativering heeft belangrijke bijbelse papieren. Want Paulus bepaalt ons bij de realiteit van het Koninkrijk van God waarin er geen onderscheid meer is tussen man en vrouw. Hij relativeert het huwelijk door grote waarde te hechten aan het single blijven. Je kunt zijn woorden niet gebruiken om normen op te heffen, of juist toe te passen op bepaalde groepen. Wel zet het ons ertoe aan om onszelf te bevragen. Welke identiteit is voor onszelf overmatig belangrijk? Kan en mag mijn positie en mijn opvatting gerelativeerd worden?

Eén lichaam

Een goed gesprek begint niet bij wat wel of wat niet mag, en ook niet bij de vraag hoe God het bedoeld heeft. Hoe zinnig die gesprekken ook kunnen zijn, en hoe goed het ook is om samen hiernaar op zoek te gaan in de Bijbel, het leidt tot niets als we niet vertrekken vanuit bescheidenheid. Wat is de plaats van ieder van ons in het lichaam van Christus? Gunnen we elkaar die plaats, en erkennen we dat we elkaar nodig hebben? Kunnen we de grenzen van ons eigen plekje respecteren?

Moeilijke gesprekken kunnen we alleen voeren vanuit het ‘wij’. Niet het belang van de enkeling staat centraal. De zelfverklaarde roeping van een ander mag het geheel niet overheersen. Met elkaar zoeken we vanuit de liefde naar manieren om God lief te hebben boven alles, en elkaar als onszelf. Want, zoals Paulus schrijft: ‘Wanneer één lichaamsdeel lijdt, lijden alle andere mee; wanneer één lichaamsdeel met respect behandeld wordt, delen alle andere in die vreugde.’

Robert Plomp publiceert en spreekt over christen zijn in onze eigen cultuur.


Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken