Menu

Basis

‘Het maakt echt uit welke kant we opgaan met Europa’

Portret van Tineke Strik

De Europese verkiezingen (6–9 juni 2024) vinden plaats in alle landen van de Europese Unie. Nederland gaat op 6 juni naar de stembus. Europa lijkt vaak ver weg. Toch koos Tineke Strik (GroenLinks-PvdA) ervoor om juist daar parlementslid te worden.

Europarlementslid Tineke Strik heeft een lange staat van dienst op het thema migratie en de bescherming van vluchtelingen. Deskundig en betrokken zet zij zich in voor een humaan asielbeleid.

Wat bracht u naar Brussel?

‘Als beleidsmedewerker voor GroenLinks merkte ik dat besluiten over wetgeving en beleid rond migratie steeds meer in Brussel werden genomen. In mijn werk bij Justitie, bureau Internationale Zaken, maakte ik onderhandelingen van dichtbij mee.

Mijn proefschrift ging over de dynamiek tussen nationaal en Europees niveau. En zeker ook tijdens de twaalf jaar dat ik lid was van de Eerste Kamer was het mij duidelijk dat je om de meeste invloed uit te oefenen in Brussel moest zijn. Daarom stelde ik mij verkiesbaar voor een plaats in het Europees parlement.

Er is gezamenlijk beleid nodig voor mensen die ergens in Europa om toelating vragen. Dat is een spannend en fascinerend proces. Ik ben er diep van overtuigd dat deze grensoverschrijdende kwesties alleen maar Europees of internationaal geregeld kunnen worden.

De Nederlandse politiek doet alsof Nederland in het centrum staat en alle migranten naar Nederland willen komen. Dat is absoluut niet het geval. Ik zie weinig begrip en bereidheid om mee te denken over het grotere geheel en hoe je solidariteit vorm kunt geven.

Zeker in verkiezingstijd zijn er politici die migratie en asielzoekers exploiteren

Kijk naar de moeite die het kostte om de spreidingswet erdoor te krijgen. Iedere gemeente moet het zelf maar oplossen. Dat zie je ook op Europees niveau, waar Nederland nauwelijks bereid is om te delen in verantwoordelijkheid.’

Migratie is voor veel mensen een belangrijk thema. U werkt in het hart van dit probleem. Hoe is dat?

‘Zeker in verkiezingstijd zijn er politici die migratie en asielzoekers exploiteren. Dat levert stemmen op. Eerst creëren ze angst: we verliezen de controle, het loopt ons over de schoenen. Daarna bieden ze eenvoudige oplossingen: grenzen sluiten. Dit vraagstuk is daar veel te complex voor.

Je moet afstand nemen: over welke verschillende groepen migranten hebben we het eigenlijk? Onderzoek wat op de lange termijn voor deze groepen werkbare oplossingen zijn. Dat gebeurt niet, omdat angst zaaien voor rechtse partijen een winstmodel is.’

Dat brengt ons naar Ter Apel.

‘De problemen in Ter Apel ontstonden doordat we te veel opvangvoorzieningen sloten toen de instroom omlaagging. Terwijl deskundigen er al decennia op aandringen om een buffercapaciteit aan opvang aan te houden. De Immigratie- en Naturalisatiedienst wordt getroffen door bezuinigingen en veranderingen in beleid, waardoor enorme wachttijden ontstaan, en vervolgens de opvangvoorzieningen verstopt raken.

Wat ontbreekt is politieke bereidheid om het vraagstuk goed te reguleren en op te lossen. Dat had kunnen voorkomen dat in Ter Apel mensen op straat moeten slapen en het dorp overlast ervaart. Het is blijkbaar gemakkelijker om te roepen dat er veel te veel asielzoekers komen, dan te erkennen dat we het slecht hebben aangepakt.’

Het thema migratie is te complex voor snelle oplossingen. Wat gaat wel helpen?

‘Onderscheid maken tussen verschillende groepen migranten, zoals het rapport van de staatscommissie demografische ontwikkelingen doet. Conclusie van dat rapport: sommige groepen zijn goed te reguleren, denk aan arbeidsmigranten en buitenlandse studenten. Andere groepen niet, bijvoorbeeld de asielzoekers.

Wat betreft arbeidsmigranten: vrij verkeer binnen Europa kun je niet belemmeren. Je kunt wel uitbuiting tegengaan, misstanden opheffen, louche uitzendbureaus aanpakken. Het malafide werkgevers (die in bepaalde economische sectoren dominant zijn) die drijven op uitbuiting van arbeidsmigranten, onmogelijk maken.’

Asielzoekers vormen slechts een klein onderdeel van mensen die Nederland binnenkomen.

‘De oorzaken waardoor mensen op de vlucht zijn, maken dat dit het slechtst te reguleren is. Het is waar dat het aantal vluchtelingen wereldwijd flink stijgt, door conflicten en oorlogen. Syrië, Afghanistan, Oekraïne, Soedan.

Wij hebben daar niet de meeste last van. Tachtig procent van de vluchtelingen wordt in de buurt van de conflictgebieden opgevangen, bijna altijd in arme, fragiele landen. Denk aan Libanon, waar een op de vier mensen vluchteling is. Deze landen kampen met enorme tekorten aan alles.

Ik pleit voor de instelling van een fonds, waaraan rijke landen naar rato bijdragen. Dat geld kan gebruikt worden om een vluchteling, waar hij of zij zich ook bevindt, toegang tot bescherming te geven, een nieuw bestaan te laten opbouwen, kinderen naar school te laten gaan. Waarna de rijke landen de tien procent van de mensen kunnen opnemen die te kwetsbaar zijn en meer hulp nodig hebben.

Ik pleit voor een fonds waaraan rijke landen naar rato bijdragen

Nu is het enige antwoord van Europa en Nederland: grenzen dicht, hekken bouwen, deals sluiten met landen met regimes die helemaal niets om mensenrechten geven. Tegenhouden; wat het voor vluchtelingen alleen maar moeilijker maakt om op een plek van bescherming aan te komen. Dat drijft de prijs van mensensmokkelaars enorm op. De reizen worden steeds langer en gevaarlijker.’

Is dit het progressieve verhaal als het om migratie gaat?

‘In ons verkiezingsprogramma voor Europa zetten wij sterk in op gezamenlijke en ruimhartige verantwoordelijkheid. Daarnaast: zorg voor een goede en vlotte asielprocedure voor de mensen die hier spontaan aankomen zodat ze snel weten waar ze aan toe zijn, of ze kunnen blijven of niet. En als ze mogen blijven: investeer zo snel mogelijk in taal, werk, integratie. Laat mensen die niet mogen blijven, zo snel mogelijk terugkeren. Dat vraagt om goede samenwerking met derde landen en bereidheid hun iets te bieden. Zij zullen illegale migratie eerder tegengaan als wij mogelijkheden bieden voor legale migratie.

Arme landen krijgen inkomsten van mensen die elders werken; hou rekening met dat belang. Anderzijds: stel respect voor mensenrechten als voorwaarde wanneer je investeert in opvang en bescherming in andere landen.’

Europa is ver weg en tegelijk belangrijk.

‘Er staat veel op het spel. Zie hoe voortvarend klimaatbeleid nu wordt aangevallen en teruggedraaid. In het begin van deze termijn waren de ambities hoog. Nu zie je een tegenbeweging die niet langs de grenzen van de lidstaten verloopt, maar dwars door landen heen. Populistisch rechts verzet zich, samen met de agroindustrie, tegen klimaat- en natuurbeleid.

Ik wil mensen laten zien dat het echt uitmaakt welke kant we opgaan met Europa. Socialer en groener, in het belang van de toekomst, of meer ruimte voor de markt en grotere verschillen tussen arm en rijk. Ook in Nederland zelf keren veel mensen zich af van de politiek. Voor Europa geldt dat misschien in het kwadraat. Dat moeten we zien te keren!’

Kees Posthumus is kerkjournalist.

Tineke Strik

In de jaren negentig van de vorige eeuw werkte Tineke Strik (Alphen, 1961) bij Vluchtelingenwerk Nederland. Daarna maakte zij de overstap naar de politiek: beleidsmedewerkster Justitie bij de Tweede Kamerfractie van GroenLinks, wethouder in Wageningen, lid van de Eerste Kamer. In 2012 promoveerde zij op Europees asiel- en migratiebeleid aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, waar zij nu bijzonder hoogleraar is. Sinds 2019 is Tineke Strik lid van het Europees Parlement. Bij de komende verkiezingen staat zij op plaats vijf van de lijst GroenLinks-PvdA.


Wat te kiezen
Woord & Dienst 2024, nr. 5

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken