Menu

Basis

Ik zie jou

De kracht van compassie in het dagelijks leven

Vrouw met kind.
(Beeld: Alisa Dyson via Pixabay)

Compassie is meer dan medelijden – het is een actieve, betrokken houding naar zowel anderen als jezelf. Het betekent dat je niet alleen ziet en hoort, maar je ook laat raken en in beweging komt. In dit artikel onderzoekt theoloog Mirjam Dirkx hoe compassie de balans tussen zorg voor anderen en zelfcompassie beïnvloedt en hoe je dit praktisch toepast in je dagelijks leven.

Wat betekent compassie?

Compassie – letterlijk ‘mee-lijden’ – is een begrip dat in alle religieuze tradities en levensbeschouwingen terug te vinden is. Elke stroming geeft er eigen woorden of accenten aan, maar de kern blijft hetzelfde:

  • Behandel de ander zoals je zelf behandeld wilt worden” (Lucas 6,13)
  • Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet” (Tobias 4,15)

Deze gulden regel vormt ook de basis van het Charter for Compassion, een wereldwijd initiatief waartoe auteur en religie-expert Karen Armstrong in 2009 het initiatief nam.Dit document roept op tot compassie als universele kernwaarde.

Compassie is relatie

Compassie gaat uit van gelijkwaardigheid. Het betekent dat je je verbindt met de ander en je realiseert: wat jou treft zou ook mij kunnen overkomen. Ik ga naast je staan, ik ben met jou begaan en voel de urgentie om iets voor je doen, waardoor het jou beter zal gaan.

Compassie gaat verder dan medelijden. Medelijden vindt het zo erg voor die stumper daar, alsof die op de een of andere manier anders is dan wij. Zo schept medelijden ongelijkheid. Ze vraagt niet wat de ander nodig heeft, maar vult in – hoe goed bedoeld ook – vanuit de eigen veronderstellingen.

Man die naast een dakloze man hurkt en zijn kat vasthoud
(Beeld: Zac Durant via Unsplash)

De drie stappen van compassie

  • Waarnemen. Ik zie jou, ik hoor je. Jij met jouw verhaal, met jouw vragen en noden.
  • Je laten raken. Wat ik zie en hoor, raakt mij in mijn binnenste. Het doet wat met mij.
  • Actie. De derde stap laat zich raden: ik vraag je wat nodig is en kom in actie. Vanuit wat ik heb waargenomen en vanuit mijn geraaktheid ga ik handelen.

De Beweging van Barmhartigheid heeft deze drieslag benoemd als “Zien, bewogen worden en in beweging komen”. Ze verbindt dit uitdrukkelijk aan de parabel van de Barmhartige Samaritaan (Lucas 10, 25-37). De Samaritaan ziet een gewonde en beroofde man langs de kant van de weg liggen, raakt ‘met ontferming bewogen’, klimt van zijn rijdier, verleent eerste hulp, hijst de gewonde op zijn rijdier en brengt hem naar een plek waar hij kan genezen.

Vraag: Herken je deze drieslag in een concrete situatie in jouw eigen leven?

Waarom zelfcompassie geen egoïsme is

In het Boek van Vreugde, waar de Dalai Lama en de Anglicaanse bisschop Desmond Tutu met elkaar in gesprek zijn over de bronnen van levensvreugde, komt ook compassie ter sprake. Ze zijn het erover eens: als sociale wezens zijn wij automatisch uit op verbondenheid en compassie. Onze maatschappij benadrukt daarentegen een ik-gerichtheid: ik moet presteren, ik ben jouw concurrent. Maar dan wordt je wereld steeds kleiner en benauwder.

Als je ‘ik, ik, ik’ roept, zul je onderuitgaan. Maar als je zegt: ‘Wat kan ik voor je doen?’, ook als je het zelf zwaar hebt, ontstaat er iets magisch wat jouw pijn transformeert (Boek van vreugde, blz. 249).

Hoewel beide religieuze leiders het over het algemeen eens zijn over compassie, moet de Dalai Lama toch één ding van het hart. Voor hem was het schokkend te horen dat mensen uit de westerse cultuur niet alleen moeten leren met anderen begaan te zijn, maar ook met zichzelf. In zijn Boeddhistische cultuur geldt zelfzorg als iets vanzelfsprekends. Maar in het Westen krijgt zelfcompassie gemakkelijk het etiketje van ‘egoïsme’ opgeplakt, en dus geef je geen aandacht aan wat je lijf en geest nodig hebben, bouw je geen rust in en voel je geen grenzen.

Poster Compassie. Tekst van David Dewulf: 'Compassie is liefde die pijn ontmoet en liefdevol zorg draagt.' met daarnaast illustraties van roze bloemen
Illustratie: ZIN Vught

Zelfcompassie voor zorgpersoneel

In de trainingen ‘Compassie in de Zorg’ die ik vanuit ZIN in Vught begeleid, kan ik de ervaring van de Dalai Lama delen als ik merk hoe medewerkers uit de zorg opveren zodra ze beseffen dat ook zíj deel zijn van compassie.

Laten we wel wezen: geen enkele zorgmedewerker kiest voor werken in de zorg omdat het zo leuk is om medicijnen uit te delen en billen te wassen. Gevraagd naar hun motivatie om in de zorg te werken, staat steevast bovenaan: “Mensen helpen.” Vaak wordt die motivatie ingekleurd met sprekende voorbeelden of ontroerende verhalen. Zoals bij Maaike. Als kind ging ze mee op ziekenbezoek en mocht ze helpen bij de koffieronde. Sindsdien wilde ze ‘zuster Maaike’ worden.

Zorgmedewerkers hebben compassie voor hun cliënten, bewoners of patiënten en zijn bereid veel te geven, soms tot ver over hun grenzen heen. Nadenken over compassie helpt hen om ook voeling te krijgen met hun eigen behoeften en grenzen. De drieslag van compassie – zien, bewogen worden, in beweging komen – biedt daarbij inzicht en helpt bij het ontwikkelen van een innerlijke houding van compassie.

Vraag: Welke vorm krijgt zelfcompassie voor jou? Wanneer neem je daar tijd voor?

Liefdevol voor mezelf

Twee dingen kunnen ervoor zorgen dat zelfcompassie op de achtergrond raakt:

  • Eigen kwetsbaarheid. Niet alleen de ander is oud, ziek of onthand – dat geldt ook voor mij. Ook ik kan niet alles. Ik ervaar de beperkingen van mijn leeftijd of lichaam. Ik moet omgaan met druk. Soms weet ik niet wat te kiezen. Ik wil compassie tonen, maar ik ben doodop, bang of te veel in beslag genomen door mijn to-do-lijst. Het lukt me niet. Ik ben kwetsbaar en onvolmaakt. De vraag is: mag ik dat van mezelf zeggen?
  • Compassie ontvangen. Kan ik bij mezelf erkennen dat ik compassie nodig heb? Kan ik het geschenk van aandacht van een ander toelaten? Durf ik te geloven in een God die mij met ontferming omringt? Hoef ik voor mezelf niet perfect te zijn?
Verpleegster die in het ziekenhuis op de grond zit
(Beeld: Vladimir Fedotov via Unsplash)

Elke relatie heeft twee polen

Net zoals compassie niet alleen maar kan gaan over het begaan zijn met een ander, kan het ook niet de bedoeling zijn dat je louter aan zelfcompassie doet. Een relatie heeft altijd twee polen: ik en de ander – wie die ander ook is. Aan zorgmedewerkers stellen we de vraag: met wie heb jij te maken in je werk? Dat levert een grote diversiteit aan relaties op, variërend van directeur tot leverancier, van bewoner en mantelzorger tot collega. In elke relatie krijgt compassie – en zelfcompassie – een ander accent.

Vraag: Onderzoek voor jezelf eens een aantal (werk)relaties waarin je staat. Speelt compassie hierin een rol? Hoeveel compassie zit er in deze relatie? En is er ook sprake van zelf-compassie? Hoe groot is dat aandeel?

Poster met tekst 'Tussen het volhouden door mag je best even uitrusten' met illustraties van bloemen, bladeren en een vlinder
(Illustratie: ZIN Vught)

Niet alleen leuk

Tot nu toe klonken bij compassie en zelfcompassie vooral positieve woorden als aandacht, begaan zijn, hart hebben voor mensen en het helen van kwetsbaarheid. Je zou kunnen denken dat compassie alleen over mee-lijden gaat. Maar zoals Wim Verschuren in zijn boek Barmhartigheid, liefhebben in het dagelijks leven schrijft, omvat compassie ook: vergeven, de eerste stap zetten, confronteren, troosten, een goed woord spreken, opkomen voor het kwetsbare, verrassen, trouw zijn, een kruis meedragen, bidden, wachten en waken. Het zijn echte werkwoorden.

Enerzijds is er geen eenduidig antwoord of vaste oplossing die altijd geldt. Compassie moet steeds opnieuw worden gevonden en vormgegeven. Anderzijds vergt compassie ook inspanning en inzet, moed en uithoudingsvermogen. Zoals een ouder die, begaan met zijn kind dat door schade en schande zijn eigen weg moet zoeken, niets anders kan doen dan wachten en erop vertrouwen dat er voor dit geliefde kind een weg naar huis komt. Met dit voorbeeld duikt een ander bijbels beeld van compassie op: dat van de barmhartige vader die wacht op de terugkeer van zijn ‘verloren zoon’.

Vraag: Wanneer was compassie voor jou een werkwoord? 

Compassie is een manier van leven die me blijft intrigeren. Het lijkt bijna een heel programma op zich – weer een opgave erbij. Maar steeds meer ontdek ik dat het de kleur is die ik mijn leven kan geven. Het vraagt om aandacht, dat klopt. Maar elke ochtend niet de vraag stellen: “Wat moet ik vandaag allemaal doen?”, maar: “Hoe ga ik het vandaag doen?” geeft mij de mogelijkheid om mijn dag te kleuren met compassie en zo mezelf en anderen te benaderen met liefdevolle vriendelijkheid.

Over de auteur

Portret Mirjam Dirkx

Mirjam Dirkx (1957) studeerde theologie en houdt zich vanuit De Levensboom bezig met spiritualiteit en meditatie. Daarnaast verzorgt zij compassietrainingen bij ZIN in Vught.

Literatuur

  • Karen Armstrong, Handvest voor compassie, 2009 (internet)
  • Douglas Abrams, Dalai Lama, Desmond Tutu, Het boek van vreugde, HarperCollins Nederland, 2017
  • Wim Verschuren, Barmhartigheid, liefhebben in het dagelijks leven, Berne Media, 2019 (met name blz. 33-39)

Hartstocht: passie en lijden
Herademing 2025, nr. 1

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken