Menu

Basis

Shaming

Bijbel verstaan

Schilderij van Giovanni Bellini, Dronkenschap van Noach (ca. 1515).
Giovanni Bellini, Dronkenschap van Noach (ca. 1515). Public domain, via Wikimedia Commons

In Genesis 9 en Johannes 8 wordt verteld over iemand die iets verkeerds heeft gedaan. Maar het is niet de zondaar die hier centraal staat. Hoe zit het met ons oordeel?

Noach was landbouwer en legde als eerste een wijngaard aan. Hij dronk van de wijn, werd dronken en ging in zijn tent liggen, zonder kleren aan. Toen Cham, de vader van Kanaän, zag dat zijn vader naakt was, vertelde hij dat aan zijn twee broers, die buiten waren.
Genesis 9:20

‘Heb je het al gehoord? Pa ligt stomdronken, naakt in zijn tent te slapen!’ Cham vertelt zijn broers wat hij heeft gezien. Vindt hij het belachelijk? Schaamt hij zich voor zijn vader? Is hij bezorgd? We weten het niet. We weten enkel dat hij er iets over heeft gezegd tegen Sem en Jafet. En dat wordt hem zwaar aangerekend. Vervloekt zal hij zijn!

Is dat een te zwaar vonnis voor zo’n klein vergrijp? En hoe zit het dan met Noach? Is het niet erg dat hij zich zo laat gaan? Toen de Heer zag dat alle mensen op aarde slecht waren (Gen. 6:5), kreeg Hij er spijt van dat Hij ze gemaakt had. Alleen Noach vond bij de Heer genade (6:8). Hij en zijn familie werden gespaard tijdens de zondvloed. Een bevoorrechte, maar ook heel ingewikkelde positie.

Wat een ravage moet het geweest zijn op de aarde, toen al dat water was verdwenen. En wat zal het lang geduurd hebben voordat alles weer een beetje leefbaar werd. Maar Noach pakt de draad weer op en hij legt een wijngaard aan. Dat hij de eerste oogst uitbundig vierde, kun je wel begrijpen als je beseft wat hij allemaal heeft meegemaakt.

Man, je zou toch gek worden van vreugde! Hij kijkt iets te diep in het glaasje (of de kruik) en gaat zonder kleren aan in zijn tent liggen.

Daar kun je van alles van vinden. In de Bijbel zijn genoeg teksten te vinden die waarschuwen tegen dronkenschap en drankmisbruik. Maar Noach wordt er hier niet om veroordeeld. In dit verhaal gaat het niet om degene die de uitglijder maakt, maar om hoe anderen daarmee omgaan. Die anderen zijn in dit geval zijn drie zonen. Cham heeft zijn vader gezien en vertelt het aan zijn broers.

Die kunnen er niet om lachen maar nemen een mantel en leggen die, zonder naar hun vader te kijken, over hem heen. Zodat zijn naaktheid bedekt is en hij rustig zijn roes kan uitslapen. Dit is nou werkelijk iets met de mantel der liefde bedekken.

In dit verhaal gaat het niet om degene die de uitglijder maakt

Hun vader heeft zich een beetje laten gaan. Maar zij kijken er niet naar, ze praten er niet over, ze bedekken zijn schaamte. Zij eren hun vader. Sem en Jafet worden gezegend om wat ze hebben gedaan en Cham vervloekt.

De vrouw en de omstanders

Vele eeuwen later zegt Jezus tegen zijn leerlingen: ‘Oordeel niet, opdat er niet over jullie geoordeeld wordt. Want op grond van het oordeel dat je velt, zal over jou geoordeeld worden, en met de maat waarmee je meet, zal jou de maat genomen worden’ (Mat. 7:1–2). Hoe wij met elkaar omgaan blijkt zeer zwaar te wegen in Gods oordeel over ons. ‘Vergeef ons onze schulden, zoals ook wij hebben vergeven wie ons iets schuldig was.’

In het verhaal van Cham wordt dat nog eens pijnlijk duidelijk. Ik ben me ineens heel erg bewust van alles wat ik over anderen heb gezegd en gedacht. Ik zeg heel vaak: ‘Je kunt niet oordelen over een leven dat je niet hebt geleefd.’ En toch doe ik het, aan de lopende band. Door de geschiedenis van Cham worden we er weer eens bij bepaald hoe kwalijk dat is.

Het Nieuwe Testament voegt daar een mooi voorbeeld aan toe. De farizeeën en Schriftgeleerden brengen een vrouw bij Jezus. Ze is op heterdaad betrapt op overspel. De geleerden kennen de wetten van Mozes: gij zult niet echtbreken. En ze weten dat daar de doodstraf op staat (Lev. 20:10 en Deut. 22:20). Ze gebruiken deze vrouw als casus om Jezus te testen.

Maar Jezus maakt er een heel andere casus van. Hij draait de rollen om. Wat deze vrouw heeft gedaan is niet goed. Daar doet hij ook niets aan af. Aan het einde van hun gesprek pleit hij haar niet vrij, maar drukt haar op het hart om niet meer te zondigen.

De vrouw staat in het midden van de kring, in het centrum van de aandacht. Maar Jezus richt het zoeklicht op de omstanders. Hij kijkt naar hoe zij deze vrouw behandelen. Hoe gaan we om met mensen die een uitglijder maken? ‘Wie van jullie zonder zonde is, laat die als eerste een steen naar haar werpen,’ zegt Jezus. Een voor een druipen de mannen af. De vrouw blijft alleen achter. ‘Heeft niemand u veroordeeld? Ik veroordeel u ook niet.’ (Joh. 8:1–11)

Geen rechter…

Toen ik dit verhaal las met de mannen in mijn gespreksgroep in het huis van bewaring zei iemand: ‘Ah, dus de rechter mag mij helemaal niet veroordelen!’

Ze kennen de golf van reacties die er achteraankomt

Tja, die had ik natuurlijk moeten zien aankomen, in een huis vol met mannen die net veroordeeld zijn en van wie velen nog in afwachting zijn van het oordeel van de rechtbank.

Sommigen hebben een lange staat van dienst en hebben dit circus al vele malen meegemaakt. Ze zijn keer op keer veroordeeld, door de staat, door de samenleving, door hun familie, vrienden, kennissen. Soms terecht, soms onterecht. Ze weten hoe het voelt. Ook de golf van reacties die er achteraankomt, over hen en over hun naasten.

Jezus was niet gekomen om de Wet en de Profeten af te schaffen, maar om ze te vervullen (Mat. 5:17). Dat is dus ook niet wat hij wil duidelijk maken met dit verhaal, dat de rechtspraak niet deugt of zoiets dergelijks. Hij laat zien waar híj voor gekomen is. ‘ Ik ben niet gekomen om over de wereld te oordelen, maar om de wereld te redden.’(Joh. 12:47).

Op de basisschool heb ik één bijbelvers uit het hoofd moeten leren en dat is dit: ‘Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder, die in Hem gelooft, niet verloren ga, maar eeuwig leven hebbe’ (Joh. 3:16 ; NBG 1951).

Het evangelie in een notendop. Jezus laat zien hoe hij omgaat met kwetsbare, feilbare mensen. Die maak je niet te schande in het openbaar.

Je wacht tot je elkaar een op een in de ogen kan kijken en dan kan er open en eerlijk gesproken worden. Ga heen en volg hem.

Judith Bouma


Beperkt
Woord & Dienst 2024, nr. 3

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken