Tafel der verdrietigen
De themamiddag was allang geleden afgesproken, een werkgroepje had het enthousiast met een paar migrantenorganisaties voorbereid. Er was een spreker, muziek, eten … alle ingrediënten voor een geslaagde, verbindende middag.
Toch kon ik mijzelf er moeilijk toe bewegen om me onder te dompelen in het gezelschap en het thema. In de afgelopen tijd was er te veel verdriet in de kleine gemeenschappen waar ik predikant ben. Ziekte en dood lijken ons in hun greep te krijgen. We dachten dat deze middag kon helpen bij verwerking en herstel. Totdat verschillende telefoontjes binnenkwamen met meer verdrietig nieuws …
Ik loop de zaal in en probeer me te herpakken. Halverwege de middag zal ik de plenaire discussie leiden, dus: kop d’r bij! De tafeltjes vullen zich met mensen van de kerk, van het wijkpastoraat, van de buurt en mensen die ik niet ken. Collega’s en vrijwilligers zijn druk bezig met thee en taart. Een aantal Surinaamse dames verwelkomen elkaar hartelijk. Ze zien mij glimlachen en zwaaien met de doeken en rokken van hun traditionele kleding die ze straks zullen showen en uitleggen. ‘U gaat dansen, zuster,’ beloven ze me.
De middag kon misschien helpen bij verwerking en herstel
Eilandje
Ik heb een beker thee in mijn hand als ik hen zie. Zij zit met haar rug naar mij toe, haar schouders gebogen. Door de houding herken ik haar nauwelijks. Maar ik kan het me ook nauwelijks voorstellen wat het is om te horen dat je kind zo ziek is. Hij zit naast haar, hem zie ik en profil. Hij staart voor zich uit, opa van een kleinkind dat vlak na de geboorte is overleden.
Verschillende mensen lopen naar de tafel, kijken naar de lege stoelen, daarna naar hen en zoeken dan een ander plekje in de zaal. Het lijkt hun niet op te vallen. Ze nippen van de thee, laten de taartjes staan en wisselen soms een enkel woord. De zaal vult zich, alleen die ene tafel, bijna voor in de zaal, blijft halfleeg, een eilandje in een ruimte vol drukte en geroezemoes.
Hoelang sta ik hier al? Ik loop naar de tafel toe, groet en krijg vriendelijke blikken terug. ‘Is dit de tafel van de verdrietigen?’ Zij kijkt mij verwonderd aan, gaat rechtop zitten en zegt: ‘Zo zag ik het niet, maar het is wel zo. Welkom.’ Ze kijkt de man aan en hij knikt bedachtzaam: ‘Soms is het beter om elkaar dan maar even op te zoeken.’
‘Willen jullie hier nu wel zijn?’ Weer kijken ze elkaar aan. Hij lacht: ‘Ja hoor, graag zelfs. Samen aan de tafel der verdrietigen …’ Hij kijkt om zich heen en roept zijn vrouw en nodigt haar uit om bij hen aan de tafel te zitten. De vrouw begint ook te lachen: ‘Ik weet er nog wel een paar.’ Ze staat op en komt even later met twee mij onbekende mensen terug en biedt hun een stoel aan. ‘Zo de middag kan beginnen, de tafel der verdrietigen is er klaar voor.’ De hele middag wijken ze niet van elkaars zijde.
Katinka Broos is pastor bij de Stichting Wijkpastoraat Rotterdam West.