Tien spelregels voor het ontwerpen van een ritueel
Handreiking rituelen en symbolen
Ritueelspecialist Marian Geurtsen geeft tien praktische én betekenisvolle handreikingen voor het ontwerpen van rituelen.
1. Rituelen zijn nutteloos
Niet iedere routine is een ritueel. Dagelijks je tanden poetsen houdt onmiddellijk op zodra iemand geen tanden meer heeft. Een ritueel is nutteloos maar er is altijd een wat, waarom en hoe. In een gebeurtenis waarin geen enkele handeling of geen gesproken woord nog betekenis lijkt te hebben zoeken mensen een manier van handelen om hiermee om te gaan.
‘Hier zijn geen woorden voor’
‘Hier zijn geen woorden voor,’ zeggen mensen in situaties van onrecht of geweld. Uit protest organiseren ze een stille tocht. In deze situaties zoeken mensen niet naar nieuwe rituelen. Ze zoeken naar een ritueel dat herkenbaar is, zodat het de lading van de gebeurtenis kan overbrengen of kanaliseren. Het ritueel heeft geen nut, wel betekenis.
2. Begin met handelen
Een ritueel ontwerpen is balanceren tussen ‘gewoon’ en ‘bijzonder’ handelen. De krachtigste rituelen zijn die waarvan mensen zich helemaal niet bewust zijn dat ze met een ritueel bezig zijn.
Een extra betekenislaag maakt het tot een ritueel
Neem de taart bij een feest: samen taart eten verbindt de gasten met het feestvarken. Bij een bruiloft maken we er een speciaal moment van: de bruid en de bruidegom (of twee bruiden / twee bruidegommen) houden samen het mes vast; iemand roept dat nu de taart aangesneden gaat worden; de gesprekken vallen even stil omdat de gasten dit moment niet willen missen. Het bruidspaar poseert voor de fotograaf en daarna snijden ze samen het eerste stuk uit de grote bruidstaart in verdiepingen.
Het is een informeel ritueel: er wordt gelachen en gepraat, er worden foto’s gemaakt, iemand prutst nog gauw even in het haar van de bruid om de bloemen beter te schikken voor de foto, iemand anders loopt met taartschoteltjes te schuiven die zo dadelijk nodig zijn. Niemand plant dit moment, maar het wordt zelden overgeslagen op een bruiloft.
3. Vertraag
Een ritueel hoeft niet altijd een plechtige handeling te zijn die wordt uitgevoerd door een belangrijk persoon volgens een vast stramien met vaste teksten. Een ritueel begint met het vertragen van een gewone handeling. Door te vertragen, ontstaat er tijd en ruimte om de handeling te laden met een bijzondere intentie. Zo krijgt de handeling een extra betekenislaag die het tot een ritueel maakt. Die bijzondere intentie hoeft niet altijd uitgesproken te worden. Als je een bos bloemen overhandigt, roept de handeling al zoveel betekenis op dat het niet nodig is om er iets bij te zeggen. Wanneer je de aanwezigen wilt uitnodigen om te participeren in het ritueel, is het soms handig om wel iets over die intentie te zeggen: ‘Gooi de steen nu weg in de rivier. Denk daarbij aan de negatieve gedachte die je los wilt laten.’
De gewone handeling wordt een ritueel door hem te heiligen
4. Laat je hoofd erbuiten
Rituelen verhouden zich niet zo goed met een verstandelijke benadering. Rituelen bewegen zich op het vlak van de intuïtie en het handelen; ze komen binnen via de zintuigen, via het lichaam, ze maken connectie via het onbewuste. In het gebrek aan verbinding met het hoofd zit juist de kracht van rituelen: mensen kunnen in hun handelen uitdrukken wat ze met hun hoofd niet kunnen bevatten. ‘Ik geloof niet in een hemel’, zegt een man sceptisch. Maar zodra je hem een kaars geeft voor zijn overleden kleindochtertje, steekt hij deze aan met een aandacht die verraadt dat zijn handen meer geloven dan hij met zijn verstand bevatten kan. Voor de zekerheid knipoogt hij nog even naar boven. Je weet nooit of het meisje vanuit de hemel meekijkt.
Andersom kun je ook beter niet achter je bureau een ritueel voorbereiden: ontwerp vanuit het handelen en vanuit de zintuigen. Als de handeling niet vanzelf spreekt, komt het ritueel niet over. De handeling is belangrijker dan de woorden die je erbij zegt. Woorden duiden een handeling, maar je mag ze gerust veranderen. Zodra je de handeling verandert, komt de gemeenschap in opstand.
5. Heilig de tijd en de plaats
Als op school een paasontbijt wordt georganiseerd, wordt de kinderen geleerd te wachten met eten totdat het beginliedje is gezongen. Zo wordt de maaltijd tot een heilig moment van aandacht voor elkaar en voor het eten. Een ritueel heeft steun aan een afgezonderde tijd en ruimte. Als je jezelf wilt aanwennen om dagelijks te bidden, kies dan een vast moment op de dag, bijvoorbeeld bij het opstaan, bij het naar bed gaan, of aan tafel als je (samen) gaat eten. De gewone handeling wordt een rituele handeling door hem te heiligen: door een kaars aan te steken. Of door een kruisteken te maken over je lichaam en zo te markeren dat je dit moment opdraagt aan de gekruisigde in wiens naam je bidt.
6. Betrek het lichaam erbij
De kerkelijke traditie heeft van oudsher veel rituelen die ‘aan het lijf komen’: we eten en drinken (maaltijd des Heren); we leggen handen op, we zalven de zieken met geurige olie, we halen een kind door het doopwater en geven het nieuwe kleren. De traditie kent naast de sacramenten veel situaties waarin mensen een zegen kunnen ontvangen: over een zwangerschap, over een relatie, een kinderzegen bij het naar bed gaan; een zegen over het dagelijks brood voordat je het aansnijdt. Een zegen met handoplegging is eindeloos veel krachtiger dan een zegen waarbij degene die zegent op afstand blijft staan. Wanneer je met wijwater sprenkelt, wint het ritueel aan overtuigingskracht wanneer de mensen ook echt nat worden van het water. Sluit een ritueel af met samen iets eten: een stuk brood dat je deelt, thee en koek, dadels of druiven. Eten werkt integrerend tussen je hoofd en je lichaam; samen eten werkt verbindend tussen mensen.
Hoe meer je symbolen invult, des te minder spreken ze vanzelf
7. Kies betekenisvolle symbolen
Sterke rituelen maken gebruik van sterke symbolen die een archetypische lading hebben: steen, aarde, water, vuur, boom, poort, drempel, brug, losmaken, verbinden. Maak de symbolen niet ingewikkelder door er allerlei combinaties bij te bedenken. Houd de symbolen open. Hoe meer je ze invult, des te minder spreken ze vanzelf. Een gekunsteld symbool roept vragen op, maar een kaars roept voor iedereen iets op. Het meest wezenlijke symbool en voertuig van betekenissen is het menselijk lichaam zelf. Een handeling die lichamelijk is, heeft verder geen symbolen meer nodig. Een handoplegging, een zalving, of als je een meer sjamanistisch ritueel zoekt kies je voor smudgen (met palo santo (‘heilig hout’) langs het lichaam strijken).
8. Neem het ritueel serieus
Houd het ritueel vol. Ook als je denkt dat het niets voorstelt: in het doen ontstaat vanzelf betekenis. Wanneer je in de wijk een lichtjestocht uitzet langs de thema’s van het kerstverhaal, wordt het lopen vanzelf pelgrimeren, ook voor wie startte als toerist. Dat wil niet zeggen dat er geen lichtvoetigheid in mag zitten. Veel kerstlichtjestochten hebben die lichtvoetigheid. Maar zolang je de rode draad van het kerstverhaal serieus blijft nemen, doet het ritueel zijn werk wel.
9. Doe een stapje terug
Handel niet wanneer de mensen zelf kunnen handelen. Tijdens een herdenkingsdienst waar vijftig namen genoemd worden, kan het verleidelijk zijn om twee vrijwilligers aan te wijzen om kaarsen aan steken. Maar daarmee ontneem je de aanwezigen het ritueel. Wanneer mensen zelf een kaars kunnen aansteken, moeten ze zelf gaan lopen. Dit nodigt hen uit om zelf vorm te geven aan hun eigen herdenken. Door het doen kunnen ze zelf betekenis geven aan wat ze doen en dringt het beter tot hen door.
Sterke rituelen maken gebruik van sterke symbolen
10. Neem leiding
Er zijn situaties waarin je als ritueelbegeleider wel de leiding neemt. Bij een genezingsritueel of een zegenritueel zoeken mensen naar een ritueelexpert die weet hoe het ritueel werkt. Zoals een operatie het beste werkt wanneer een arts deze uitvoert, zo werkt een zegen het beste wanneer een ritueelexpert deze uitvoert.
Marian Geurtsen (1965) is liturgist en ritueelspecialist. Vanuit haar bedrijf Schatgraver in de traditie geeft zij liturgische trainingen en ontwerpt zij nieuwe rituelen gebaseerd op vergeten tradities.