Het geduld van de wijngaardenier
In weerbarstige tijden is de rol van God bij het lijden soms moeilijk te duiden. De God van Abraham, Isaak en Jakob, is ook de onuitsprekelijke JHWH.
In weerbarstige tijden is de rol van God bij het lijden soms moeilijk te duiden. De God van Abraham, Isaak en Jakob, is ook de onuitsprekelijke JHWH.
Hoe lang nog?’ (Psalm 80:5) is de typische vraag van wie snakt naar een toekomstperspectief. Telkens opnieuw hopen gelovigen hierbij op een bevrijdende tussenkomst van God. Als de christengemeenschap woorden zoekt voor hun goede nieuws, grijpt men terug naar ideeën en beelden uit eeuwenoude psalmen en profetische teksten. Eens moet er toch een einde komen aan oorlog, uitbuiting, verdrukking. Eens zal God het lot van zijn volk ten goede keren. Dit moment, geeft de lucaanse gemeenschap aan, is nu aangebroken in de geboorte, het leven, sterven en verrijzen van Jezus.
Gods licht zien stralen in tijden van duisternis is een hele uitdaging, of het nu is in tijden van ballingschap en als volk verstrooid te zijn over de bewoonde wereld (Jesaja), of in tijden van Romeinse bezetting en vervolgingen (Matteüs), of in de uitdagingen van onze tijd vandaag.
Waarom verlangt u een teken? Begrijpen jullie het nog niet? Een antwoord op deze prangende vragen komt er niet. Deze vragen dagen daarom niet enkel de farizeeën en de leerlingen, maar ook de christenen doorheen de tijd tot een persoonlijk antwoord uit.
Na de kruisdood staan de volgelingen van Jezus voor de moeilijke opdracht om naar anderen toe te verwoorden hoe dit toch niet het einde is, omdat God sterker is dan de dood. Het christelijke getuigenis van de verrijzenis bouwt verder op de joodse ervaring dat God een toekomst schept voor zijn volk, ondanks oorlog, verwoesting, ballingschap en (martel)dood.
Als je vraagt waarover het verhaal van de bruiloft te Kana gaat, zal het antwoord wellicht zijn: dat Jezus water verandert in wijn. De auteur van het Johannesevangelie vat de gebeurtenissen echter anders samen. Er gebeuren drie zaken: Jezus maakt een begin aan zijn tekenen, openbaart zijn glorie, en zijn leerlingen geloven in Hem (Johannes 2:11). Belangrijk is dan niet dát of hoe water in wijn verandert, maar wat dit zegt over Jezus en wat dat betekent voor de gemeenschap.
Naarmate de kruisdood dichterbij komt, stuurt de evangelist Matteüs steeds meer aan op een beslissing: wie is die Jezus? De weg van de wettelozen loopt dood, waarschuwt Psalmen 1. Maar rekent men Jezus bij de boosdoeners, of bij de rechtvaardigen die zich verdiepen in Gods wet en daar vreugde in vinden?
De prediking rond het Koninkrijk van de hemel roept in talrijke beelden op hoe dit Rijk samenhangt met de wereld en tijd waarin de toehoorders van het evangelie leven. Inzicht in dit Koninkrijk vraagt om een luisterbereid hart en onderscheidingsvermogen, wat meteen ook de link is tussen evangelie en eerste lezing.
Israël leeft te midden van andere, machtigere volkeren. Hoe dan omgaan met elkaar, met leiderschap, het verlangen naar vrijheid, maar ook naar bestaanszekerheid? Tegen die achtergrond schrijven bijbelse auteurs de verhalen over de uittocht.