Menu

Basis

Duizenden vredesduifjes

Handen van mensen van verschillende afkomsten die samenkomen op een Bijbel

Werken aan vrede terwijl in Oekraïne, in Israël en Palestina een heftige oorlog wordt gevoerd, lijkt onbegonnen werk. Grote woorden helpen niet, praktische inzet wel.

Binnen de Nederlandse kerken zijn er drie geloofsgemeenschappen die vrede hoog in het vaandel voeren en er meer werk van maken dan het hijsen van de vredesvlag. Het zijn de quakers (officieel Nederlandse Jaarvergadering van het religieus genootschap der Vrienden), de Doopsgezinde Broederschap en de Orde van de Minderbroeders (franciscanen).

Woord & Dienst spreekt met franciscaan Roland Putman ofm en Gerke van Hiele, doopsgezind predikant.

Hoe bent u, als doopsgezinde, bij vrede betrokken?

Van Hiele: ‘Ik heb altijd een serieuze betrokkenheid bij vrede gehad, al is het niet zo dat ik tot over mijn oren in het vredesactivisme zit. Binnen de doopsgezinde traditie leeft een diep besef van wat mens-zijn betekent en wat dat van je vraagt. Wij worden geroepen bij te dragen aan de weg van liefde en vrede, of confessioneel gezegd: de weg van Christus.

Dat vraagt om onze concrete inzet voor vrede. We moeten mét elkaar een weg vinden naar een rechtvaardige en vreedzame wereld. Ik weet ook wel dat het ingewikkeld is, maar het moet gebeuren. Er bestaat een neiging om jezelf op te sluiten in je eigen gelijk. Dat gaat niet werken.

De laatste vijf jaar werk ik in Giethoorn, in een klein kerkje aan de dorpsgracht. Boven de deur van onze kerk staat: Eén is uw Meester, en gij zijt allen broeders. En zusters, voeg ik er zelf aan toe.’

Waarom zijn de franciscanen vredesgezind?

Putman: ‘Wij zijn aangestoken door Franciscus die het evangelie wilde volgen. Het eerste dat Christus na zijn verrijzenis zei tegen de mensen die hem als een baksteen hadden laten vallen, was: “De Heer geve jou vrede.”

Voor Franciscus was dat erg belangrijk. Hij maakte in zijn tijd de oorlog tussen de Italiaanse stadsstaten mee, deed eraan mee, werd gevangen genomen, werd ziek. Teruggekeerd zag hij hoe de strijd ging over loze zaken zoals bezit, geld, de overtuiging de waarheid in pacht te hebben. Franciscus brak daarmee. In welk huis je ook binnenkomt, ook in dat van je tegenstanders, zal je eerste woord “vrede” zijn. Blijf in die vrede, de vrede van het hart, het hoofd en de handen.’

‘Er bestaat een neiging om jezelf op te sluiten in je eigen gelijk’

Wat zijn jullie inspiratiebronnen?

Van Hiele: ‘Vrede begint met het evangelie, de kern van de zaak. Het treft mij in de woorden van Roland dat er een vloeiende overgang is tussen innerlijke vrede en maatschappelijke vrede. Je bent zelf drager van de vrede en kunt zo bijdragen aan vrede in je omgeving.’

Broeder Roland: ‘Jezus zelf. Hij nodigt ons uit de vrede te vinden in onszelf, te worden wie je bent: een geliefd kind van God. In onze tijd zou ik Daoud Nassar willen noemen, die ik vorig jaar ontmoette. Hij is een luthers vredesactivist en leeft in het bezette gebied in de buurt van Bethlehem. Op een steen voor zijn boerderij Tent of Nations staat zijn motto: Wij weigeren vijanden te zijn.

In alle vijandigheid is het noodzaak om elkaar altijd als mens te blijven zien.’

Dat brengt ons bij de harde realiteit van de oorlog in Israël / Palestina. Hoe kijken jullie naar het journaal?

Van Hiele: ‘Dat is een opgave. Ik betrap mijzelf op de neiging niet te willen kijken. Bij het zien van de dynamiek van het conflict komt de vraag op: waar en hoe kan het weer veranderen? Soms zijn er hoopvolle berichten uit onverwachte hoek. Terwijl iedereen partij in het conflict geworden is, zoekt uitgerekend Qatar een vrije ruimte om te onderhandelen en tot een overeenkomst te komen.’

Broeder Roland: ‘Ik betrap mij op wraakgevoelens als ik over de wreedheden in Oekraïne hoor. Hoe kan dat? Ik ben geen partij, het is mijn oorlog niet. Het zijn allemaal mensen die ook een vader en moeder hebben. Soldaten aan beide kanten zijn in de eerste plaats slachtoffers.’

Waar raakt het jullie inzet voor vrede?

Broeder Roland: ‘Bij al het vreselijke geweld dat plaatsvindt, wil ik proberen de tegenkrachten te mobiliseren. Wij moeten in de eerste plaats de ander, ook onze vijand, als mens blijven zien. De focus zou moeten liggen op de tragiek dat er mensen sterven: Joden, Palestijnen, moeders, vaders, kinderen, dochters, zonen.’

Van Hiele: ‘Wij hebben grote schroom om partij te kiezen. Onze inzet is eerder humanitair, helpen om het lijden van mensen te verlichten. Noodhulp, veilige plaatsen, humanitaire corridors, medische hulp. Bidden, je hart ernaar laten uitgaan en organiseren dat het zo goed mogelijk lukt met zo veel mogelijk partners en betrokkenen.’

Broeder Roland: ‘Het begint, hoe onnozel het ook lijkt, met een frietkraam. Vanuit Nederland vertrekt een foodtruck naar Oekraïne om er friet te gaan bakken. Het zorgt ervoor dat de mensen daar zich gezien voelen in hun nood en ellende. Op het wereldtoneel kunnen we misschien niet veel; we kunnen wel laten merken dat slachtoffers van oorlog en geweld er niet alleen voor staan. Missionarissen, quakers, doopsgezinden, katholieken, protestanten zeggen: ook al gaan alle organisaties weg, wij blijven, in Godsnaam.’

En ons protest dat oorlog niet de weg naar vrede kan zijn?

Van Hiele: ‘Wij zullen er altijd op blijven wijzen dat er te midden van alle geweld ook een spoor is dat naar vrede leidt. Daar kun je je mee verbinden. Overal in de wereld werken mensen in kleinschalige initiatieven aan vrede en verzoening. Ik denk aan Christian Peacemaker Teams die in conflictgebieden tussen wachtposten en geweren de humaniteit weer wakker roepen.’

‘In alle vijandigheid is het noodzaak elkaar als mens te blijven zien’

Broeder Roland: ‘Dat lijkt op het Ecumenical Accompaniment Programme in Palestine and Israel van de Wereldraad van Kerken, waarbij vrijwilligers drie maanden in Palestijns gebied verblijven en aanwezig zijn op plekken waar spanningen zijn tussen Joden en Palestijnen. Met name vrouwen blijken in die situatie een de-escalerende rol te spelen.

Franciscus stuurde, toen de burgemeester van Assisi en de bisschop overhooplagen, (hij was zelf doodziek) een broeder met de tekst van het Zonnelied, een ode aan de schepping en de Schepper. Waar mensen met een hoofd vol ruzie zitten, wordt dan een andere snaar geraakt, die van het hart. Daardoor kan ineens het besef doorbreken dat we samen verder moeten.’

Van Hiele: ‘In onze kerk is een tentoonstelling over godsdienstvrijheid en vrede ingericht. Bezoekers kunnen er vredesduifjes vouwen. Het animo daarvoor blijkt verrassend groot. Er zijn intussen al duizenden vredesduifjes gevouwen.’

Kees Posthumus is kerkjournalist.


Vrede!?
Woord & Dienst 2023, nr. 12

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken