Menu

Basis

Geen uitvaart is hetzelfde

Over begraven in kleine kring

Bos bloemen op een kist
Beeld: keesluising via Pixabay

Begraven in kleine kring – in coronatijd moest het, maar voor velen blijft het nog steeds een eerste optie. Hoe kijken we naar deze ontwikkeling en hoe zullen we die waarderen?

Allereerst wil ik stilstaan bij een aantal verschillen. Uitvaarten zijn steeds persoonlijker geworden. Steeds meer naasten willen invloed hebben op de vormgeving en de inhoud. Geen uitvaart is hetzelfde.

Wat denkt u van de vraag van of voor wie de uitvaart ten diepste is?

We ontmoeten niet alleen telkens een andere mens met een eigen levensverhaal, maar ook telkens een andere naam en een andere familie. Familie is in deze tijd steeds vaker een nieuw samengestelde familie na een scheiding of het sterven van een eerdere partner. Partners kunnen van hetzelfde geslacht zijn. Telkens is er ook een andere levensfase en kunnen er kinderen van zeer jonge leeftijd zijn tot zelf al op leeftijd. Vroeger meer dan nu namen kinderen tot hun 12e jaar geen deel aan de uitvaart! Met gevolgen voor de rouw. Vroeger leefden we meer in gemeenschap, maar nu wonen steeds meer mensen alleen en sterven alleen. Uitvaarten zonder familie komen vaker voor.

Niet alleen familie

Behalve familie, partners, zussen, broers, zwagers, schoonzussen, kleinkinderen en achterkleinkinderen zijn er ook vrienden en buren/mantelzorgers die om aandacht vragen. Vrienden en buren kunnen meer na zijn dan vrienden! We leven meer in eigen zelfgevormde, samengestelde bubbels verspreid over het hele land of zelfs de hele wereld. ‘Belast ik mijn kinderen niet als ik al die mensen uitnodig?’, vroeg iemand zich af. Hij had het nog niet met zijn naasten besproken! Dat riep de vraag op: van of voor wie is de uitvaart? Wat denkt u van deze vraag?

De laatste jaren hebben vaker mensen die gaan sterven hun uitvaart geregeld met de uitvaartondernemer. Soms lijken ze dat wel heel sterk zonder anderen gedaan te hebben. Goedbedoeld, om anderen niet te belasten, maar ook om conflicten te voorkomen of omdat met elkaar praten heel moeilijk is. Dit ‘alleen’ en meer vóór dan mét anderen regelen, kan anderen ook uitsluiten. Er is bij de één veel nadruk komen te liggen op alles in eigen hand houden, anderen geven graag veel uit handen.

Wie regelt de uitvaart?

Verschillen zijn er ook als het gaat om de vraag wie de uitvaart regelt en/of begeleidt. De rol van de uitvaartondernemer en van een voorganger/predikant kunnen niet alleen verschillen, maar ook wel tot spanningen leiden. Een weduwe wil een dominee of zoals soms gezegd: ‘iets van de kerk’, maar een zoon of dochter moet daar niets (meer) van hebben. De laatste jaren wordt er ook vaker een beroep gedaan op een ritueel begeleider. Dat hoeft een predikant/ pastor niet uit te sluiten, maar vraagt wel om afstemming. Je kunt vaker spreken van een levensbeschouwelijke mozaïek dan van ‘dat was nog eens écht gereformeerd of rooms’.

Soms vervullen uitvaartbegeleiders de rol van ritueel begeleider, met wel of niet een rol voor een geestelijk begeleider. Of dit een wenselijke ontwikkeling is, is een vraag die met elkaar besproken kan worden.

Verschillen zijn er ook als het gaat om de plaats waar een overledene wordt opgebaard, waar de urn met de as wordt geplaatst (tegenwoordig vaker thuis) of waar de as wordt verstrooid. Mij is enkele malen de vraag gesteld of er ook een ritueel is voor deze gelegenheden en of ik erbij wilde zijn en de familie wilde helpen?

De wijze van overlijden heeft invloed op de vorm van het afscheid, de grootte van de kring belangstellenden, enz.

Verschillen zijn er ook als het gaat om de wijze van sterven. Ik noem een verkeersongeval, een zelfdoding, euthanasie, een vermissing, een geweldsdood. Dat heeft allemaal zijn eigen invloed op het afscheid. Ik was betrokken bij de dood van een jongen na een bedrijfsongeval. Er waren 1500 mensen bij het afscheid. Hij was thuis opgebaard. Een hele gemeenschap was in rouw gedompeld. De uitvaart was de volgende dag in de besloten kring van het gezin, de familie, vrienden en buren. Mijn aandacht werd gevraagd voor de medewerkers van het bedrijf waar het ongeval plaatsvond en de collega’s van het bedrijf waarvoor deze jongen werkte en voor zijn vriendenkring.

Het leven vieren

Vroeger was thuis opbaren gewoner – al komt het weer terug. In de Rooms-katholieke kerk ontstond eind vorige eeuw de avondwake, vaak voorbereid en voorgegaan door medeparochianen. Die wake was vroeger in de kerk, maar door het thuis opbaren verplaatste zich die naar een aula. Er komen vaak meer mensen naar de avondwake – met een avondwake liturgie – dan naar de uitvaartdienst(/viering) op de dag van de uitvaart. Een aantal mensen bezoekt beide. Het lijkt erop, dat steeds minder mensen kiezen voor een afscheid vanuit de kerk. Er zijn ook nogal wat verschillen in de vormgeving. Soms is het een afscheid – ook wel ‘het leven vieren’ genoemd – met een duidelijk kerkelijk/liturgisch format of het is een voor die gelegenheid – op de persoon en de situatie – gemaakt format, in een kerkgebouw. De kerkelijke gemeente is dan meer de gastvrouw of -heer. Niet alle gemeentes en parochies denken hier hetzelfde over, sommige hebben hiervoor beleid.

Toen kwam de coronatijd

Veel mensen dragen pijnlijke herinneringen mee aan wat niet mocht of kon. Ik denk aan het niet meer kunnen zien, niet meer kunnen aanraken van de gestorvene. Ze waren niet bij het sterven en worstelen met de vraag: hoe zag hij of zij eruit? Er is veel eenzaamheid geweest. Veel mensen konden niet samenkomen om het afscheid met elkaar te regelen, om samen te rouwen, om elkaar vast te kunnen houden. Afstand houden was steeds het gebod. Samenkomsten waren alleen voor een beperkt aantal mensen mogelijk in kerken of aula’s. Wie mocht er wel en wie niet bij zijn, en wie besliste dat? Mijn oudste broer stierf in die tijd. Voor de vrienden van hem en zijn vrouw, een vaste kring van jaren, was in de kerk geen plaats. Ze keken elders in een zaal en kregen daar ook koffie met een broodje. Alles was goed geregeld, maar ik vond het zeer pijnlijk voor mijn schoonzus en voor hen. Er zijn tot op vandaag mensen die dit gemis nog voelen. Er wordt wat dat betreft te snel gezegd dat de coronatijd voorbij is.

‘Ik ben een schaduwweduwe…’, vertelde een vrouw

De nazit

Al snel werd in die tijd gesproken over het goede en intieme van de kleine kring. Er waren al langer mensen, die vragen hadden bij het nazitten of proosten op de overledene. Het leek soms wel of het kleine feestjes werden met dure hapjes. Soms had een overledene, naar men zei, dat ook zo gewild. Er leek geen ruimte meer voor verdriet, voor pijn. Het ging al heel snel weer over het leven dat verder gaat, dat verder moest. Ik wil niet veralgemeniseren en ook niet kort door de bocht oordelen, maar ik merkte wel zeer verschillende reacties. Wat was een goede balans? Wat was goed voor wie?

Afscheid in groepjes

Momenteel zie ik een onderscheid groeien tussen mensen die met enkelen of alleen afscheid komen nemen in de dagen vóór de uitvaart. Zij komen vaak aan huis. Dan zie ik de grotere, soms zeer grote groepen, die komen op de avond voorafgaand aan de dag van de uitvaart. Er is een boek om handtekeningen te zetten of iets persoonlijks op te schrijven. De grote groep mensen die allemaal een hand willen geven, nu het weer kan, kan teveel zijn. Ook maken meer mensen gebruik van de digitale middelen en kijken op de dag van de uitvaart naar een streaming. Bij de uitvaart zelf komen de allernaasten, die genodigd zijn.

Zoals al gezegd kiezen minder mensen tegenwoordig voor een kerkdienst. Belangstellenden bezoeken soms wel de kerkdienst, maar gaan daarna naar huis. In het crematorium of rond het graf wordt de kring steeds kleiner. Enkelen blijven tot en met het dalen van de kist of gaan mee naar de plaats, waar de kist naar de oven wordt gebracht en voegen zich dan weer bij de grotere kring.

De besloten kring

Ik weet niet welke gang van zaken de voorkeur heeft.

Een gevoelig punt is ‘de besloten kring’. Wie wordt er wel of niet uitgenodigd? Wie beslist dat?

Er zijn soms mensen die voor iemand zeer waardevol en belangrijk geweest zijn, maar van wie dat voor maar enkelen bekend was. ‘Ik een schaduwweduwe…’, vertelde een vrouw. Voor de familie was ze een zeer gewaardeerde vriendin. Kort voor haar sterven deelde ze met mij haar verhaal en het bracht haar rust. Aan de familie vertelde ze het niet.

Er zijn situaties waarin iemand, dochter of zoon, niet komt, niet welkom is. Voor al die verschillende situaties is geen standaardoplossing. Er gaan soms ook mensen achter een pilaar staan of in een donkere nis om voor het einde ongezien te kunnen vertrekken. Een kleine kring kan ook een enge kring zijn. Het kan van betekenis en waarde zijn om stilte te houden voor hen die er wel hadden willen zijn, maar niet konden komen. Zo’n zin kan een kleine kring verruimen.

Tot slot

Ik denk dat kerken zich niet zozeer moeten uitlaten over de wenselijkheid, of niet, van afscheid in kleine kring. Maar wel het gesprek kan bevorderen over de waarde van afscheid nemen, zodat zij die voor deze taak staan, daar zelf ook over gaan nadenken. Dat we dit niet alleen aan het begrafeniswezen overlaten!

Een goed afscheid voorkomt extra verdriet. Een goed afscheid begint met luisteren: hoe doen we de overledene én de naasten recht. Hoe kan het een afscheid zijn in een warme kring van geloof, hoop en liefde?

Marinus van den Berg is priester en geestelijk verzorger met emeritaat. Hij werkte vooral in de gezondheidszorg en publiceerde over levenseinde en rouw, in het bijzonder over meegaan tot het einde en rouwen in de tijd, bij uitgeverij Ten Have, Utrecht.


Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken