Menu

Basis

Kerkcontouren: “Behoefte aan goed gesprek is universeel”

In gesprek met Bert Dicou over de toekomst van de kerk

Portret Bert Dicou
Foto: Laura Dijkhuizen

Als we kijken naar wat toekomstbestendig is, dan denk ik dat het principe van gastvrijheid en openheid cruciaal is, stelt Bert Dicou.

Wat verstaan we onder ‘de kerk’ anno 2025? Welke contouren tekenen zich af? In deze rubriek interviewen we vernieuwende denkers binnen kerk en geloof. Hoe zien zij de toekomst van de kerk? Hoe blijft de kerk betekenisvol en welke rol zou zij moeten innemen? Kelly Keasberry sprak met dominee en onderzoeker Bert Dicou.

Hoe zie jij de rol van de kerk?

De kerk is veelvormig. Het is belangrijk te beseffen dat dé kerk als zodanig niet bestaat, maar dat Nederland een veelheid aan kerken en religieuze bewegingen kent die elk op een bepaalde manier in de samenleving functioneren. Lang gevestigde kerken hebben het soms zwaar, maar tegelijkertijd ontstaan er nieuwe uitingsvormen die soms heel populair zijn. Alleen al daarom herken ik het beeld niet dat de kerk een aflopende zaak zou zijn. Wel denk ik dat sommige organisatievormen hun beste tijd gehad hebben. Kerken die al lange tijd op dezelfde manier functioneren, doen er goed aan zich te heroriënteren op hoe zij kerk kunnen zijn in onze samenleving. Dat kan leiden tot veranderingen.’

Je ziet dus hoopvolle signalen in de ontwikkelingen binnen kerken?

Zeker. Sommige kerken lijken misschien weinig toekomstperspectief te hebben, maar ze kunnen veranderen, en er ontstaan ook vernieuwende vormen van geloofsbeleving die mensen inspireren. Niet alle ontwikkelingen spreken mij evenveel aan, maar ik zie zeker positieve bewegingen.’

Kun je dat toelichten?

Voor sommige extreemrechtse groepen lijkt wat men de christelijke boodschap noemt een welkom vloertje te bieden voor een uitgesproken reactionair wereldbeeld. Alsof een radicaal-conservatieve moraal de voornaamste bijdrage van de kerk aan de samenleving zou zijn. Dan raakt het Evangelie wel erg ver weg.’

President Trump
‘Kerken moeten zich niet laten verleiden mee te gaan in een reactionair wereldbeeld’, waarschuwt Bert Dicou. ‘Een afschrikwekkend voorbeeld vind ik de VS, waar bepaalde kerken voluit voor Trump gaan.’ © The White House/Wikimedia Commons

‘Kerken moeten zich niet laten verleiden daarin mee te gaan. Een afschrikwekkend voorbeeld van hoe deze vermenging al heel snel ongezonde trekken krijgt, vind ik de VS, waar bepaalde populaire kerken voluit voor Trump gaan, uitsluitend omdat hij werk maakt van het terugdraaien van alles wat als progressief beschouwd wordt.’

Al geruime tijd doe je onderzoek naar kerkelijke ontwikkelingen voor de VU en het Arminius Instituut. Kun je daar meer over vertellen?

‘Het Arminius Instituut houdt zich graag bezig met hoe ‘de kerk’ zich ontwikkelt. Ons onderzoek naar het fenomeen stadspredikantschap is daar het meest recente voorbeeld van. Het is grotendeels uitgevoerd in 2024, maar was al eerder voorbereid. De spin-off, zoals een conferentie en publicaties, staat gepland voor 2025. Je zou kunnen zeggen dat het project zich over drie jaar uitstrekt.’

Wat is de naam van het project?

We hebben niet echt een naam, het project heeft als werknaam gewoon ‘stadspredikantschap’ gekregen. We plaatsen het onder het bredere onderzoeksthema Lived Ecclesiology—geleefde ecclesiologie. Dat betekent dat we kerk-zijn niet als een vooraf bedacht systeem benaderen, maar als iets dat zichtbaar wordt in de praktijk.

In ons onderzoek richten we ons specifiek op stadspredikanten en buurtpredikanten. Deze predikanten hebben als primaire opdracht om zich bezig te houden met de stad of buurt, in plaats van een traditionele gemeente te leiden. Ze beschouwen de stad of wijk als hun gemeente.’

Stads- of buurtpredikanten beschouwen de stad of wijk als hun gemeente

De afgelopen 10 tot 15 jaar zien we een bescheiden trend waarin steeds meer stadskerken of samenwerkingsverbanden van stadskerken ervoor kiezen om een stadspredikant aan te stellen. In grotere steden ligt de focus soms juist op buurtdominees die op wijkniveau opereren. In Amsterdam bijvoorbeeld zijn in verschillende buurten buurtdominees actief. Ons onderzoek laat zien dat de werkwijzen van stadspredikanten en buurtpredikanten veel overeenkomsten vertonen, maar ook subtiele verschillen.’

Wat zijn de meest interessante bevindingen uit het onderzoek?

Wat ik persoonlijk opvallend vond, is dat bij zo’n negen van de tien projecten het relatief eenvoudig blijkt te zijn om mensen buiten je eigen kring te bereiken. In vrijwel alle gevallen geldt dat, zodra je kijkt waar je als theologisch professional met een kerkelijke organisatie achter je van betekenis kunt zijn, de mogelijkheden zich vanzelf aandienen. Vaak is het eerder een kwestie van keuzes maken dan van gebrek aan werk of initiatieven.’

Twee vrouwen die pratend voor een huis zitten in Amsterdam
Als je kijkt waar je in de stad van betekenis kunt zijn, dienen de mogelijkheden zich meestal als vanzelf aan. © Laura Tonne/Unsplash

‘Een verschil is wel of een predikant kan werken vanuit een monumentale stadskerk of niet. Als je een monumentaal gebouw tot je beschikking hebt, biedt dat ruimte om daar te experimenteren en activiteiten te organiseren, terwijl predikanten zonder vaste locatie meer afhankelijk zijn van netwerken en beschikbare plekken. Wat universeel lijkt, is de behoefte aan een goed gesprek vanuit een open houding, ongeacht of iemand protestants, katholiek of überhaupt christelijk is. Die brede behoefte aan betekenisvolle gesprekken komt in alle projecten terug. Dat kan in de vorm van debatten en stadsgesprekken, interreligieuze ontmoetingen, culturele activiteiten in samenwerking met kunstenaars, cursuswerk, kringgesprekken en ga zo maar door.

Verder is de stadspredikant als een soort algemene zielzorger—iemand die klaarstaat voor iedereen die met zijn ziel onder zijn arm loopt—van grote waarde. De behoefte aan zulke pastorale zorg is duidelijk aanwezig.

Daarnaast zien we in ons onderzoek een sterke behoefte aan verbinding en gemeenschap, aan een gevoel van samenhang en erbij horen. Maar dan wel binnen een gemeenschap met een net iets ander karakter dan bijvoorbeeld een buurthuis. Natuurlijk kunnen buurtgemeenschappen activiteiten organiseren die soms op die van een buurthuis lijken, maar toch is er een onderscheid, en dat voelen mensen ook. Wat uit ons onderzoek vooral naar voren komt, is dat deze kerkelijke initiatieven méér bieden dan alleen dienstverlening. Er is iets extra’s, een diepere laag, en juist dat is waarvoor mensen specifiek bij deze gemeenschappen aankloppen.’

Je hebt onderzoek gedaan vanuit de Remonstrantse Kerk, Arminius en de VU Amsterdam. Richten jullie je ook op andere denominaties?

Ja, bij uitstek zelfs. De Remonstranten vormen een klein kerkgenootschap en hebben zelf geen stadspredikanten of buurtdominees. Hoewel het initiatief vanuit de Remonstranten komt, speelt het onderzoek zich grotendeels af buiten de eigen kerkgemeenschap en richt het zich op initiatieven binnen andere denominaties.

Stadspredikanten werken op het snijvlak van kerk en maatschappij

Maar je vraag is terecht: waarom hebben juist de Remonstranten hier zoveel interesse in? Dat heeft te maken met hun historische open houding ten opzichte van de samenleving. De grens tussen kerk en maatschappij is binnen de Remonstrantse traditie nooit heel strikt geweest. Er is altijd een positieve interactie geweest met de bredere cultuur en een sterke interesse in de wisselwerking tussen binnen en buiten de kerk. Stadspredikanten en buurtdominees werken op een inventieve en vernieuwende manier precies op dat snijvlak, en dat maakt dit onderzoek relevant voor ons.’

Welke kerkelijke vormen, zou je zeggen, hebben geen toekomst? En hoe ziet de kerk van de toekomst er wél uit? Dat zijn vragen waar veel kerken mee worstelen.

Wat geen toekomst heeft, wijst zich in de praktijk vaak vanzelf uit. Maar als we kijken naar wat wél toekomstbestendig is, dan denk ik dat het principe van gastvrijheid en openheid cruciaal is. Dat geldt voor al deze nieuwe kerkelijke vormen: een open houding, ontvankelijkheid voor wat er in de samenleving gebeurt, en de erkenning dat Gods Geest niet alleen binnen de kerk werkt, maar net zo goed daarbuiten.

In mijn beleving zou het een misvatting zijn om je als kerk sterk af te zonderen omdat God alleen aandacht heeft voor ingewijden. Een gesloten gemeenschap zonder verbinding met de wereld om haar heen kan best overleven – maar eerlijk gezegd hoop ik ook dat juist openheid en ontvankelijkheid voor wat Gods Geest in de bredere samenleving aan het bewerken is, de toekomst hebben.

Dat betekent dat we niet te gehecht moeten zijn aan vormen zoals ze altijd zijn geweest. Tradities die zichzelf hebben bewezen, verdienen respect, maar als een nieuwe context vraagt om een andere aanpak, dan moeten we daar ruimte voor maken. In ons onderzoek hebben we prachtige voorbeelden gezien van hoe kerken zich kunnen aanpassen aan veranderende omstandigheden. Juist die flexibiliteit en bereidheid om te luisteren naar wat mensen écht nodig hebben, zal bepalen welke vormen van kerk-zijn de toekomst hebben.’

Tradities verdienen respect, maar een nieuwe context vraagt om een andere aanpak

Wat is een van de meest opvallende voorbeelden uit het onderzoek?

Deze vernieuwende vormen creëren vaak nieuwe gemeenschappen, los van bestaande kerkstructuren. Dat kan kleinschalig of grootschalig zijn, maar het belangrijkste is dat er geen vaststaand format is waar men zich per se aan moet houden. Dat kunnen dus ook heel lichte, fluïde gemeenschappen zijn. Ze lijken niet op de kerk als ‘vereniging’ waar je je hele leven lid van bent. En er is veel ruimte om je aan te passen aan wat die fluïde gemeenschap dient.

Een goed voorbeeld is het werken met andere muziekstijlen. Wanneer je werkt met mensen die niet kerkelijk gesocialiseerd zijn, kun je nauwelijks aankomen met een traditioneel liedboek. Waarom zou je dan niet werken met muziek die mensen al kennen? In sommige volksbuurten kan dat bijvoorbeeld André Hazes zijn, terwijl in andere groepen juist alternatieve popmuziek beter zou passen. Dat vraagt wel om een open houding van de kerk.’

Leiden zulke ontwikkelingen ertoe dat we het concept ‘kerk’ moeten herdefiniëren?

Dat is een van de grote vragen die wij stellen in ons onderzoek: is dit nog ‘kerk’? Heeft de kerk met een hoofdletter – de gevestigde kerk – het alleenrecht op de definitie van wat kerk-zijn betekent? Je kunt daarover van mening verschillen, maar wat we zien, is dat veel elementen die ecclesiologisch als typisch kerkelijk worden beschouwd, in deze nieuwe contexten net zo goed functioneren.’

Free blessing
‘Free blessing is een oeroud concept, en tegelijk enorm toegankelijk.’ © John Tyson/Unsplash

Een prachtig voorbeeld hiervan is de ‘free blessing’. Mensen konden zich melden om een zegen te ontvangen van de stadspredikant. Wie wil er nu niet gezegend worden? Dit concept is oeroud en diep geworteld in zowel de joodse als de christelijke traditie. Tegelijkertijd is het enorm toegankelijk: het heeft direct betekenis, zonder dat het een uitgebreide theologische uitleg vereist. Zelfs mensen zonder religieuze achtergrond kunnen er iets waardevols uithalen.’

Een laagdrempelige, mensgerichte aanpak dus?

Ja, laagdrempelig en toch dichtbij het heilige. Het is niet zo dat alles plat wordt en het heilige verdwijnt, maar eerder dat het heilige op een andere manier aanwezig en toegankelijk is, waardoor het voor veel meer mensen relevant wordt. Bovendien voorkomt het een houding van eigenwijsheid, het idee dat wij het wel weten. In werkelijkheid gebeurt er al ontzettend veel in de samenleving, waar God evenzeer aan het werk is. Ik ben zelf een groot voorstander van flexibiliteit en openheid – dat zijn voor mij belangrijke waarden.’

Je hebt meerdere rollen: onderzoeker, dominee, docent. Kun je de inzichten uit je onderzoek direct toepassen in de praktijk?

Als onderzoeker werk je analytisch: je ordent, brengt zaken in kaart, systematiseert, en verbindt bevindingen met wetenschappelijke discussies. Dat leidt tot conclusies die een basis kunnen vormen voor verdere stappen. Maar als je, zoals ik, zowel onderzoeker als predikant en docent bent, kun je die brug tussen theorie en praktijk gemakkelijker slaan.’

Kunnen we nog een boek verwachten over het onderzoek ?

Voorlopig starten we met een wetenschappelijk artikel, maar we vinden het onderwerp zo interessant dat het misschien een groter project wordt. Trends zijn lastig te voorspellen: sommige ontwikkelingen verdwijnen snel, andere zetten zich door en krijgen steeds meer erkenning. Wij vinden het stadspredikantschap,dat al zo’n 10 à 15 jaar bestaat heel boeiend en zijn benieuwd hoe het zich in de toekomst ontwikkelt.’

Nadrukkelijkere verbinding van kerk-zijn met het leven in de stad is meer dan een toevallige trend

Er zijn overigens meer bewegingen die nadrukkelijk kerk en stad verbinden. Een interessante is Urban Expression, een beweging in Nederland en het Verenigd Koninkrijk. Die richt zich op gemeenschapsvorming in achtergestelde wijken in de stad. Dat is een heel waardevol initiatief, dat op een andere manier dienstbaarheid aan de stad zichtbaar maakt. Dit soort initiatieven laten zien dat een nadrukkelijker verbinding van kerk-zijn met het leven in de stad is meer dan een toevallige en snel voorbijgaande trend.’

Bert Dicou is predikant van de protestantse kerk De Wijngaard (VPKB) in Antwerpen-Zuid en als docent Bijbelse en praktische theologie verbonden aan het Arminius Instituut van de VU University Amsterdam. Hij was in 2022-2023 projectleider van Brussels City Chaplaincy, een project van de protestantse faculteit FPTR Brussel.

Meer lezen?

Wellicht ook interessant

Boek Durf moedig te zijn van Mariann Budde
Boek Durf moedig te zijn van Mariann Budde
None

Mariann Budde – Durf moedig te zijn op beslissende momenten

Mariann Budde haalde wereldwijd de media door haar moedige confrontaties met president Trump en zijn beleid. Ze nam een standpunt in en wees openlijk op de tekortkomingen van zijn leiderschap. Budde is bisschop van het Episcopaalse bisdom Washington. Met een diepgaande betrokkenheid bij zowel kerkelijke als maatschappelijke kwesties heeft Budde haar leven gewijd aan het bevorderen van mededogen, gerechtigheid en gelijkheid. Ze is een voorvechter van inclusiviteit en streeft naar en samenleving waarin iedereen, ongeacht achtergrond of overtuiging, zich gewaardeerd voelt.

Diepgeworteld van Richard Groeneboom
Diepgeworteld van Richard Groeneboom
None

Richard Groenenboom – Diepgeworteld. Groeien in geloof met vervolgde christenen

Hoe kun je als christen staande blij ven in een vijandige omgeving? In Diepgeworteld stelt Richard Groenenboom je voor aan christenen die wereldwijd om hun geloof worden vervolgd. De lessen die hij deelt, helpen je om te groeien in geloof. Het boek laat zien dat jezelf opsluiten in een christelijke bubbel geen oplossing is. Je aanpassen aan de denkpatronen van een seculiere samenleving is ook geen optie. Vervolgde christenen bewandelen een andere weg, die ook Nederlandse christenen kan helpen om standvastig te geloven.

Nieuwe boeken