Truus Brans, 90 jaar
We kennen er allemaal wel één of meer, van die mensen die vol enthousiasme ‘ervoor gaan’. In de kerk, in onze gemeenten of omgeving zette ze zich in voor de/een goede zaak. In deze vaste rubriek worden dit seizoen een paar van die ‘bevlogen mensen’ in het licht gezet.
‘Ben je op de fiets?’, vraagt ze zodra ik binnen ben. Ik antwoord bevestigend. ‘Dan krijg je wat likeur in de koffie, dat vind ik lekker.’ Blijkbaar gaat ze ervan uit dat dit ook voor mij geldt. Het is pas 10 uur in de ochtend, maar dat maakt niet uit. Zodra de koffie op tafel staat begint ze te praten. Zo is Truus: open en direct. Nooit om een woordje verlegen. Tijdens mijn kennismakingsronde was zij één van de eersten die ik bezocht. Een markante vrouw, zo merkte ik al snel. Toen ik vroeg wat het geloof voor haar betekent, volgde er een heel verhaal.
Al zou je de kamer vol zetten met lampen, het haalt het niet bij wat ik gezien heb…
Fonkeling
Maar wat mij daarbij het meeste trof, was de blik in haar ogen: zo stralend en fonkelend. Als een achtjarig meisje dat van plan is de wereld te gaan ontdekken. Wat een levenslust. Niet omdat de zon altijd scheen. Openlijk geeft ze toe dat haar leven op veel punten anders verlopen is dan ze hoopte. Er waren tijden die verre van makkelijk waren. Een slecht huwelijk en een echtscheiding brachten donkere wolken in haar leven. Wat betekende het geloof toen voor haar? ‘Daar heb ik toen de brui aan gegeven’, zegt ze eerlijk. ‘Het kan toch niet bestaan dat er een God is die dit laat gebeuren?!’
Jarenlang deed ze niets met het geloof. Tot er een aantal jaar geleden een jong stel naast haar kwam wonen. Ze nodigden haar uit voor een zangavond. Ze ging. En ze bleef naar de kerk gaan. Ook nu ze 90 is. Trouw, elke zondag. En als ze er een keer niet is, krijgt ze heel wat appjes: ‘Ben je ziek?’ ‘Ik zag u zondag niet’, zeg ik. ‘Maar ik zag jou wel’, antwoordt ze ad rem; ze had de dienst op de iPad gevolgd.
Betekenis
Wat zij voor de gemeente betekent? Haar aanwezigheid doet veel: ze is er trouw. Je plek innemen, er zijn – ze laat zien wat dat betekent. En haar houding, haar uitstraling: dankbaar. Ondanks vele lichamelijke ongemakken klaagt ze niet. Dat helpt toch niet, is haar devies. Gewoon doorgaan. En dat doet ze. Totdat het haar tijd is. Bepalend daarbij is een ervaring als jong meisje, nog maar 7 jaar oud. Het scheelde weinig of ze was verdronken. Een overweldigend stralend licht zag ze. ‘Al zou je de hele kamer vol zetten met lampen, het haalt het niet bij wat ik gezien heb. Nee, ik ben niet bang, God is bij me.’
Roelof de Wit is als predikant verbonden aan de Hervormde Gemeente Rotterdam-Kralingen. Hij is lid van de redactie van Ouderlingenblad.