Menu

Basis

‘De weg naar vrede begint met elkaar echt in de ogen te kijken’

Interview met Alain Verheij over woede en vrede

Theoloog en publicist Alain Verheij gaat in op de begrippen woede en vrede als spanningsveld in het politieke en maatschappelijke handelen. ‘Woede is in de eerste plaats een drijfveer voor mij, dat ik het toch blijf proberen. Als dat te lang zonder gevolg blijft, kan het ook iets worden dat mijzelf alleen maar vergiftigt.’

Je hebt nogal eens een oproep gedaan om vaker kwaad te worden, om je niet overal bij neer te leggen, polarisatie is soms nodig. Zijn je gedachten veranderd, sinds de aanval van Poetin op Oekraïne?

Er gaat een heel psalmboek voor ons open nu. Veel psalmen gaan over vijanden en God die voor zijn volk vecht, best bloederig. De Bijbel is geschreven door mensen die moesten hopen op bevrijding. Ik laat de meer ruige gedeelten van de Bijbel spreken, omdat ik weet: op 23 uur rijden van hier gaat het er ruig aan toe.

Alain Verheij: ‘De weg naar vrede begint met elkaar echt in de ogen te kijken.’

Er was een oproep om mee te gaan vechten tegen het Russische leger. Trekt dat dan aan jou? Wil je meedoen?

Het appelleert wel aan iets in mij. Het heeft iets heroïsch om daar te gaan vechten. Het spreekt tot de verbeelding, is romantisch. Het kan ook een escapisme zijn, in zekere zin zelfzuchtig, misschien ben je wel te laf om je eigen oninteressante leven uit te houden of te veranderen. Ik bid ook voor de Russische moeders die hun kind in een tank zien verdwijnen. De liefde is het eerste dat verdwijnt als er gevochten wordt.

Ik heb moeite met iedereen die te snel antwoord geeft op de vraag of je geweld moet vermijden of juist gebruiken. Onderdrukkers en onderdrukten zijn er altijd geweest. Omdat het nu aan de grens van Europa gebeurt, met mensen die op mij lijken, zou ik dan nu ineens iets anders moeten doen? Natuurlijk, hoe dichterbij het komt, hoe groter de empathie. Maar ik wil eigenlijk altijd empathie opbrengen met lijdenden, dichtbij of ver weg.

De liefde is het eerste dat verdwijnt als er gevochten wordt

Hoe zit het met jouw eigen woede hierover? Voel je die?

Ja, die voel ik. Zo’n bijbelse wraakpsalm vind ik niet erg. Als er zoveel onrecht gebeurt, is er ook veel rotzooi om op te ruimen. Dat is hard werken. In het bijbelverhaal over Mozes treft God Egypte met tien plagen en een heel land gaat kapot, alles om maar die slaven te bevrijden. Dat geeft de spanning. Er is geweld – maar het is God die het doet. Is er dan sprake van gerechtvaardigd geweld? Wat als God geen plagen naar Rusland gaat sturen?

Kun je niet zeggen dat God de plagen via ons naar Rusland stuurt? De sancties zou je zo toch kunnen verstaan?

Dat is zo, Egypte ging ook eerst economisch kapot, voordat het echt bloederig werd. Maar het sturen van raketten is een andere stap. Als Jezus zegt: ‘Wie het zwaard in de handen neemt, zal door het zwaard omkomen’, moet dat wel schuren. De woede is volkomen gerechtvaardigd, maar alle vormen van geweld, ook de economische, moeten schuren. Dat zeg ik als gepolariseerd theoloog, die het wapen van het woord verkiest boven andere wapens. Ik ben daarom blij dat ik geen christen-politicus ben. Maar als ze onze grens naderen, ga ik maanden van tevoren naar de sportschool om te trainen, vermoed ik. Dan wordt het zelfverdediging. Nu is er nog verwarring over de achtergronden van dit conflict, wat speelt er echt? Ik heb geen eenduidige mening over wel of geen bewapening, over pacifisme of oorlog voeren. Ik vind het allebei pijnlijk, met name de nucleaire bewapening.

Denk je dat er een christelijk antwoord is op zo’n situatie?

Mijn strijd is al veel langer bezig. De strijd met een beweging die van het christendom een identiteitsbeweging wil maken, een nationale identiteit, een religieus nationalisme. Eén volk, één God. Dat geldt zowel voor Amerika als voor Poetin. Die heeft de voormalige Sovjet Unie veel christelijker gemaakt, maar is het gedrag ook christelijker geworden? Het is eerder een collectieve identiteit en een vlag waaronder we strijden, met waarden als een sterke mannelijkheid en verlangen naar het rijke verleden. In dat christendom opereren wij. We zagen het christendom steeds kleiner worden door de secularisatie. En ineens komen er groeperingen op die het als een soort vlag willen gebruiken, om onder te strijden. Er zijn veel christenen die daar aanvankelijk blij mee waren: hé, ze vinden ons weer leuk!

Maar dit geeft alleen maar problemen. Ik zie Poetin hetzelfde doen: het is ook een religieuze strijd, een nationaal-religieuze identiteit die zichzelf verder wil uitbreiden. Oekraïne is daar een belangrijk onderdeel van.

Het is juist specifiek christelijk om daar protest tegen aan te tekenen. Het moet niet te gezellig worden met je overheid. Diversiteit accepteren hoort bij het christelijk geloof. Dus niet je eigen identiteit uitbreiden en willen dat iedereen hetzelfde geloof heeft, maar mensen uit andere minderheidsgroepen omarmen.

Wat kan woede je opleveren als er onrecht is?

Woede herinnert je eraan dat de status quo niet deugt. Er is altijd wel ergens onrecht en onderdrukking. Als ik die status quo niet voel, dan betekent dat dat die in mijn voordeel is. De samenleving is ingericht voor mensen met ‘zeven vinkjes’, zoals Joris Luyendijk het noemde. Zo eentje ben ik ook. Als ik níét boos ben, is dat logisch, want de samenleving is er voor míj. Het is dus specifiek christelijk als ik wél boos ben. Het betekent dat ik mij niet laat verdoven door mijn eigen privileges – want dat doen ze natuurlijk. Niet boos zijn is geen deugd. We maken van gezelligheid, gemoedelijkheid, en iedereen te vriend houden, al te vaak een deugd. Dat is makkelijk als je een zeven-vinkjes mens bent. ‘Waarom zou ik boos zijn?’ Dan kan juist woede een deugd zijn.

Diversiteit accepteren hoort bij het christelijk geloof

Komt woede niet vaker voort uit machteloosheid? Omdat je het toch niet kunt veranderen?

Woede is in de eerste plaats een drijfveer voor mij, dat ik het toch blijf proberen. Als dat te lang zonder gevolg blijft, kan het ook iets worden dat mijzelf alleen maar vergiftigt. Dat is uiteindelijk misschien het verschil tussen een seculiere revolutionair en een bijbelse profeet. Die laatste bleef een nieuwe hemel en nieuwe aarde voor zich zien. De profetische boeken eindigen met grote beloften. Hoe boos ze ook waren, ze zagen een uiteindelijk vredige en hoopvolle toekomst voor zich.

Er bleef wel een vertrouwen. Je kunt cynisch worden: de ene dictator gaat en de volgende komt en dat gaat altijd door. Voor een groot deel herhaalt de geschiedenis zich, in de Bijbel ook. Er zullen altijd mensen zijn die onderdrukken, altijd onderdrukten en mensen die zich geroepen voelen er wat aan te doen.

‘Woede kan ook een deugd zijn.’
(beeld: Tumisu, Pixabay)

Is dat geen reden om te zeggen: als het toch altijd doorgaat, moeten we dan niet echt ophouden met tegengeweld, wie er ook de macht grijpt? Op den duur vallen dictators toch weer om.

Ik zie een morele oproep tot verzet tegen onrecht, al was het maar voor de enkelen die je daarmee kunt helpen. De Bijbel verkondigt ook geen wereldbeeld, het boek is een vraag aan de mens. Dat zie je in Genesis al: ‘Mens, waar ben?’ Dat is een vraag naar de betrokkenheid van de mens. We leven in een gebroken wereld, en God vraagt naar onze betrokkenheid op elkaar: waar is je broer? We kunnen niet terug naar het paradijs, dat is nooit de bedoeling geweest. We verwachten een nieuwe hemel en aarde: iets nieuws. Het zal nooit met schone handen eindigen. Ook als het geweldloos is: sancties zijn ook geweld en treffen vooral de armen.

Om vrede te bereiken, hebben we ook woede nodig en moeten we wel bewapenen?

De afgelopen decennia zijn we economisch wederzijds afhankelijk geworden – daar kreeg de EU de Nobelprijs voor de vrede voor. We hoopten dat dat reden zou zijn dat niemand elkaar meer zou aanvallen. Dat is in Europa inderdaad een tijd zo gegaan. Ook nu zien we dat het enigszins zo werkt. Iedereen heeft last van wat er nu gebeurt. Maar als er een dictator opstaat die een heel land meesleurt, was dat dan de juiste strategie?

Ik ben gelukkig geen beleidsmaker, maar ik zie mijn taak als theoloog om fundamentele vragen te stellen, zonder direct in reacties te vervallen. Ik heb alle begrip voor besluiten die haastig genomen moeten worden, maar er moeten ook mensen zijn die daar vragen bij stellen. Wie houdt de mensen in het oog die hier het hardst door worden geraakt?

Vind je het vanuit jouw christelijke perspectief goed dat wij de hoeveelheid wapens in de wereld vergroten, in de hoop daarmee de vrede te bewaren?

Ik heb er alle begrip voor en ben blij dat anderen die vuile handen maken, maar ik vind het niet iets goeds. Het is hoogstens een noodzakelijk kwaad.

Heb je iets met Etty Hillesum, die het lot van haar volk wilde delen en zich alleen maar afvroeg wat die nazi bezielde? En met Corrie ten Boom? Die zei: ‘Wij zien alleen maar de onderkant van het borduurwerk. God heeft alles in de hand, ook het kwaad werkt mee ten goede. In dat vertrouwen verduren wij het onrecht.’

Dit is niet mijn visie en zo zit ik niet in elkaar. Ik denk dat dit voor de meeste christenen niet meer te doen is. De rabbijn Jonathan Sachs zei: ‘Het is niet onze plicht om op die manier Gods ogen te hebben.’ Mozes wilde God niet zien omdat hij dan vanuit diens blik zou kunnen kijken. Dan zou hij alles begrijpen. Maar dat is niet de plicht van de mens. Onze plicht is om in opstand te komen tegen onrecht en ons te blijven afvragen waarom dat borduurwerk er niet uitziet.

‘Geweld maakt ons lelijker.’
(beeld: Kira Hoffmann, Pixabay)

Maar hoe zouden we weten van ‘die andere kant’ als er ook niet zulke mensen waren?

Die herinneren ons inderdaad daaraan. Dat is een vast en belangrijk onderdeel van de kerk. Maar ik zit aan de andere kant. De christelijke hoogleraar pedagogiek Wim ter Horst schreef: ‘Berusting is een antichristelijke houding.’ Dat heeft mij gevormd. Berusting kan vroom klinken: ‘Leer mij volgen zonder vragen, Vader wat U doet is goed…’ Dat zal ik niet veel laten zingen. Ik denk dat we beide stemmen, pacifisten en strijders, nodig hebben om de spanning erin te houden. Als iedereen net zo was als ik, zou je een vreselijk christendom hebben. Eentonig, eenkennig, met veel blinde vlekken, niet vertrouwend genoeg, niet rustig, kalm en vredig genoeg, niet gezellig genoeg misschien.

Onze plicht is om ons te blijven afvragen waarom dat borduurwerk er niet uitziet

Of ik allergisch ben voor vroomheid en berusting die niets kosten, die zich neerleggen bij de feiten zonder zichzelf in te zetten? Ja, berusting moet geen opgeven zijn, geen onverschilligheid.

Wat doet woede met ons? Treedt er misvorming op als we ons erdoor laten leiden in ons verzet tegen onrecht?

Wrok is als het drinken van een beker gif, en hopen dat de ander overlijdt. Geweld maakt ons absoluut lelijker. Woede vergiftigt ook. Er is wel zoiets als heilige woede. Maar hoe weet je of je dat hebt? En kun je dat ook stoppen? Het blijft lelijk: een pacifist stopt niets, en een strijder gaat mee in de keten van geweld. Dat is het mooie van bijbelverhalen. Die herinneren ons eraan: ‘Aan Mij, God, komt de wraak toe.’ Als er maar een fractie van dat besef in ons handelen doorsijpelt, wordt het al een stukje beter.

Wat versta jij onder vrede?

Mijn boek Ode aan de verliezer gaat over de strijd tussen Kain en Abel, een strijd die zich steeds herhaalt. Ik kom op voor de Abels. Aan het einde probeer ik toch tot een soort verzoening tussen die twee te laten komen. Dan gaat het over mensen die elkaar in de ogen zien. Elke oorlog begint met ontmenselijking, de ander wordt een ding of een beest. De weg naar vrede begint met elkaar echt in de ogen te kijken. Er verandert iets in je houding als je in de ander iets van God herkent.

Marianne Vonkeman is emeritus predikant, redactielid van Herademing en beheert de website www.sporenvangod.nl.


Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken