Menu

Basis

Het Salomonsoordeel: een asielprocedure als theaterstuk

Waarheid als ethisch begrip

Theatermaker Ilay den Boer ontdekt na zijn opleiding voor de IND dat hij zijn eigen vriend Hassan waarschijnlijk volgens de gangbare procedures zou hebben afgewezen – als hij alleen het dossier had gelezen. Als vriend vertrouw je iemand. Ook als ambtenaar moet je iemand geloven. Zijn verwarring leidde uiteindelijk tot een theaterstuk.

Doordrongen van de verantwoordelijkheid die op zijn schouders rustte, deed koning Salomo in het Bijbelverhaal iets volstrekt onverwachts. Om te kunnen besluiten wie van de twee vrouwen tegenover hem de echte moeder van de baby was, kondigde hij aan de baby in tweeën te snijden – in de wetenschap dat de echte moeder instinctief zou reageren. Hij zocht naar een alternatieve, niet rationale strategie, waarschijnlijk omdat er binnen zijn wet en procedure geen manier was om te beslissen in zo’n cruciale zaak.

De theatervoorstelling Salomonsoordeel gaat over de besluitvorming in een asielaanvraag. Het verhaal: de Palestijnse Hassan vluchtte naar Nederland vanwege een eerwraakkwestie. Zijn ‘schoonfamilie’ martelde hem en dreigde hem te doden, omdat hij volgens hen islamitische regels zou hebben overtreden. Zonder hun toestemming mocht hij geen relatie hebben met hun dochter.

Waar moeten wij met elkaar de wijsheid vandaan halen?

Theatermaker Ilay den Boer nodigt Hassan (die in werkelijkheid ooit werd afgewezen bij zijn asielaanvraag) uit op het toneel om samen met een IND-medewerker én het publiek zich af te vragen waar wij met elkaar de wijsheid vandaan moeten halen om te beslissen over zo’n aanvraag.

Het is een voorstelling waarbij het publiek niet afzijdig kan blijven. Het stuk wordt opzettelijk steeds onderbroken, waarbij aan het publiek vragen worden gesteld. Ook kan het publiek zélf de voorstelling onderbreken door op een grote rode knop te drukken en in de microfoon iets te zeggen of te vragen. Iedere ‘storing’ krijgt voorrang.

Scene uit het Salomonsoordeel.
(beeld: Prins de Vos)

Mede-beoordelaars

Ik heb de bijna drie uur durende voorstelling bezocht. Van tevoren kreeg ik een filmpje opgestuurd waar in een half uurtje informatie wordt gegeven over Europees asielbeleid, verdragen, grondwet et cetera. Een dag later bezoek ik de voorstelling in een loods in Den Bosch. We komen daar als bezoekers te zitten tussen muren van kartonnen archiefdozen en worden getuige van een ‘gehoor’ van IND-medewerker Peter met Hassan. Wij zitten daar als publiek omheen. Theatermaker Ilay neemt ons mee in de asielaanvraag van Hassan en onderbreekt een aantal keer het gesprek door het publiek erbij te betrekken en vragen te stellen. Zoals: ‘Hoe geloofwaardig is zijn verhaal?’ Of: ‘Mag Peter dit vragen?’ We worden eigenlijk tot mede-beoordelaars gemaakt. Je gaat je toch afvragen of Hassan wel de waarheid spreekt.

Gaat het hier over waarheidsvinding?

Nu heb ik zelf met vluchtelingen gewerkt en allerlei herinneringen en ervaringen met hen komen boven. Ik merk dat ik geëmotioneerd raak over de manier waarop ‘het gehoor’ van Peter wordt gevoerd. Op het clipboard dat ik bij binnenkomst heb gekregen, noteer ik boos: ‘Dit is geen gehoor maar een verhoor!’ En even later schrijf ik driftig: ‘Hassan is hier geen mens maar een onderzoeksobject.’ Ik vraag me af of vertrouwen niet meer een leidraad kan zijn bij asielprocedures, ervan overtuigd dat niemand zo maar zijn thuisland verlaat. Maar Ilay geeft steeds toelichtingen op de werkwijze van de IND. Het is belangrijk dat iemands verhaal op aannemelijkheid wordt getoetst. En ik hoor Peter zeggen: ‘Wat wij doen is objectiveren.’

Ik zit de hele avond op het puntje van m’n stoel en raak steeds meer in verwarring. Gaat het hier nou over waarheidsvinding? En hoe kom je daar dan achter? Enkele maanden later heb ik een nagesprek met Ilay.

Scene uit het Salomonsoordeel.
(beeld: Prins de Vos)

Hoe ben je ertoe gekomen om deze voorstelling te maken?

Ik ben theatermaker, kunstenaar. Maar ik voel me ook altijd betrokken bij maatschappelijke problemen. Daar maak ik graag theatervoorstellingen van. Ik ben geboren in Jeruzalem en heb een ambivalente relatie met Israël. Naar aanleiding daarvan maakte ik in het verleden de theaterreeks Het beloofde feest.

De voorstelling Salomonsoordeel is ook ontstaan uit een persoonlijke ervaring, namelijk uit een vriendschap met een Palestijnse vluchteling. Ik noem hem Hassan. Ik vond zijn vluchtverhaal aangrijpend en ging hem, nog voordat ik bij de IND werkte, helpen bij zijn asielaanvraag. Daar had ik alle vertrouwen in, want ik vond zijn verhaal geloofwaardig. Maar zijn aanvraag werd tot zijn en mijn verbijstering aanvankelijk afgewezen. Pas later, na veel inspanningen door een advocaat, werd de aanvraag toch toegewezen. Door dit proces raakte ik emotioneel betrokken. Ik wilde de manier van werken van de IND begrijpen en stortte me daarop.

‘We toetsen niet de mens maar zijn verhaal’

Dit leidde ertoe dat ik in 2020 de opleiding tot junior hoor- en beslis ambtenaar bij de IND ging volgen. Daarna werkte ik zeven maanden bij de IND en twee maanden bij de rechtbank in Amsterdam. In die opleiding leerde ik hoe gehoren worden afgenomen, onderzoeken worden gedaan, dossiers worden opgebouwd en aanvragen worden beoordeeld. Ik leerde de Nederlandse asielprocedure begrijpen en waarderen, kreeg meer begrip voor de manier van werken en leerde van de denkprocessen die gehanteerd worden.

Scene uit het Salomonsoordeel.
(beeld: Prins de Vos)

Totdat ik bij een casusbespreking hoorde dat een medewerker de aanvraag van een eerder door een collega afgewezen vluchteling wèl zou hebben toegewezen! Dat raakte me. Als er zoveel afhangt van wie jouw zaak beoordeelt, dacht ik, dan wil ik nog wel eens opnieuw kijken naar de procedure van mijn vriend Hassan. Ik kreeg daar zijn toestemming voor. Het was het schokkend te ontdekken dat ik hem waarschijnlijk volgens de gangbare procedures ook zou hebben afgewezen, als ik enkel zijn dossier zou hebben gekend. Daarbij was de leidraad van de IND bepalend: ‘We toetsen niet de mens maar zijn verhaal’ zoals Peter tijdens de voorstelling vertelt.

Toen ik het met Hassan besprak, vroeg hij mij: ‘But is it important that you believe me?’ Ik was er erg van in de war en schaamde me; waar was ik dan naar op zoek geweest, op welke zekerheden wilde ik me baseren? Ik dacht: ik heb nog niet eerder in m’n leven een vriend gewantrouwd, en volgens mij was ik hem aan het wantrouwen! Ik had ook geen antwoord, omdat het als vriend niet belangrijk is, je band is gebaseerd op vertrouwen. Maar als ambtenaar is het wel degelijk van belang om hem te geloven. Deze ervaringen vond ik zo belangwekkend dat ik besloot er een voorstelling van te maken.

Scene uit het Salomonsoordeel.
(beeld: Prins de Vos)

Hoe kwam je aan de titel Salomonsoordeel?

Iemand in mijn team wees me op het verhaal van Salomo. Ik bedacht dat de kracht en de schoonheid van Salomo is dat hij zegt: ‘Ik weet het niet en ik zal nooit en te nimmer weten wie hier de echte moeder is.’ Salomo maakte een keuze en nam daarbij een risico. Een groot risico! Stel dat hij het kind aan de verkeerde moeder had toegewezen.

Je zou kunnen zeggen dat Salomo niet zozeer bezig is met de vraag naar waarheid en leugen maar: bij wie heeft dit kind het meeste toekomst? Wat is de beste keuze binnen deze onmogelijke situatie? Wie is het beste te vertrouwen om de toekomst van dit kind mogelijk te maken?

Het gaat over de vraag: wat vind ik aannemelijk?

Dus je zou kunnen zeggen dat de IND ook wat meer risico zou mogen nemen bij het toelaten, meer ruimte creëren. Maar dan bestaat ook het gevaar dat je een oorlogsmisdadiger toelaat of andersom: dat je de verkeerde wegstuurt, nog veel erger. Het gaat over de vraag: wat vind ik/jij aannemelijk? De procedure is gelukkig nu al ingericht op aannemelijkheid. Daarop doordenkend is het maar de vraag of je je als IND-ambtenaar moet bezighouden met ‘de waarheid of een leugen’.

Scene uit het Salomonsoordeel.
(beeld: Prins de Vos)

Wat zou je graag willen bereiken met deze voorstelling?

Het gaat in de kern om het aan de orde stellen van onze verantwoordelijkheid. Dat is ook de relatie met Salomo. Bij mijn nadenken over de asielprocedure bedacht ik dat de IND een overheidsorganisatie is die namens mij/ons keuzes maakt over de toekomst van mensen. Zo werkt het in een democratie. Als dat namens ons is, als burgers, ben ik dus medeverantwoordelijk, of ik nou bij de IND werk of niet. Dan wil ik zien hoe we die verantwoordelijkheid vormgeven. Daarna wil ik kijken hoe ik me daartoe verhoud. Diezelfde stappen wil ik met het publiek zetten: hoe gaan we met onze verantwoordelijkheid om? Er komen immers jaarlijks zo’n 25.000 asielzoekers ons land binnen.

Er zijn drie soorten voorstellingen. We zijn gestart met intieme woonkamer-voorstellingen. Bij totaal uiteenlopende huishoudens, van mensen die PVV en Forum voor Democratie stemmen tot aan uitgeprocedeerde asielzoekers. Daarnaast treden we op in theaters. En we hebben voorstellingen op maat, bij politici, rechtbanken, overheden, scholen et cetera. Het publiek krijgt via de voorstelling voorlichting over de grote dillema’s en gaat in gesprek. Het mooie is dat er een wisselwerking op gang komt tussen publiek, burgers en professionals.

We moeten compassie hebben maar ook rechtszekerheid bieden

Ik vind het van belang dat we compassie hebben maar ook dat we rechtszekerheid bieden. Dat zijn complexe zaken. Je komt er eigenlijk nooit goed uit. Daarom stel ik aan het eind van de voorstelling het publiek de vraag: ‘In welke wereld willen we met elkaar leven?’ Niet jij, maar wij, met elkaar. Ik vraag ze mij daar een brief over te sturen. Ik heb al stapels brieven gekregen. Het blijft maar doorgaan. Vanmorgen ook weer. Van een man die na de voorstelling drie weken een logboek heeft bijgehouden waarin hij steeds z’n gedachten over dit onderwerp en de thema’s van de voorstelling opschreef. Je ziet zijn gedachten steeds van links naar rechts en van onder naar boven verschuiven.

Scene uit het Salomonsoordeel.
(beeld: Prins de Vos)

Hoe gaat het nu verder?

Alle brieven sturen we door naar een schrijver, die gaat er een verhaal van maken of een podcast. Daar zijn we nog niet uit, het project is in volle gang. Er is nog steeds veel vraag naar, er staan honderd voorstellingen gepland – voor de culturele sector maar ook voor allerlei overheidsdiensten, gemeenten, de UWV, de belastingdienst. We gaan door tot september, daarna gaan we alle ervaringen en lessen teruggeven aan het publiek, aan de IND, rechtbanken, staatssecretarissen en de politiek. Ik hoop zo bij te dragen aan een rechtvaardig asielbeleid.

Het lijkt duidelijk dat de vragen rond vluchtelingen een open wond in onze samenleving zijn. Het leuke is dat we er niet alleen met het publiek maar ook met bijna alle medewerkers van de IND over spreken. De voorstelling is zelfs onderdeel geworden voor de opleiding van nieuwe IND medewerkers! Aan hen stel ik de vraag: ‘Wat waren je gedachten bij het zien van de voorstelling, gerelateerd aan je eigen werk?’ Dan krijg je indrukwekkende verhalen van mensen die ook in dat dilemma zaten: de wet zegt dit maar m’n gevoel zegt dat. Als je dat kunt blootleggen kan de voorstelling dienen als een soort reflectie op het eigen functioneren. Zo kunnen we samen verder leren, want ook ik kan hen niet vertellen hoe het dan wel moet. Ook mijn waarheid is maar mijn waarheid. Die is te klein voor de grootsheid van deze materie.

Ook mijn waarheid is maar mijn waarheid

Als mensen begrip krijgen voor alle kanten bekruipt hen vaak ook een gevoel van machteloosheid. Dat we het echt niet meer weten. Ik noem dat vruchtbare grond. Vanuit het niet weten kan iets nieuws ontstaan en kun je hopelijk iets gaan vormgeven, in je hoofd, je lijf, je leven: hoe dan wel?

Wat jullie doen lijkt op wat geestelijk verzorgers ‘moreel beraad’ noemen, een overleg waarin ethische kwesties worden besproken.

Ja, dat is precies waarom de IND het als onderdeel van de opleiding heeft ingepast en waarom rechtbanken en gemeenten het zo belangrijk vinden. Omdat ze het inzetten als moreel beraad. Om die reden tonen ook bestuurders van zorginstellingen belangstelling.

Jan Venderbos werkte in diverse functies in de hulpverlening, onder meer met oorlogs- en geweldsgetroffenen. Hij is gepensioneerd theoloog en geestelijk begeleider..

Informatie

https://www.tgilay-salomonsoordeel.nl/


Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken