Een katholiek perspectief op preken
Theologisch drieluik: wat is homiletiek? (reactie)
In deze column reageert Jos Moons op het Theologisch drieluik van Ciska Stark over homiletiek.
Deel 1: preekbronnen
Deel 2: eigen spiritualiteit
Deel 3: effect prediking
„Soms zeggen studenten mij, ‘kunt u mijn pastoor ook lesgeven?’ Dat is geen goed teken.”
Jos Moons
Als een protestants expert zich uitlaat over preken, dan past het de rooms-katholiek om eerbiedig te zwijgen en te leren. Dit stuk wil dan ook vooral een nederige buiging zijn naar de protestante zusters en broeders. Als ik toch iets moet zeggen, dan is het vooral dat wat dr. Stark schrijft juist ook vanuit een rooms-katholiek perspectief waar is.
Bronnen voor de predikant(e)
Zo schrijft Stark over de veelheid aan bronnen waaruit de predikant(e) put. Naast de Schrift is dat ook de menselijke ervaring en de context van de tijd. Je bent katholiek of je bent het niet, want ik moest onmiddellijk denken aan het woord van paus Franciscus dat de predikant ‘een contemplatief van het woord en een contemplatief van z’n mensen’ moet zijn (Evangelii gaudium, 2013, nr. 154). Vooral het tweede deel van de zin is verrassend, omdat het woord ‘contemplatief’ gewoonlijk alleen voor God gebruikt wordt. Hier staat dus dat we dezelfde diep-eerbiedige houding van ontvankelijkheid moeten hebben jegens onze gemeente.
Wie veel inspanningen doet, kan beter ook een beetje meer geloven in God; en wie veel gelooft in God, kan beter een beetje meer inspanningen doen.
Diezelfde houding geldt, breder, voor wat er in de samenleving speelt, zo Stark. Ook daarbij borrelt bij de katholiek onmiddellijk een citaat op, dit keer de ontroerende beginwoorden van Gaudium et spes, één van de grote teksten van het Tweede Vaticaans Concilie (1962–1965). Daarin belijdt de katholieke kerk haar verbondenheid met wat er speelt in de wereld: ‘De vreugde en de hoop, het leed en de angst van de hedendaagse mens, vooral van de armen en van alle lijdenden, zijn ook de vreugde en de hoop, het leed en de angst van Christus’ leerlingen; en er is niets echt menselijks, of het vindt weerklank in hun hart.’ Ik zeg er maar eerlijk bij dat de kerk dit pas kon zeggen na een flinke bekering die haar het traditionele cultuurpessisme deed afleggen. Kijken we als predikanten zo naar wat er gebeurt in de samenleving: vanuit diepe verbondenheid?
Inspanning en geloof samen
Ten tweede schrijft Stark over de druk die met prediken samengaat. Je moet het goed doen, je wil het goed doen, met volle inzet van vaardigheden en geworteld in een persoonlijke spiritualiteit. Maar later spreekt Stark ook over het ongeplande van de preek. Je kunt niet uittekenen wat een preek uitwerkt; dat is toeval, dat valt ons toe vanwege God. Hier kan de katholiek een glimlach niet onderdrukken. Naast ‘sola gratia’ spelen onze inspanningen – de opera – toch ook wel een rol! Inderdaad, zo eenvoudig is het niet. Het loopt door elkaar.
Dat blijkt ook in de katholieke liturgische theologie. Die houdt juist het belang van Gods betrokkenheid hoog. Sacramenten werken ex opere operato: ‘door wat er gedaan is.’ In gewoon Nederlands: sacramenten werken niet omdat de voorganger ‘het zo goed doet’ of omdat die zo’n perfecte christen is, maar ze werken omdat het sacrament gevierd is, en God trouw is aan diens beloften. Men spreekt soms over de ‘objectiviteit’ van de liturgie, met de waarschuwing om niets aan de officieel vastgestelde teksten te veranderen.
Maar de eerlijkheid gebiedt om te zeggen dat dat maar het halve verhaal is. Ook volgens de klassieke katholieke terminologie maakt de voorganger uit. Daarvoor gebruikt men het woord ‘vruchtbaarheid’ en het Latijnse ex opere operantis: ‘door het werk van de werkende, lees, de voorganger.’ Luisteren naar een preek van iemand die rustig en mild voorgaat, en die z’n verhaal goed voorbereid heeft, sticht de ziel toch makkelijker dan luisteren naar een onrustige en cynische predikant die een rommelig verhaal houdt?
Kunnen we nog preken als waren we herauten van het evangelie die heil aanzeggen, of het nu aansluit bij wat de mensen beleven of niet?
Kortom: én én. Onze inspanning doet ertoe en daarnaast is God er ook nog. Praktisch gezien denk ik soms: wie veel inspanningen doet, kan beter ook een beetje meer geloven in God; en wie veel gelooft in God, kan beter een beetje meer inspanningen doen. We moeten niet te weinig geloven, maar ook niet te veel. Concreter en kritischer denk ik dat katholieke voorgangers meer hun best moeten doen. Soms zeggen studenten mij, ‘kunt u mijn pastoor ook lesgeven?’ Dat is geen goed teken. (Behalve dan dat ze de lessen blijkbaar smaken.)
Predikant als heraut van het evangelie
Eén thema blijft onvermeld, en dat is de vraag of kerygmatisch preken nog kan. Het is de typisch protestante manier van preken, waarin het heil ons aangezegd wordt, als een ons voorgegeven kerygma: een (goede) boodschap. Het typisch katholieke genre is dan weer homiletisch, dat wil zeggen, een gesprek tussen onze ervaringen en de Schrift. In feite loopt dat overigens door elkaar, want het rooms-katholieke Homiletisch Directorium uit 2014 zet sterk in op de Katechismus en op inhoud, en staat daarmee merkwaardigerwijze op gespannen voet met wat paus Franciscus in 2013 in Evangelii gaudium schreef over dialoog als model voor de preek. Bovendien zijn er nog andere genres dan deze twee, en lopen in één preek vaak genres door elkaar.
Maar de vraag blijft: kunnen we nog preken als waren we herauten van het evangelie die heil aanzeggen, of het nu aansluit bij wat de mensen beleven of niet? Moderne psychologie, communicatietheorie, en theologie doen mij sterk aarzelen. Dingemans plaatste de predikant als hoorder onder de hoorders. Paus Franciscus benadrukt een synodale kerk waarin we samen op weg zijn onder leiding van de Geest. Dat pleit voor een dialogische, uitnodigende en voorzichtige verkondiging.
Jos Moons doceert homiletiek aan de KU Leuven. Hij publiceerde De kunst van geestelijke begeleiding. Een praktijkboek in ignatiaans perspectief (Berne, 2019), The Holy Spirit, the Church and Pneumatological Renewal (Brill, 2022), en Op weg naar een luisterende kerk. Synodale ervaringen in verleden en heden (KokBoekencentrum, 2022).