Menu

Premium

Preekschets Rechters 2:1

Rechters 2:1

De bode van de Heer ging op uit Gilgal naar Bochim (vertaling: Societas Hebraica)

Schriftlezing: Rechters 2:1-5
Thema: Van Gilgal naar Bochim

Serie

Dit is het eerste deel van een serie van drie preekschetsen van de hand van A. van Nieuwpoort over Rechters. Zie ook:

Het eigene van de zondag

Preken uit het boek Rechters is geen sinecure. Wie liever bekende wegen bewandelt, doet er goed aan dit boek ongelezen te laten. Dat wordt dus ook veel gedaan. En ik snap dat heel goed. Toch heb ik het gewaagd over dit boek te preken, en ik deel daarvan graag het een en ander. De gemeente (met name de harde kern) fronste de wenkbrauwen toen ik hiermee begon. De ressentimenten tegen Tenach zijn telkens weer weerbarstiger dan ik dacht. En helemaal als het om het boek Rechters gaat. Toch hebben wij ongelofelijk veel plezier beleefd aan de serie over Rechters. En wat vooral zo opviel was dat de teksten vaak zo naadloos aansluiten bij waar we in de actualiteit mee te maken krijgen. Het zijn geen zoetsappige, vrome verhaaltjes, maar de rauwe werkelijkheid met een kwinkslag op je bord. Daarbij is het wel van groot belang dat deze teksten niet als historische verslagen worden gelezen. Dit is profetische geschiedenis. En dat wil zeggen: we kijken met de bril van de profeet naar de werkelijkheid. Dus niet zomaar, maar vanuit een profetische visie. Dit moet mijns inziens wel telkens ook onderstreept worden. Het is een boek dat dichtbij komt. Het is geen ‘wegdroomboek’, maar een boek waarmee ons een kritische spiegel wordt voorgehouden. Het lijkt op het eerste gezicht een heel ernstig boek. Maar we zullen merken hoe hierin ook vol humor wordt gesproken over de ellendigste zaken. Zoals dat weleens gaat in tijden van diepe crisis: dat ineens een grap je wakker maakt en je laat zien wat je daarvoor nog nooit gezien hebt.

Uitleg en aanwijzingen voor de prediking

De zonen van Israël zijn in het veelbelovende land aangekomen. Na een ellenlange woestijntocht zijn ze er. Prachtig, zou je zeggen: Egypte, dat slavenland, ligt ver achter hen. Daar hebben ze geen last meer van. Maar wat een vergissing blijkt dat. Hoe je het uithoudt in de woestijn is één ding. Maar hoe je je hoop en je visie levend houdt in het veelbelovende land, lijkt bijna nog een grotere klus. Daarover gaat het. Hoofdstuk 2 is een mooie inleiding op het boek. We gaan van Gilgal (Wenteloord) naar Bochim (Geween).

In het boek Jozua (5:9) wordt verteld hoe het volk gevierd heeft dat het vrij was van slavernij. Er werd Pesach gevierd en de plaats waar ze dat deden, noemden ze Gilgal, wat letterlijk betekent: Wenteloord. Daar was die last van dat slavenleven definitief van hen afgewenteld. Het werd de plaats waar de bevrijding werd gevoeld en ervaren. Zoals het je kan gebeuren dat je na een tijd van matheid en vermoeidheid door een ontmoeting of door een goed woord ineens weer moed krijgt en energie. Dat je het ineens weer helemaal ziet zitten en kracht krijgt om dingen te doen waar je daarvoor helemaal niet toe in staat was. Gilgal, Wenteloord: JHWH heeft de last van Egypte van ons afgewenteld. Na een lange periode van rouw merk je opeens: ik vind weer wat mijn weg, ik krijg weer zin in dingen, niet alles is langer meer bewolkt…

Maar daar zien we die boodschapper van JHWH gaan. Noem het een ‘stand-in’ van die Mensengod zelf. Hij gaat van Gilgal naar Bochim. Opnieuw een verzonnen plaats. Bedoeld om ons iets duidelijk te maken. Bochim betekent letterlijk: Wenenden. Het is de plaats van het geween. Hij gaat van de bevrijding naar het geween. Dat is waar het in het boek Rechters in een notendop over gaat: alles is ons mensen aangereikt om optimaal mens te kunnen zijn met elkaar. Maar wat hebben we ervan gemaakt? Het is om te huilen. We zijn meegegaan met machten die nog niet eens aanspreekbaar zijn. Baäls noemen ze die in dit boek. En dan hebben we het niet over andere godsdiensten of zoiets. Nee, dan hebben we het over zaken die ons leven in de greep hebben. Zaken die zonder dat we er erg in hebben ons leven verregaand bepalen. Baäl betekent eigenlijk niets. Het betekent zoiets als Baas, of Heer. Van die anonieme machten die hele volkstammen in de greep kunnen hebben. Een Baäl is die wet die wij elkaar opleggen over hoe het hoort. Dat we elkaar aanpraten dat we vooral moeten genieten van het leven, bijvoorbeeld. Alles voor de gezondheid en de vitaliteit kan ook zo’n Baäl worden. Maar ook iets heel persoonlijks: dat ons hele leven in het teken staat van het jezelf bewijzen aan die ouders die nooit tevreden waren over jouw leven. Het kan soms zelf mensen van boven de tachtig nog dwarszitten. Zij die in hun jeugd onvoldoende zelfvertrouwen hebben gekregen en daar vervolgens een leven lang mee bezig zijn. Kinderen en grote mensen die denken niet te voldoen aan dat ideaalbeeld dat ons voortdurend via de reclame wordt opgedrongen. Als je dit en dat niet hebt, doe je niet mee. Als je dit en dat niet aantrekt, hoor je er niet bij. Dat zijn de grote en kleine Baäls waar we ons door kunnen laten verlammen. En wat offeren we niet allemaal op de altaren voor deze machten? Denk alleen even aan het milieu. Die boodschapper heeft het ook nog over Astarte. Dat is meer de godin van het vermaak. Al die zaken die van een mens alleen maar een consument maken. Hoe actueel. Het consumentisme als een soort slaapverwekker. ‘Opium van het volk’ werd het ooit genoemd. Opdat we maar niet al te kritisch gaan nadenken. Je zou eens een boek lezen… Ook die Astarte doet het goed deze dagen. Bij velen staat ze op nummer één.

En daarom klopt ook die boodschapper op onze deur. Hij wil ons weer herinneren aan die aloude verhalen die al eeuwen met ons meegaan. En hij zegt zoiets als: ‘Tegen de klippen op hebben jullie toch ervaren wat het is dat iemand jullie liefheeft en zich over jullie heeft bekommerd door jullie uit de benauwdheid te halen. Iemand heeft omgezien naar jullie slaafse leven. Jullie konden opnieuw beginnen. Voorrang geven aan menselijkheid. Aan zaken die niet passen in de formulieren van managers. Aan taal die niet past in bulletpoints. Zaken die echt van belang zijn, zoals: wat draagt je in je leven? Wat houdt je gaande, ook als het helemaal eigenlijk niet meer gaat? Weet je nog wat het is om werkelijk liefgehad te worden en lief te hebben? Dat soort zaken. Jullie lijken het wel helemaal vergeten te zijn.’

Op het eerste gezicht lijken het toornige teksten die we liever overslaan. Maar als we goed lezen, schuilt er een diepe troost in. Alleen al het feit dat die boodschapper ons wakker wil schudden. Ons een kritische spiegel wil voorhouden. Dat we niet alleen worden gelaten op onze dwaalwegen. Maar dat als een paal boven water staat dat, of we het nu geloven of niet, deze Bevrijdergod ons trouw blijft, wat er ook gebeurt. Het mooie van dit boek is dat er als terugkerend refrein staat te lezen: ‘En ze deden wat kwaad was in de ogen van JHWH.’ Steeds gaat het weer mis. Het is om te huilen wat wij er soms van maken: op en top Bochim. Niets wordt hier geromantiseerd. Het leven dat wij leiden, hoe mooi we het soms ook versieren, blijft een leven met vallen en opstaan. Maar het zijn wel de ogen van de Bevrijdergod die het zien. De ogen van iemand die ons liefheeft. De ogen van iemand die niet wil dat wij overgeleverd zijn aan Bochim, het geween. En daarom wordt er in dat leven van vallen en opstaan steeds weer iemand op ons pad gestuurd om ons te herinneren aan waar het nu ooit ook al weer om begonnen was.

In het boek Rechters is dat de Sjofet, de richter. Het is iemand die ons steeds weer opzoekt op de eenzame paden waarop we soms gaan. Maar die ons ook opzoekt op de vastgelopen wegen in ons verdriet, onze zorg of ons slaperige bestaan. Hij komt bij ons zitten om ons aan te horen en onze tranen te drogen. Het is iemand die ons bij de hand wil nemen om ons ook weer even verder te laten kijken. Heel kritisch wijst hij ons op onze blinde vlekken, maar ook op mogelijk nieuwe wegen. Hij zegt zoals ook Jezus zo vaak zegt: ‘Sta toch op, mens! Laat je niet verlammen door die Baäls. Sta op, je doet ertoe. Je bent geliefd. En dat is voor heel je leven genoeg. Je hoeft niet iemand anders te zijn dan je bent… Sta toch op!’

Ideeën voor kinderen en tieners

Een richter is in de eerste plaats iemand die vragen stelt. In een Rechters-serie zou je een richtersjas kunnen laten maken waarop steeds weer vragen worden opgespeld. Vragen bij wat er gebeurt in de wereld, vragen bij wat er in de krant staat, enzovoorts.

Liturgische aanwijzingen

Er zijn nauwelijks goede liederen bij Rechters gemaakt. Destijds heb ik Karel Deurloo gevraagd een liedje te schrijven bij Rechters: de Richterenballade op muziek van Maurice van Elven. Dit lied is te verkrijgen via de support van PreekWijzer. Huub Oosterhuis doet het meestal wel goed bij deze literatuur. Maar zijn liederen zitten ook vol adventsthema’s. Zal de koning komen? Niet echt liturgisch verantwoord in de zomer misschien. Maar zou dat anno 2016 niet kunnen? Vanwege de zwaarte van de teksten koos ik wel voor lichte liedjes.

Geraadpleegd

  • De prachtige vertaling van de Societas Hebraica, NBG 2001.

  • Zeer behulpzaam: Hanna Blok e.a., Geen Koning in die dagen, over het boek Richteren als profetische geschiedschrijving, Baarn 1982.

  • Th.J.M. Naastepad, En het land was in Rust, uitleg van het bijbelboek Richteren, Gorinchem 2007.

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken