Menu

Basis

Gewijd!

Een kerk, een kerkhof, een heiligdom, een kaars, wijwater, een priester – plekken, voorwerpen en personen kunnen ‘gewijd’ zijn. Ze zijn geheiligd, aan God toegewijd; ze zijn bedoeld voor rituelen. Dat betekent vaak ook dat ze afgezonderd zijn. Er zijn grenzen aan wat er wel en niet mag, wie er wel en wie er niet (aan) mag komen. Kunnen plekken wel op die manier gewijd zijn? Is God dan alleen daar? Een katholiek en een protestant wisselen hierover van gedachte.

Beste Beate,

Als ik een katholieke kerk binnenga, word ik bijna als vanzelf in een eerbiedige en respectvolle houding gebracht tegenover mijn Heer en Schepper. Zo teken ik mij als katholiek bij binnenkomst met het gewijde water en een kruisteken. Ik spreek de namen uit van God: Vader, Zoon en heilige Geest. Daarmee onderstreep ik de overgang van buiten naar binnen. Ik word stil en vol ontzag voor God, richt mijn aandacht op Hem, die voor mij mysterie is en hier zijn woning heeft. De altijd brandende godslamp en het heilig brood (de hosties) zijn hiervan de tekens.

Beste Walther,

Wat jij beschrijft doet mij iets wat ik niet onder woorden brengen kan. Het heeft te maken met de nadruk die je legt op Gods aanwezigheid. Maar ik heb niet zoveel op met het idee van een gewijd gebouw. In mijn ogen wijd jij met jouw eerbiedige en bewuste aanwezigheid die plaats. God is overal. Hij is niet méér aanwezig op een plaats waar mensen formules hebben uitgesproken en bepaalde handelingen verrichten. Van katholieke collega’s leerde ik dat niet voorwerpen, maar mensen gezegend worden. Zo zou ik ook zeggen dat er geen vaste heilige plaatsen zijn, maar wel heilige momenten en uitwisselingen tussen mensen waarin de aanwezigheid van God op een bijzondere manier wordt beleefd.

Beste Beate,

Mooi dat je mij teruggeeft dat ik de heilige grond van de kerk beschrijf als de ruimte waar God aanwezig is. Als er één plek is waar Hij (net als in de arme mens) aanwezig zou moeten zijn, dan is dat het kerkgebouw. In die gewijde plaats proeven we iets van het goddelijke, het mystieke dat ons te boven gaat. Zonder dat we dat willen claimen. Het is immers niet statisch, juist heel beweeglijk. Maar we hebben samen de voorwaarden geschapen om dat te kunnen beleven: in de ruimte, in de inrichting, in de riten en in de manier (eerbiedig) hoe we met dat goddelijke om (willen) gaan. Dat doet recht aan ons geloof, en aan God.

We wijden de ruimte met onze aanwezigheid én we vragen God om hier aanwezig te zijn – altijd, ook als er hier niemand is. Natuurlijk: God is overal. Helemaal mee eens, en we moeten God niet opsluiten in een kerkgebouw, maar we mogen toch wel vragen of Zij/Hij daar wat vaker mag zijn?

Beste Walther,

Nu weet ik wat mij zo raakt: er spreekt zoveel verlangen uit wat je schrijft, verlangen naar God en de bereidheid om alles op alles te zetten voor de ontmoeting met Hem. Tegelijk ontdek ik wat mijn zorgen zijn: Als alle aandacht en alle inspanningen uitgaan naar de heiligheid van plaatsen en voorwerpen, wat blijft er dan nog over voor het heiligen van heel de aarde, door de dienst aan mensen en aan de schepping? Voor mij is geloven constant in beweging zijn, weggeroepen worden van waar je dacht dat je het gevonden had, en steeds verder de woestijn intrekken, om daar de God van leven te ontdekken. Ik word bemoedigd als ik met een gemeenschap op tocht mag gaan, op zoek naar momenten en plaatsen waar we stil kunnen worden, aandachtig kunnen zijn voor wat er leeft in onszelf en in elkaar. Waar we ons kunnen oefenen in het luisteren en kijken of iets van Gods aanwezigheid in onze levens tot ons doordringen mag. Ik ben heel blij dat ik als pastor in zorginstellingen vrij ben hiervoor en de zorg voor de vastgestelde heilige plaatsen aan anderen mag overlaten. Maar ik waardeer zeker wat anderen daarin doen. Het is te merken vind ik, als een kerk of kapel met eerbied is ingericht en wordt onderhouden; als het verlangen naar God de handen van mensen bezielt. De treffendste voorbeelden daarvan zijn voor mij toch in katholieke heiligdommen te vinden. Ik dacht altijd dat dat toeval was. Maar nu ik jou heb beluisterd weet ik dat niet zo zeker meer.

Walther Burgering is studentenpastor in Leiden en pastor-diaken in de H.Nicolaasparochie in Zoetermeer. Beate Rose is predikant en geestelijk verzorger in de ouderenzorg en de palliatieve zorg. Beiden zijn redactielid van Open Deur.

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken