Menu

Basis

Tussen kerk en niet-kerk

De mowbray-gemeenschapsmaaltijd in kaapstad

‘Wij geloven dat God een missie heeft om alles goed te maken’, schrijft de St Peter’s Church van Mowbray in Kaapstad, Zuid-Afrika, op haar website. ‘Dit goede nieuws van redding, herstel, heelheid, rechtvaardigheid en verzoening wordt op verschillende manieren uitgedrukt. Als kerk zijn we momenteel onderdeel van Gods zegen voor onze gemeenschap door de Mowbray-gemeenschapsmaaltijd.’

De tekst op de website van St Peter’s Church in Kaapstad gaat uitnodigend verder:

‘Elke donderdag om 18.30 uur gooien we de deuren van de kerk open en is ieder-een welkom om bij ons aan te schuiven voor de gemeenschapsmaaltijd. Een addertje onder het gras? Dat is er niet! Je hoeft niet van tevoren te reserveren. Je hoeft niet te betalen. Kom gewoon, eet mee en ontmoet je tafelgenoten. Rond 19.30 uur, als we klaar zijn met eten, is er soms een korte overweging en een gebed. Iedereen is welkom om te helpen met koken, op te ruimen of bij te dragen in de kosten, maar dit wordt niet verwacht en is niet verplicht.’

Geleefde ervaring

Ik denk er al een tijdje over na wanneer een gemeenschap die samenkomt ‘kerk’ wordt, in het bijzonder in het kader van Fresh Expressions (pioniersplekken in de Anglicaanse Kerk – redactie). De website van Fresh Expressions maakt duidelijk dat:

‘ … pioniersplekken nieuwe vormen van kerk zijn, die opkomen in de cultuur van vandaag de dag en primair gericht zijn op diegenen die ‘niet naar de kerk gaan’. Omdat we geloven dat God al aan het werk is in de wereld, geven pioniers-plekken er opnieuw vorm aan hoe het lichaam van Christus aanwezig en aan het werk kan zijn in verschillende en veranderende contexten.’

Sommige mensen achten bepaalde kerkelijke fundamenten essentieel voor een formele kerk, en zij pleiten voor sacramenten zoals de doop of het avondmaal als basis.

Voor anderen is een gemeenschap die samenkomt rond Jezus en het bewijs ziet van Jezus’ leven en getuigenis in en door elk lid, juist het DNA van kerk-zijn.

Hoewel beide standpunten wat betreft de kerkelijke contouren van een gemeenschap geldig zijn, vroeg ik me af of de geleefde ervaring van de leden van zo’n gemeenschap niet over het hoofd wordt gezien en aan de kant geschoven.

In het afgelopen decennium krijgt de ‘geïdealiseerde’ ecclesiologie steeds vaker een nieuwe vorm door de echte, concrete en actuele geleefde ervaring van degenen die deelnemen in zo’n kerkelijke gemeenschap en gaat het minder om de uitspraken van een bisschop of theoloog vanuit zijn of haar ivoren toren.

Misschien is er ruimte om de paradoxale verhouding tussen het theologische ideaal en de schoonheid van de concrete kerk in de geleefde ervaring in de chaos en gebrokenheid van echte mensen te erkennen.

‘Heilig ongemak’

Met deze vragen in mijn achterhoofd neem ik je mee naar de gemeenschapsmaaltijd in de St Peter’s Church van Mowbray in Kaapstad. De maaltijd vindt sinds februari 2011 elke week plaats. Als ik om 18.10 uur aankom, worden er nog dingen klaargezet. Mensen lopen druk heen en weer. De gasten, grotendeels langdurig daklozen, verzamelen zich en zitten in groepjes of alleen op de stoep. De grote zaal is informeel, kinderen komen om te kletsen en huiswerk te maken. In de keuken hoor je gebeden om meer vrijwilligers voor deze klus en praat men erover hoe dit werk een ‘heilig ongemak’ met zich meebrengt.

‘De mensen hier rekken mijn grenzen op’, zegt een leidster op mijn vraag waarom ze meedoet. ‘In de brief van Jakobus heb je dat ook, die vraag: ‘Hoe behandel ik de mensen hier?’ Degene die het ergste stinkt en het vuilste is … is die voor mij hetzelfde als ieder ander die door de deur komt? Ik moet hard werken voor de waarden die Jezus aan me voorlegt. Er zijn hier geen filters en er wordt veel gelachen. Soms ben ik moe en voelt de gemeenschapsmaaltijd als een verplichting. Maar als ik wegga, ben ik altijd blij dat ik geweest ben. Het is een belangrijke plek om samen te komen met een breder spectrum van mensen uit de stad dan mijn eigen homogene wereldje.’

Bediend aan tafels

Het is 18.29 uur als de deuren geopend worden en de gasten keurig naar binnen komen. Er wordt thee en koffie aan de tafels geserveerd. De meesten zijn hier eerder geweest, lijkt het. Er is een duidelijk gevoel van gemeenschap onder de vrijwilligers. Ik weet niet of de gasten zich hierin opgenomen voelen.

Een paar vrijwilligers zitten opzettelijk bij de gasten en begroeten hen als oude vrienden. Andere vrijwilligers zijn hier meer om het werk te doen. Sommigen blijven zelfs de hele avond in de keuken.

Een van de senior-vrijwilligers vertelt me dat iedereen aangemoedigd wordt zijn of haar eigen plek in het geheel te vinden. Voor sommigen is dat tussen de gasten, voor anderen achter de schermen.

De activiteiten observerend wordt het me duidelijk dat sommige gasten en vrijwilligers elkaar al lang kennen. Het voelt alsof er geen hiërarchie is. Sommige gasten zitten gewoon aan tafel zonder zich te bekommeren om hun buren.

Tien minuten later wordt iedereen officieel welkom geheten. Er wordt aangekondigd dat er na het eten de mogelijkheid is om deel te nemen aan de communie. Er wordt een gebed in het Afrikaans uitgesproken. Is er een zekere ambivalentie onder de bezoekers vanwege het religieuze aanbod? De meesten wachten gewoon stilletjes. Enkelen zijn nog in geanimeerde gesprekken verwikkeld.

‘Ik kom niet voor het eten, ik kom voor het respect’

Als het voedsel opgediend wordt, wordt de sfeer gezellig. Het verschil tussen deze maaltijd en andere projecten waar daklozen van een maaltijd worden voorzien, is dat het eten hier aan tafel wordt geserveerd. Ze worden bediend, alhoewel er geen menu is om uit te kiezen.

Maar misschien is het eten niet de enige reden waarom mensen hier samenkomen. Ik vang een commentaar op van een man die regelmatig komt en meermalen zegt: ‘Ik kom niet voor het eten. Ik kom voor het respect.’

Veilige ruimte

Deze relaties vormen een gemeenschap – een gemeenschap die allesomvattend lijkt. In het democratische Zuid-Afrika van na de apartheid is het niet gemakkelijk om plekken te vinden waar mensen met verschillende economische en sociale achtergronden samenkomen en contact met elkaar leggen. De maaltijd dient als een plek waar mannen, vrouwen en kinderen in een veilige ruimte met elkaar om kunnen gaan.

Een van de geïnterviewde leiders zei:

‘Ik wilde mensen die op straat leven leren kennen. Je ziet ze bij je voordeur, maar … Ik begon hiervan te dromen, van een neutrale plek waar je samen kunt eten. En hiermee konden we beginnen omdat twee anderen hier ook over nadachten. Zo gaat het vaak bij God … Als Híj het doet …’

Eenvoudige viering

Rond 19.10 uur zijn velen na de maaltijd weer vertrokken, maar de zaal is nog vol energie. Enkele vrijwilligers en gasten ruimen op. Opnieuw is er geen groot onderscheid tussen zij die bedienen en zij die bediend worden. Er is een ontspannen sfeer bij het afruimen van de tafels. Kinderen rennen van hot naar her.

Dan wordt er een kring van stoelen klaargezet. De predikant leidt een eenvoudige communieviering met druivensap (men weet van de problemen rond alcoholisme). Een paar liederen worden op gitaar en fluit begeleid. Er is wat verwarring over de nummers van de liederen, maar dit draagt alleen maar bij aan de ontspannen sfeer. De maaltijd en de eucharistie vloeien natuurlijk in elkaar over. Een niet helemaal nuchtere man die nog aan zijn maaltijd bezig is, zet spontaan het lied ‘This is my story, this is my song’ in. In plaats van hem te negeren, zingt iedereen met hem mee, hoewel de meesten de tekst niet paraat hebben.

Dit deel is overduidelijk belangrijk voor de meerderheid van de gasten en de vrijwilligers. Je zou het als heilige chaos kunnen beschrijven. Het is duidelijk dat er iets kerkelijks plaatsvindt.

‘Een duwtje in de rug in de richting van Jezus’

Op mijn vraag aan een van de leidsters of deze plek ‘kerk’ is voor haar, antwoordde ze:

‘Het is onderdeel van kerk-zijn. Ik zou dit niet volledig kerk noemen. Maar ik probeer ook nog steeds te definiëren wat kerk-zijn nu eigenlijk is.’ De maaltijd was voor deze leidster een van haar kerkelijke gemeenschappen.

‘Maar het is niet mijn enige. Ik houd van de groep die hier aan de slag gaat. Ik houd niet van onderscheid, maar er is een groep die hier samenkomt en het organiseert. Ik houd van die groep en zij zijn net zozeer onderdeel van de avond als de mensen die hier van de straat komen: de gasten.

Ik geloof gewoon niet dat ‘kerk’ alleen het ideale plaatje is, iedereen die hier zit op zondagmorgen. Ik wil deel zijn van een groep die al een tijdlang samenkomt en zich hierop betrokken weet. Het is gewoon een plek waar je diepere relaties vormt en waar je elkaar een duwtje in de rug geeft in de richting van Jezus.’

Toen ik vroeg of hieruit een meer gedefinieerde vorm van kerk zou kunnen groeien, antwoordde ze: ‘Waarschijnlijk …’

Plek in wording

De maaltijd is een plek in wording, een liminale kerkelijke plek. Het is overduidelijk kerk, op een coherente en betekenisvolle manier voor de meeste mensen die hier regelmatig aan deelnemen. Er zijn mensen die expres in de buurt zijn komen wonen.

Het idee van liminaliteit kan gezien worden als een plek van groei, een achterland. Liminaliteit (limen komt uit het Latijn en betekent grens of drempel) kan gezien worden als een plek van voorbijgaan en van wording. Te midden van verandering zijn er punten en verbanden waar de beschrijving open is en definities op losse schroeven staan. Dit niet vaststaan van dingen is in feite een manier van bestaan voor de gemeenschap, waarin verschillende gaven geïdentificeerd, uit-gevoerd en losgelaten kunnen worden.

Mijn indruk is dat de maaltijd, op dit punt van kerkelijke ontwikkeling, functioneert als een ruimte waar mensen elkaar als mens kunnen ontmoeten op een manier die subversief is, als je het vergelijkt met de meerderheid van ‘normale’ plekken.

De flexibiliteit en fluïditeit van de maaltijd maakt het mogelijk dat een dwarsdoor-snede van het sociaal-economische en raciale spectrum zich welkom voelt.

Zo kan de maaltijd een ruimte bieden waar mensonterende verschillen overwonnen kunnen worden en waar een glimp van Gods shalom kan worden opgevangen.

Meer lezen

– Benjamin Aldous, Towards an Assessment of Fresh Expressions of Church in ACSA (The Anglican Church of Southern Africa) through an Ethnographic Study of the Community Supper at Sty. Peter’s Church Mowbray, Cape Town (PhD), download via scholar.sun.ac.za/handle/10019.1/106062

freshexpressions.org.uk/about/what-is-a-fresh-expression/

stpetersmowbray.wordpress.com/mission/

Benjamin Aldous werkt voor Churches Together in England als hoofd van de afdeling Evangelisatie en Missie. In deze functie brengt hij kerkleiders bij elkaar om na te denken over missie en evangelisatie in zowel de stad als op het platteland.

Wellicht ook interessant

Nieuwe boeken