We zijn in Nederland massaal aan de therapie geslagen. Niet alleen maken we veelvuldig gebruik van de geestelijke gezondheidszorg en nemen wachtlijsten toe. Ook talloze andere vormen van therapie hebben ons leven inmiddels veroverd: van supplementen tot zelfhulpboeken, truffeltrips, yoga, opstellingen, en ga zo maar door. Heling zoeken is hip. Maar wanneer zijn we zo ziek geworden? En wat zegt deze trend over onze existentiële conditie? Is therapie een nieuwe religie, en als dat zo is, waarom voldeed de ‘oude’ religie niet?
Van therapieverslaving naar zielenzorg: waarom therapie onze leegte niet kan opvullen







